Normen en waarden

Normen en waarden 
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Normen en waarden 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

leerdoelen 
  • Aan het einde van de les kun je het verschil tussen een norm en een waarde benoemen.

  • Aan het einde van de les kun je benoemen wat de normen en waarden van je klasgenoten zijn.

Slide 3 - Tekstslide

Wat denk je dat normen en waarden zijn?

Slide 4 - Woordweb

Van wie leer je normen en waarden? :
A
Vrienden
B
Thuis
C
Door je geloof
D
Door de overheid

Slide 5 - Quizvraag

Normen: gedragsregels

 


  • Regels
  •  De belangrijkste normen zijn de wetten.


Slide 6 - Tekstslide

Normen
> Normen zijn gedragsregels

Waarde = respect        Norm = opstaan voor ouderen
Waarde = beleefdheid    Norm = deur openhouden


Slide 7 - Tekstslide

Waarden: 
Iets wat we zelf belangrijk vinden.
Bijvoorbeeld: vrijheid en gelijkheid

Wat een groep mensen belangrijk vinden. 

Daar horen regels bij.





Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Norm:
Norm: Iedereen die een bouwplaats betreedt, moet een helm dragen

 U wordt verzocht afstand te houden op uw voorganger (bij een balie bij een bank bijvoorbeeld).


Waarde:

Waarde: Veiligheid.


Waarde:
Privacy

Slide 10 - Tekstslide

Waarde Respect 
Norm regels
Norm: In een gesprek laat je elkaar uitpraten.
Norm: Je pest niet.
Norm: Je spreekt oudere mensen met “u” aan.
Norm: Je hebt waardering voor het werk van hulpverleners.
Norm: Je zorgt goed voor dieren

Slide 11 - Tekstslide

Norm of waarde?
Vriendelijkheid
A
Norm
B
Waarde

Slide 12 - Quizvraag

Norm of waarde?:
Vrijheid
A
Norm
B
Waarde

Slide 13 - Quizvraag

Norm of Waarde?
Je moet handen schudden tijdens een sollicitatie.
A
Norm
B
Waarde

Slide 14 - Quizvraag

Normen en waarden zijn cultuurkenmerken. Wat zijn normen?
A
Gedragsregels.
B
Opvattingen over wat belangrijk is.
C
Straffen.
D
Beloningen.

Slide 15 - Quizvraag

Werkveld 
Rekening houden met normen en waarden. 

Je werkt met meerdere normen en waarden samen.

Iedereen heeft andere normen en waarden.

Slide 16 - Tekstslide

Normen en Waarden

Slide 17 - Tekstslide

Waarden

Slide 18 - Woordweb

Normen

Slide 19 - Woordweb

Opdracht 
Welke normen en waarden vinden jullie belangrijk.
Overleg in een groepje en presenteer dit.

Slide 20 - Tekstslide