Jezelf voorstellen en familie

• Duits
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Leerdoel:

Je kan wat over jezelf vertellen

Je weet de vertaling van familieleden.

Wie heißen deine Eltern?

• Sie heißen Peter und Silke.
• Mein Vater heißt Peter und meine Mutter heißt Silke.

ß= ss

Je spreekt deze ringel-s uit als een s

Spreekvaardigheid

Hast du Geschwister? (broers en zussen)

• Ja, ich habe eine Schwester und einen Bruder.
• Ja, ich habe 2 Schwestern und 3 Brüder.
• Nein, ich habe keine Geschwister.

sch> chocolade

ü    > uu

" > Umlaut.

Spreekvaardigheid

Sind deine Eltern verheiratet?(=getrouwd)

• Nein, sie sind geschieden.
• Ja, sie sind verheiratet.

Spreekvaardigheid

Wo wohnst du?

Ich wohne in Weesp of ……….

Hast du Haustiere?

Ja, ich habe einen Hund / einen Vogel / ein- Meerschweinchen /eine Katze us.

Nein, ich habe keine Haustiere.

Wie heißt dein Haustier /deine Haustiere? 

Mein Haustier heißt …… (Meine Haustiere heißen…..)

Was ist dein Hobby? (Was sind deine Hobbys?)

Mein Hobby ist ……..(Meine Hobbys sind …….. und ………..

aantal controle vragen

de letter ß spreek je uit als..

1. S
2. B

Wat is/zijn het goede antwoord(en) op deze vraag?
Wie heißt Du?

1. Mein Bruder heißt Peter
2. 15 Jahre alt.
3. Ich heiße Peter
4. Mein Name ist Peter

Wat betekent:
keine Geschwister

1. geen broers en zussen
2. geen zuster
3. wel broers en zussen
4. wel zusters

Wat is het antwoord op deze vraag?
Hast du Geschwister?

1. Nein, ich bin 13 Jahre alt.
2. Ja, ich habe einen Bruder.
3. Nein, ich wohne in Emmen.
4. Nein, ich habe eine Schwester.

Wat is/zijn het goede antwoord(en) op deze vraag?
Sind deine Eltern verheiratet?

1. Ja, 15 Jahre
2. Ja, sie sind verheiratet
3. Nein, sie sind geschieden
4. Ja, sie haben Geschwister.

Leer nu het gesprek uit je hoofd. 

Het gesprek vind je op de volgende dia.

https://docs.google.com/document/d/1fpOjxog5i19x_NCNVAyWSz08locz-LukdPtAJJNhOYM/edit?usp=sharing

hoe open ik mijn drivemap Duits?  - ga naar: mijn drive dan naar map Duis, klik op Niuw (links boven) en open een nieuw document. Geej je document de volgende naam:  Lessonup lessen.

Open nu een document in je drivemap Duits en stel jezelf in 10 zinnen voor!

Leer nu de volgende woorden uit je hoofd.

• Pak je Duitse schrift/map.
• maak 1 rij met Duitse woorden en schrijf de vertaling erachter.
• die Mutter
• der Vater
• der Bruder
• die Schwester
• die Oma/Großmutter
• der Opa/Großvater
• die Tante
• der Onkel
• der Neffe
• die Nichte
• der Cousin
• die Cousine
• die Geschwister