Zakelijke brief - veelvoorkomende fouten this week

Zakelijke brief
Veelvoorkomende fouten in een zakelijke brief.
Mavo 4
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Zakelijke brief
Veelvoorkomende fouten in een zakelijke brief.
Mavo 4

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Leerdoel
Ik herken de veel voorkomende fouten in een Engelse zakelijke brief.

Slide 3 - Tekstslide

Check je conventies!
Check of de adressen, datum, aanhef en afsluiting op de juiste plek staan. 

Volgorde conventies 1
Eigen adres (zonder naam)

Adres ontvanger

Datum 

Aanhef

Inhoud

Afsluiting
Beoordeling conventies
Eén of meerdere fouten in conventies: 0 punten. 
Je kunt maximaal 1 punt behalen met het juist vermelden van de conventies. 
Dit is al 1 punt 'in the pocket' indien je het correct vermeldt.

Slide 4 - Tekstslide

Afkortingen
Het is niet toegestaan om afkortingen te gebruiken in een zakelijke brief. Schrijf alle woorden volledig op. 
Afkortingen
I'm > I am 
You're > You are
We're done with > We are done with

Slide 5 - Tekstslide

Chat-taal
Gebruik geen chat-taal / straattaal in een zakelijke brief.

I am gonna > I am going to 
U > You
Wassup > How are you doing?

Slide 6 - Tekstslide

Grammaticale fouten brief
Inhoudselement 2
- Schrijf hoe je aan de folder komt die je gelezen hebt. 
Fout antwoord
My teacher English gives me a brochure about your company.
Goed antwoord
My English teacher gave me a brochure about your company.
Inhoudselement 3
- Vertel met wie je naar Londen gaat, hoeveel personen dat zijn en waarom jullie gaan. 
In de eerste week van juni gaan jullie met een groep van dertig leerlingen en vier docenten een paar dagen naar Londen. Eventueel kun je element 4 (wanneer jullie gaan) hieraan koppelen.
Fout antwoord
We are going to London with thirty students and four teachers. 
Ik mis: wanneer jullie gaan en waarom.
Goed antwoord
In the first week of June, we are going to Londen with thirty pupils and four teachers to celebrate the end of our exam period.

Slide 7 - Tekstslide

Grammaticale fouten brief 
Houd je taalgebruik netjes en formeel!
Inhoudselement 5
Vraag naar de mogelijkheid om een rondleiding te boeken.
Mogelijk antwoord
I want to book a tour through your television studios.
Mogelijk antwoord
I would like to book a tour through your television studios.

Slide 8 - Tekstslide

Wat is netter?
A
I want
B
I would like

Slide 9 - Quizvraag

Vertaal:
Ik schrijf u naar aanleiding van de advertentie voor de baan als ____ in de krant

Slide 10 - Open vraag

Extra uitleg
I am writing this letter after seeing your advert(isement) for the position of _________ in the newspaper.

Blijf altijd beleefd!

Slide 11 - Tekstslide

Wat is incorrect?
Een mogelijke slotzin.
A
I want to receive a quick response.
B
I look forward to hearing from you soon.
C
I wish a fast reaction.
D
At least, I hope I will get a quick response.

Slide 12 - Quizvraag

Extra uitleg
Blijf beleefd in de slotzin. 

I hope to hear from you soon.
I would like to hear from you soon. 
I look forward to hearing from you soon.
Geen want of wish > je hebt niks te willen of wensen!

Slide 13 - Tekstslide

Which option is grammatically correct?
A
I am a 15 year old boy
B
I am a boy 15 years old
C
I am a 15 years old boy
D
I am a 15-year-old boy

Slide 14 - Quizvraag

Which salutations is correct?
A
Hello, I am...
B
Dear Mister or Madam,
C
Dear Mr. or Mrs.,
D
Dear Sir/ Madam,

Slide 15 - Quizvraag

Which opening sentence works best:
A
The reason I am writing this letter is because...
B
I am writing this letter because..
C
I write the letter because
D
I have written this letter because

Slide 16 - Quizvraag


I did not see him since then.
A
This sentence is correct
B
This sentence is incorrect

Slide 17 - Quizvraag

Which option is correct?
A
My fathers' house
B
My brother's wifes
C
My nephews' mother
D
My aunts car

Slide 18 - Quizvraag

Choose the correct option
A
It was their own fault
B
It was there own fault

Slide 19 - Quizvraag

Choose the correct option for official letters
A
You are right
B
You're right
C
Your right
D
Your'e right

Slide 20 - Quizvraag

Choose the correct option
A
If you knew you will tell her
B
If you will know you tell her
C
If you knew you would tell her
D
If you would know you will tell her

Slide 21 - Quizvraag

Choose the best option
A
I look forward for your answer
B
I am looking forward to your answer
C
I will look forward to your answer
D
I am looking for your answer

Slide 22 - Quizvraag

Linking words!
Tell me what you know!

Slide 23 - Tekstslide

Linking words

Slide 24 - Woordweb

0

Slide 25 - Video

Quick recap
Emphasis: when you want to stress something
Addition: to give more information
Contrast: to say something is the opposite/ diffrent
Order: the order of events
Result: the outcome of something
Illustration: to give an example
Comparison: to set two things side by side 
Summary: to sum up all information


Slide 26 - Tekstslide

Now..
Spot as many linking words as you can!

Slide 27 - Tekstslide

0

Slide 28 - Video

Linking words

Slide 29 - Woordweb

A few examples
But did know that 70 cups of coffee...
Because alcohol is a depressant...
Like breathing and heart rate begin...
Though it takes a lot...
...also leading to seizures...
However, in extreme cases...

Slide 30 - Tekstslide

Verbindingswoorden
Veel mensen hebben de neiging om elke zin op dezelfde manier te beginnen. 

Vb: I, I, I ...
And then, and then...
Probeer elke zin op een andere manier te beginnen en vermijd "I" zoveel mogelijk.

Slide 31 - Tekstslide

Verbindingswoorden
Voor heel veel voorbeelden van verbindingswoorden verwijs ik je naar:
Teams> Team 4gt > Periode 2 

Slide 32 - Tekstslide

Hulpzinnen
Op Teams> Team Engels 4gt >Periode 2 


In dit map staan veel hulpzinnen die je kunt gebruiken in je zakelijke brief. Doe er je voordeel mee!

Slide 33 - Tekstslide

Valkuilen
Op Teams staat ook een document met tips & trucs voor de zakelijke brief. 

Denk hierbij aan valkuilen zoals:

valkuil 1
A / An
A > woorden die in de uitspraak met een medeklinker begint.
An> woorden die in de uitspraak met een klinker beginnen.
Valkuil 2
To / Too
to > voorzetsel 'naar' of voor een werkwoord
too > vertaling 'te' of 'ook'
Valkuil 3
Their / There / They're
Their = hun. bezit aangeven.
There = daar.
They're = zij zijn
Valkuil 4
Man/Men
Woman / Women
Man / Woman = man/vrouw enkelvoud
Men / Women = mannen en vrouwen (meervoud).

Slide 34 - Tekstslide

Beoordeling

Slide 35 - Tekstslide

Woordvolgorde
En denk aan de Engelse woordvolgorde:
Wie? - Doet? - Wat/Wie? - Waar? - Wanneer?

I bought fresh orange juice at the market yesterday.

Plaats komt voor tijd > patat toetje ezelsbruggetje.

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide