H5 Klimaat par. 5.2 en 5.3

Het klimaat in de bergen
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Het klimaat in de bergen

Slide 1 - Tekstslide

Ga naar Lessonup.app
Je hoeft de app niet te downloaden.
Links onderin staan getallen.
Deze getallen (code) moet je invoeren.

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
  1. Start H5 par. 2 Het klimaat in de bergen 
  2. Start H5 par. 3 Europa; Klimaten en begroeiing
  3. Huiswerk maken
  4. Verder met opdracht klimaten

Proefwerk van H2 (alle paragrafen) en H5 (par. 2 en 3)
Openboektoets op donderdag 11 februari ->volgende les herhaling

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen:
- Na de les weet je hoe gebergten warme en koude lucht tegenhouden.
- Na de les weet je het verband tussen relief en temperatuur.
- Na de les weet je de kenmerken van zeeklimaat, Middellandse zeeklimaat, droog klimaat, landklimaat en toendraklimaat.

Slide 4 - Tekstslide

Gebergte in Europa: De Alpen
  • Mont Blanc 4.808m Hooggebergte
  • Eeuwige sneeuw op de top
  • Gletsjers zijn ijsmassa's die
langszaam aan naar beneden
 schuiven
  • Hoe lager je komt hoe minder het
Reliëf (Hoogteverschillen)

Slide 5 - Tekstslide

Het verschil in reliëf
Laagland: lager dan 200m
Heuvelland: 200-500m
Middelgebergte: 500-1500m
Hooggebergte: 1500+


Reliëf heeft invloed op
 temperatuur

Slide 6 - Tekstslide

Wat is de invloed van de bergen op de temperatuur?


Bergen kunnen warme of koude lucht tegenhouden. 

In de zomer:
     In Bergen (aan de kust; invloed van Golf- 
     stroom) is het koel. In Lillehammer (in
     binnenland) is het warm. Oorzaak:
     bergen houden koele lucht tegen.

Slide 7 - Tekstslide

Wat is de invloed van de bergen op de temperatuur?

  • in de winter: 
     In Bergen is het zacht, in Lillehammer is
     het koud. Oorzaak: bergen houden
     zachte lucht tegen.

Slide 8 - Tekstslide

Stuwingsregen

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Een hooggebergte is hoger dan ...
A
500 meter
B
1500 meter
C
1000 meter

Slide 11 - Quizvraag

Bergen hebben invloed op de temperatuur
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quizvraag

In het dal is het 18 graden. Ik sta op de berg op 2000 meter hoogte. Wat is nu de temperatuur?
A
2 graden
B
8 graden
C
6 graden

Slide 13 - Quizvraag

§5.3 Europa: klimaten en begroeiing

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Relief =
A
een hooggebergte
B
Vlak land
C
Hoogteverschillen in een landschap

Slide 18 - Quizvraag

Een toendraklimaat kun je herkennen aan (meerdere antwoorden mogelijk).
A
geen bomen. Alleen grassen, mossen en lage struiken
B
Temp. in de zomer lager dan 10 graden
C
De winter is koud en lang
D
De grond is vaak bevroren

Slide 19 - Quizvraag

Een landklimaat kun je met name herkennen aan:
A
de temp. verschillen tussen zomer en winter is heel groot
B
Hele jaar door neerslag en de temp is gematigd
C
Het is een droog klimaat

Slide 20 - Quizvraag

Hebben wij in Nederland ook stuwingsregen?
A
Ja
B
Nee

Slide 21 - Quizvraag

Het Zuiden van Europa heeft ook een zeeklimaat, dit noem je een....
A
Toendraklimaat
B
Zeeklimaat
C
Middellandse zeeklimaat

Slide 22 - Quizvraag

Nu: 
Maken online H5 par. 3.2 en par. 3.3. alleen de opdrachten.

Kun je niet online dan maak je in je werkboek 
blz. 8 vraag 1a,4, 5,6
blz. 11 vraag 1,2,5,6,9,12

Slide 23 - Tekstslide