In deze les zitten 28 slides, met tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we vandaag doen?
- Kort belangrijke punten geluid
- Meedoen met klassikale opdrachten
- Zit in tweetallen
- Alleen op tafel: pen, BINAS en rekenmachine
(iPad zit dus in je tas!)
Slide 2 - Tekstslide
Wat is geluid?
Geluid is een trilling die zich door een tussenstof verplaatst.
Slide 3 - Tekstslide
Dus een trilling door een stof....
Trilling
Er komt een trilling van de bron, die een stof in beweging brengt.
Tussenstof
De trilling van de bron beweegt zich door de stof naar je oor.
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
Verschillende soorten tussenstof
Kijk mee in je boek; tabel 1 op blz 105
Snelheid van geluid
Snelheid van geluid in lucht is 340 m/s (= 1225 km/h)
Slide 6 - Tekstslide
Geluidsgolven en frequentie
Frequentie = aantal trillingen (golven) per seconde
Hoge toon = veel golven
Lage toon = weinig golven
Geluidssterkte = sterkte (volume) van het geluid
Hoge golf = hard geluid
Lage golf = zacht geluid
Slide 7 - Tekstslide
Afstand van onweer berekenen
1. Ik zie een flits en hoor 1,5 seconden later de donder. Hoe ver is het onweer van mij vandaan?
Slide 8 - Tekstslide
2. Ik zie een onweersbui aankomen. Ik zie de flits en begin met tellen. Na 2,3 seconde hoor ik de donder. Hoe ver is het onweer van mij vandaan?
Slide 9 - Tekstslide
3. Twee dolfijnen communiceren onder water. Dolfijn 1 hoort na 0,8 seconde de toon van dolfijn 2. Hoe ver zwemmen de dolfijnen van elkaar vandaan?
Slide 10 - Tekstslide
4. Ik leg mijn oor op een rails van staal om te horen of er een trein aan komt. Op 4,75 km afstand van mij rijdt er een trein op de rails. Hoe lang duurt het voor het geluid door de rails bij mijn oor komt?
Slide 11 - Tekstslide
5. Een geluid doet er 0,116 ms over om een afstand van 50 cm af te leggen. Door welk medium gaat het geluid?
Slide 12 - Tekstslide
6. Reken van de onderstaande golf de frequentie uit.
Het hele beeld duurt 0,8 seconde.
Slide 13 - Tekstslide
7. Reken van de onderstaande golf de frequentie uit.
Het hele beeld duurt 0,01 seconde.
Slide 14 - Tekstslide
8. Reken van de onderstaande golf de frequentie uit.
Het hele beeld duurt 10 ms.
Slide 15 - Tekstslide
9. Leg uit hoe je iets hoort.
Gebruik de volgende woorden: geluidsbron tussenstof trillingen trommelvlies
Antwoord
Een geluidsbron produceert trillingen. Deze trillingen gaan door een tussenstof naar je oor. Daar gaat je trommelvlies trillen en hoor je iets.
Slide 16 - Tekstslide
10. Teken een golf van een hoge toon die zachtjes klinkt.
Slide 17 - Tekstslide
11. Teken een golf van een lage toon die zacht klinkt.
Slide 18 - Tekstslide
12. Teken een golf van een lage toon die heel luid is.
Slide 19 - Tekstslide
13. Een toon 45 Hz wordt gehoord door:
Slide 20 - Tekstslide
14. Welke golf heeft een grotere amplitude?
Slide 21 - Tekstslide
15. Piet staat elke dag voor werk in een luide omgeving. Hij hoort dan geluid tussen de 60 en 70 dB(A). Kan hij gehoorschade oplopen?
Slide 22 - Tekstslide
16. Er wordt een nieuwe woonwijk aangelegd naast een snelweg. Bedenk een oplossing tegen het geluid bij de bron, ontvanger en tussen de bron en ontvanger.
- Bij de bron:
- Tussen bron en ontvanger:
- Bij ontvanger:
Slide 23 - Tekstslide
17. Ik stem een gitaar en draai een van de snaren strakker. Wordt de toon hoger of lager?
Slide 24 - Tekstslide
18. Ik zet een klem op de hals van de gitaar. Dat klemmetje heet een capo. Wat gebeurt er met alle tonen van de gitaar?
Slide 25 - Tekstslide
19. Kijk naar de snaren van de gitaar. Zet de snaren op volgorde van de hoogste toon naar de laagste.
Lesduur is: 30 min
