Typografie en Vormgeven H1

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
TekenenMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 3,4

In deze les zitten 28 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

OPDRACHT 1.03
a. Het schrift.
b. Tijdens handelsreizen rond het middelandsezeegebied.
c. Ze leenden het alfabet en maakten er een eigen versie van.
d. Zo wordt het makkelijker om klanken vast te leggen.
e. Times New Roman

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

OPDRACHT 1.05
a. Een ganzenveer.
b. Perkament werd gemaakt van de huid van een dier. 
c. Omdat er perkament gemaakt moest worden en het schrijven helemaal met de hand moest. 

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

OPDRACHT 1.06
1. Letters in de mal.
2. Papier op de pers.
3. Inkt op bollen.
4. Letters insmeren met inkt. 
5. Drukken.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

OPDRACHT 1.07
a. Of de letters dik, dun of cursief zijn. En hoe groot de letters zijn. 
b. Met een kleine interlinie past er meer tekst op een pagina. Ook leest een grote interlinie niet altijd fijn. Je moet met je ogen als het ware op zoek naar de volgende regel.
c. Ten tijde van de boekdrukkunst was de boekletter, de kleine letters in het boek, hetgeen waar de drukker het meeste geld mee verdiende. Oftewel, hiermee verdiende de drukker zijn brood. Vandaar dat de boekletter later broodletter werd genoemd. Samen vormen ze de broodtekst. 

Slide 24 - Tekstslide

OPDRACHT 1.08
a. Doe elke dag iets creatiefs! 
b. Het is een heel creatief lettertype. Dat ondersteunt de boodschap. Ook valt het woord creatief extra op omdat dit in grotere en opvallendere letters is opgemaakt. 
c. De leerling geeft aan wat hij/zij zelf anders had gedaan. Bijvoorbeeld: ik had de achtergrond een vorlijkere kleur gegeven. Nu vind ik het een beetje saai ogen. Ik had van meer knalkleuren gebruik gemaakt.a. 

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide