Nieuwsbegrip Spinner

Nieuwsbegrip



Fidget-spinner
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Nieuwsbegrip



Fidget-spinner

Slide 1 - Tekstslide

Wat doen we tijdens deze les?
* Wat weten we al?
* Moelijke woorden in de tekst opzoeken
* Tekst lezen
* Opdrachten maken
* Quiz

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je al over de spinners?

Slide 3 - Woordweb

Wat leren we tijdens deze les?
  • We leren de betekenis van de moeilijke woorden 
  • We leren hoe we het belangrijkste uit de tekst kunnen halen
  • We beantwoorden vragen over de tekst

Slide 4 - Tekstslide

Tekst A

de rage
de deur uit vliegen
het metaal
de handpalm
ontwerpen
besluiten
zich ontspannen
afleiden

Tekst B

het is niet aan te slepen 
letterlijk
het concept
het patent
verlopen
hyperactief
focussen
verbannen



Slide 5 - Tekstslide

Aan de slag
Tekst lezen 
Opdrachten maken




Klaar? oefenen op www.nieuwsbegrip.nl

Slide 6 - Tekstslide

Hoeveel armen heeft de spinner?
A
6
B
3
C
8
D
2

Slide 7 - Quizvraag

In welk jaar is de spinner gemaakt?
A
2017
B
1993
C
1800
D
2005

Slide 8 - Quizvraag

Wat betekent: de deur uitvliegen?
A
de spinner kan vliegen
B
er wordt niks verkocht
C
heel snel verkocht worden

Slide 9 - Quizvraag

Wat betekent zich ontspannen?
A
Je prettig en rustig voelen
B
Heel boos zijn
C
Altijd druk

Slide 10 - Quizvraag

Wat betekent een rage?
A
Iets wat niet bekend is
B
Niemand vind het leuk
C
Iets wat heel even heel bekend is

Slide 11 - Quizvraag

Uit welk land komt de rage?
A
Engeland
B
Nederland
C
Frankrijk
D
Amerika

Slide 12 - Quizvraag

Waar is de spinner van gemaakt?
A
Glas
B
Plastic
C
Plastic of metaal
D
Papier

Slide 13 - Quizvraag

Wat is de letterlijke betekenis van: spinner?
A
Speelgoed spin
B
Grote spin
C
Relax spin
D
Friemeldraaier

Slide 14 - Quizvraag

Voor welke kinderen was de spinner eigenlijk gemaakt?
A
Kinderen die heel rustig zijn
B
Opa en Oma's
C
Kinderen die heel erg druk zijn (ADHD)
D
Voor kinderen die voetballen

Slide 15 - Quizvraag