5.5 Vreemd geld

Vreemd geld 
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Vreemd geld 

Slide 1 - Tekstslide

Je leert in deze paragraaf wat de invloed van vreemd geld op de internationale handel is en kunt berekeningen maken met vreemd geld
5.5: Vreemd geld

Slide 2 - Tekstslide

In de Europese Monetaire Unie (EMU) wordt betaald met dezelfde munteenheid. (euro)



 
5.5: Vreemd geld

Slide 3 - Tekstslide

Wisselkoers is de prijs van een vreemde munteenheid uitgedrukt is euro's.

Wisselkoersen variëren
per dag.

Huidige koers Euro / USD
1€ = $1,05
5.5: Vreemd geld

Slide 4 - Tekstslide

Als de wisselkoers in een land verandert: 
de wisselkoers in het andere land gaat omhoog > dan betaal je meer voor het product uit dat land > de import uit dat land daalt > de export naar dat land stijgt want de producten uit het andere land zijn goedkoper
Wat gebeurt er met de import / export?

Slide 5 - Tekstslide

Transactie kosten: De kosten die in rekening worden gebracht voor een transactie, zoals geld wisselen.

Let op: deze kosten heb je ook 
als je in een land pint met een 
andere valuta
Vreemd geld

Slide 6 - Tekstslide

De formules van de wisselkoersen:

- van vreemd geld naar euro's dan vermenigvuldig je

- van euro's naar vreemd geld, dan deel je.
5.5: Vreemd geld

Slide 7 - Tekstslide

Aankoop:  Vreemd geld x wisselkoers in € = euro’s
 
Verkoop:   Euro’s : wisselkoers in € = vreemd geld


5.5: Vreemd geld

Slide 8 - Tekstslide

Ik heb € 100, hoeveel Engelse pond kan ik kopen?
AANKOOPKOERS (laagste)

bedrag in euro's x wisselkoers = bedrag in vreemd geld dat je ontvangt
👉 100 x 0,85 = 85 GPB

Slide 9 - Tekstslide

Ik heb 100 Engelse pond over, hoeveel euro krijg ik daarvoor?
VERKOOPKOERS (hoogste)

bedrag in vreemd geld : koers per euro = bedrag in euro's
👉 100 : 0,86 = € 116,28

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Lees de leertekst van paragraaf 5.5 op blz. 25 goed door.

Zelf aan de slag!
Wat? maak opgaven 7 t/m 9 
Hoe? zie blz. 26 van je boek
Tijd? 15 minuten
Klaar? ga verder met opgaven 10 t/m 13 

5.5: Vreemd geld

Slide 12 - Tekstslide