Hfst 5, paragraaf 2 en 3

Belasting box 1
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Belasting box 1

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Wat kan de overheid doen om de inkomens te herverdelen?

Slide 3 - Open vraag

Besteedbaar inkomen
Primair inkomen - (Belastingen + premies volksverzekeringen) + (toeslagen en uitkeringen) = secundair/besteedbaar inkomen

Overheid heeft dus invloed op het herverdelen van de inkomens

Slide 4 - Tekstslide

Belastingstelsel
Vlaktaks: Iedereen betaalt hetzelfde % aan belasting

Progressief stelsel: hoe hoger het inkomen, hoe hoger het % belasting

Degressief: hoe hoger je inkomen, hoe lager het % belasting. 

Slide 5 - Tekstslide

Nivellering / denivellering
Nivellering = Verschil tussen arm en rijk wordt kleiner

Denivellering: verschil tussen arm en rijk wordt groter

Slide 6 - Tekstslide

Belastingtarieven kennen
Gemiddeld belasting % = Belasting / bruto inkomen x 100

Marginaal tarief: hoeveel % betaal je over je laatst verdiende euro belasting?

Slide 7 - Tekstslide

Belastbaar inkomen

Slide 8 - Tekstslide

Progressief stelsel
Hoe hoger je inkomen wordt, hoe meer % belasting je moet betalen 

Verschil na belasting tussen arm en rijk wordt hierdoor kleiner = Nivellering

Slide 9 - Tekstslide

Stel, je belastbaar inkomen is €80.000:
Schijf 1: (20.384 : 100) x 18,75 = 3822,-
Schijf 2: (34.817 - 20.385) : 100 x 20,20 = 2915
Schijf 3: (68.507 - 34818) : 100 x 38,10 = 12835
Schijf 4: (80.000 - 68508) : 100 x 51,75 = 5947
Totaal: 3822 + 2915 + 12835 + 5947 = €25519 aan belasting

Slide 10 - Tekstslide

Schrift:
Bereken de belasting voor iemand die een bruto inkomen van €100.000.
Gemiddeld: 40,97%
Marginaal: 49,5%

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Schrift:
Bereken de belasting voor iemand die een bruto inkomen van €100.000 heeft, maar €20.000 aan aftrekposten heeft

Slide 13 - Tekstslide

Aftrekposten
Hypotheekrenteaftrek: Iemand met aftrekposten in schijf 2 hoeft over dat bedrag geen 49,5% te betalen

Iemand met aftrekposten in schijf 1 hoeft over dat bedrag geen 37,05% meer te betalen
Kortom: aftrekposten zijn % voordeliger voor de hogere inkomens = Denivellerend

Slide 14 - Tekstslide

Heffingskorting
Bedrag wat je als korting van de belasting af mag halen. Is voor iedereen vaak een vast bedrag.

Korting van €5000 is voor mensen met een laag inkomen relatief veel meer dan mensen met een hoog inkomen = Nivellering 

Slide 15 - Tekstslide

Stappenplan netto inkomen
Stap 1: Bereken het belastbaar inkomen (Bruto + bijtellingen - aftrekposten )
Stap 2: Reken het bedrag uit in de schijven
Stap 3: Verlaag het bedrag uit de schijven met de heffingskorting
Stap 4: Bruto inkomen - belasting = Netto inkomen

Slide 16 - Tekstslide

Hfst 5, P2, vraag 2,5,6,7,8,9

Hfst 5, P3, vraag 2

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video