kerst quiz klassieke vorming

vivere
A
zijn
B
wonen
C
leven
D
komen
1 / 34
volgende
Slide 1: Quizvraag
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

vivere
A
zijn
B
wonen
C
leven
D
komen

Slide 1 - Quizvraag

Wat is geen Grieks gerecht?
A
souvlaki
B
boboti
C
mousaka
D
gyros

Slide 2 - Quizvraag

Venus
Vulcanus
Amor
Jupiter
Neptunus
Proserpina
Pluto
Juno
Minerva
Apollo
Diana
Ceres
Mars
Vesta
Zeus
Hera
Hades
Athene
Ares
Afrodite
Artemis
Eros
Apollo
Poseidon
Demeter
Persephone
Hestia
Hefaistos

Slide 3 - Sleepvraag

Venus
Vulcanus
Amor
Jupiter
Neptunus
Proserpina
Pluto
Juno
Minerva
Apollo
Diana
Ceres
Mars
Vesta
Zeus
Hera
Hades
Athene
Ares
Afrodite
Artemis
Eros
Apollo
Poseidon
Demeter
Persephone
Hestia
Hefaistos

Slide 4 - Sleepvraag

Venus
Vulcanus
Amor
Jupiter
Neptunus
Proserpina
Pluto
Juno
Minerva
Apollo
Diana
Ceres
Mars
Vesta
Zeus
Hera
Hades
Athene
Ares
Afrodite
Artemis
Eros
Apollo
Poseidon
Demeter
Persephone
Hestia
Hefaistos

Slide 5 - Sleepvraag

Wat betekent VENI VIDI VICI?
A
ik kwam, ik zag, ik overwon
B
ik viel, ik huilde, ik voelde me dom
C
ik zag, ik overwon, ik kwam
D
ik overwon, ik kwam, ik zag

Slide 6 - Quizvraag

Wat betekent A DEO REX, A REGE LEX?
A
van god de koning, van de koning god
B
van god de wet, van de koning god
C
van de koning god, van de koning de wet
D
van god de koning, van de koning de wet

Slide 7 - Quizvraag

hic
A
hier
B
hierheen
C
daar
D
waar

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een mythe?
A
een wezen dat half mens, half dier is
B
een waargebeurd verhaal
C
een verhaal over goden
D
een held die tragisch eindigt

Slide 9 - Quizvraag

meisje
bos
zus
eiland
dochter
1. schaduw 2. schim
nacht
puella
silva
soror
insula
filia
umbra
nox

Slide 10 - Sleepvraag

Welk dier hoort bij de godin Athena?
A
een paard
B
een vleermuis
C
een adelaar
D
een uil

Slide 11 - Quizvraag

Wie at zijn kinderen op?
A
Kronos
B
Zeus
C
Oeranos
D
een onbekende leraar Latijn

Slide 12 - Quizvraag

Hoeveel letters heeft het Griekse alfabet?

Slide 13 - Open vraag

Hoeveel Griekse goden zijn er volgens wikipedia?
A
2
B
20
C
200
D
2000

Slide 14 - Quizvraag

Wat is de goede volgorde?
A
dzeta, theta, eta, iota
B
dzeta, eta, theta, iota
C
eta, theta, dzeta, iota
D
eta, dzeta, theta, iota

Slide 15 - Quizvraag

Wat is GEEN Griekse letter?
A
H
B
Y
C
L
D
P

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Tekstslide

Wie is deze Griekse god?

Slide 18 - Open vraag

Wie heeft, volgens de Grieken, de mens gemaakt?
A
Athene
B
Afrodite
C
Epimetheus
D
Prometheus

Slide 19 - Quizvraag

huc
A
hier
B
hierheen
C
daar
D
waar

Slide 20 - Quizvraag

Welke Griekse god gaat over het weer?

Slide 21 - Open vraag

Welke Griekse god heeft een paard als dier?

Slide 22 - Open vraag

Welke Griekse letter is H?
A
iota
B
phi
C
chi
D
eta

Slide 23 - Quizvraag

Wat is de goede volgorde?
A
phi, ksi, chi, omega
B
phi, chi, ksi, omega
C
phi, psi, chi, omega
D
phi, chi, psi, omega

Slide 24 - Quizvraag

Welke letter komt na de bèta?

Slide 25 - Open vraag

Hoe heet de letter E in het Grieks?

Slide 26 - Open vraag

vaak
altijd
en
ook
niet
god
godin
broer
non
semper
et
deus
frater
quoque
saepe
dea

Slide 27 - Sleepvraag

Hoe spreek je in het Latijn de C uit?
A
altijd als S
B
soms als S, soms als K
C
altijd als K
D
meestal als S, bijna nooit als K

Slide 28 - Quizvraag

Hoe spreek je in het Latijn OE uit?
A
als 'au'
B
als 'ou'
C
als 'ai'
D
als 'oi'

Slide 29 - Quizvraag

Hoeveel tweeklanken zijn er in het Latijn?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 30 - Quizvraag

Hoeveel broers heeft Jupiter?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 31 - Quizvraag

Wat is geen kleine letter in het Griekse alfabet?
A
m
B
o
C
p
D
v

Slide 32 - Quizvraag

Wat is geen Griekse letter?
A
alfi
B
bota
C
gummi
D
delta

Slide 33 - Quizvraag

Geef zoveel mogelijk namen van kinderen van Zeus.

Slide 34 - Woordweb