NAVIDAD 25/26
1 / 20
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Wat weet je al over Kerst in relatie tot Spanje (of Latijns Amerika)?
Slide 3 - Woordweb
Slide 4 - Tekstslide
¿Cuántos días dura la Navidad?
A
dos semanas
B
dos meses
C
dos días
D
dos años
Slide 5 - Quizvraag
Slide 6 - Video
El Tío Spanish ___ (decorar) su casa con un árbol de Navidad, unas bolas, guirnaldas, luces y muchos otros adornos. ¿Y qué ____tu familia?
Slide 7 - Open vraag
Belén significa...
A
kerstmis
B
kribbe
C
kerststal
D
kerstavond
Slide 8 - Quizvraag
Welk figuur noemt Tío Spanish NIET (maar zie je wel vaak in een belén)?
A
de drie wijzen uit het oosten
B
engeltjes
C
herders
D
kamelen
Slide 9 - Quizvraag
El 24 de diciembre, los españoles (cenar)___, (comer)___ turrón, (brindar)___ con champán, (cantar) ___ villancicos
y (tocar)___ la pandereta y la zambomba.¿ Y tú ,qué __(hacer) el 24 de diciembre?
y (tocar)___ la pandereta y la zambomba.¿ Y tú ,qué __(hacer) el 24 de diciembre?
Slide 10 - Open vraag
De Kerstman heet in het Spaans Papá Noel, maar deze traditie is niet zo wijdverspreid zoals in Amerika. Spaanse kinderen krijgen hun cadeautjes namelijk niet van hem, maar van...
A
de Drie Koningen
B
los Reyes Magos
C
Melchor, Gaspar & Baltasar
D
Sinterklaas
Slide 11 - Quizvraag
Wat kun je vinden in je roscón de Navidad? En welke is positief en welke negatief?
Slide 12 - Open vraag
Wat dragen Spanjaarden op oudjaarsdag voor geluk in het nieuwe jaar?
A
een hoedje
B
rode onderbroek
C
groene jas
D
hun gele vlag om hun schouders
Slide 13 - Quizvraag
Hoe wens je iemand een fijne kerst in het Spaans?
Slide 14 - Open vraag
Slide 15 - Video
Schrijf zo veel mogelijke Spaanse woorden op met de betekenis in het Nederlands over NAVIDAD.
Navidad
Slide 16 - Woordweb
¿Qué comemos los neerlandeses con Navidad?
Slide 17 - Woordweb
¿Qué tradiciones tenemos nosotros?
Slide 18 - Open vraag
¿Qué es la Navidad para ti?
