4B -H4 - lezen - les 2

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Leesdoelen en leesstrategieën
Je hebt geleerd om op verschillende manieren te lezen, dat zijn de leesstrategieën.

Welke strategie je kiest, hangt af van je leesdoel
Bepaal eerst je leesdoel en kies daarna de juiste strategie.

Slide 3 - Tekstslide

Leesdoelen en leesstrategieën
LEESDOEL = Waarom lees je iets?
LEESSTRATEGIE = Hoe lees je iets?
SCHRIJFDOEL = TEKSTDOEL (informeren, amuseren, overtuigen, tot handelen aanzetten)

Slide 4 - Tekstslide

Je wilt de tekst goed lezen en begrijpen en de hoofdzaken weten. Welke leesstrategie gebruik je?
A
Oriënterend/verkennend lezen
B
Precies lezen
C
Zoekend lezen
D
Kritisch lezen

Slide 5 - Quizvraag

Je wilt de betrouwbaarheid van een tekst beoordelen. Welke leesstrategie gebruik je?
A
Oriënterend/verkennend lezen
B
Precies lezen
C
Zoekend lezen
D
Kritisch lezen

Slide 6 - Quizvraag

Je wilt informatie opzoeken in een tekst of een antwoord op een vraag weten. Welke leesstrategie gebruik je?
A
Oriënterend/verkennend lezen
B
Precies lezen
C
Zoekend lezen
D
Kritisch lezen

Slide 7 - Quizvraag

Je wilt het onderwerp van een tekst weten en bepalen of de tekst iets voor jou is. Welke leesstrategie gebruik je?
A
Oriënterend/verkennend lezen
B
Precies lezen
C
Zoekend lezen
D
Kritisch lezen

Slide 8 - Quizvraag

Leg uit: hoe werkt precies lezen?

Slide 9 - Open vraag

Leg uit: hoe werkt zoekend lezen?

Slide 10 - Open vraag

Leg uit: hoe werkt kritisch lezen?

Slide 11 - Open vraag

Maken
Maak opdracht 4 op bladzijde 137 - 138
Je hebt 15 minuten de tijd.
Je mag muziek luisteren, maar met playlist. Blijf verder van je telefoon af!
Eerder klaar = lezen in je leesboek. Geen leesboek? Lees een verhaal vanaf blz. 172
Nakijken via LessonUp

Slide 12 - Tekstslide

1. Wat is het onderwerp van tekst 4?
A
De ervaring van Tim Jalving met Dream School
B
de werkwijze van het programma Dreamschool
C
het helpen van jongeren die vastlopen in het onderwijs

Slide 13 - Quizvraag

2. ‘Vroegtijdige schoolverlaters’ (al. 1) zijn jongeren die:
A
nog geen 18 zijn als ze van school gaan
B
te vaak blijven zitten.
C
te veel spijbelen.
D
zonder diploma van school gaan.

Slide 14 - Quizvraag

3. Aan welke twee voorwaarden moeten jongeren die mee willen doen aan Dream School voldoen?

Slide 15 - Open vraag

4. Wat is het doel dat je hebt onderstreept uit alinea 3?

Slide 16 - Open vraag

4. Hebben Eric van ’t Zelfde en Lucia Rijker dit doel bij Tim bereikt?
A
Ja
B
Nee

Slide 17 - Quizvraag

5. Wat is de functie van alinea 4, 5 en 6?
A
informeren over de gevolgen van adhd
B
informeren over wat Tim deed voor Dream School
C
ervan overtuigen dat het Nederlandse onderwijssysteem..
D
ervan overtuigen dat het Tims eigen schuld is...

Slide 18 - Quizvraag

6.In de eerste zin van alinea 5 staat dat Tim de opleiding Sport en Bewegen niet afmaakt. Wat staat in de rest van alinea 5?
A
De gevolgen
B
De oorzaken
C
de samenvatting
D
het doel

Slide 19 - Quizvraag

7. In de twee jaar dat Tim (1) niet / wel naar school ging, heeft hij (2) geluierd / hard gewerkt.
A
geluierd
B
hard gewerkt

Slide 20 - Quizvraag

7. In de twee jaar dat Tim (1) niet / wel naar school ging, heeft hij (2) geluierd / hard gewerkt.
A
niet
B
wel

Slide 21 - Quizvraag

8. In het slot van de tekst wil de schrijver laten zien dat
A
deelname voor alle deelnemers een succes is.
B
het helemaal niet erg is als je na het vmbo niet weet wat je wilt doen
C
je alles kunt bereiken als je maar doorzet
D
Tim dankzij Dream School weer toekomstplannen heeft.

Slide 22 - Quizvraag

9. Wat staat vooral in tekst 4?
A
mening van TIM
B
feiten en meningen van Tim
C
feiten en de menig van de SCHRIJVER
D
de meningen van Tim EN de schrijver

Slide 23 - Quizvraag

Bijna klaar
Tijd over? --> lezen in je leesboek

Doelen: ik kan leesstrategieën gebruiken.
Ik weet welke leesdoelen er zijn.

Slide 24 - Tekstslide