Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Lesson 11 Object and interrogative pronouns
Guus
Haya
Zaria
Mateo
Noud
Aleyna
Eva
Rik
Luuk
Sophie
Wies
Elis
Julia
Roos
Tolga
Nawaz
Lauren
Madelief
Storm
Diego
Mohammad
Finn
Reva
Marina
seating chart 1 C
Teacher
1 / 33
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Engels
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 1
In deze les zitten
33 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Guus
Haya
Zaria
Mateo
Noud
Aleyna
Eva
Rik
Luuk
Sophie
Wies
Elis
Julia
Roos
Tolga
Nawaz
Lauren
Madelief
Storm
Diego
Mohammad
Finn
Reva
Marina
seating chart 1 C
Teacher
Slide 1 - Tekstslide
Roll call
Slide 2 - Tekstslide
HOMEWORK
Did you learn vocabulary as I asked?
Slide 3 - Tekstslide
Did you learn vocab A t/m H?
Slide 4 - Poll
Tests/Deadline
Date
Test/Deadline
13.10
Blog via Teams
26.10
Test Chapter 1
03.11
Listening test
Slide 5 - Tekstslide
Today
Grammar 2 the whole lesson
Goal:
To learn object pronouns and how to use them in a sentence
Slide 6 - Tekstslide
play.kahoot.it
Slide 7 - Link
Object and interrogative pronouns
Grammar 2 and 3
TB p. 68 / 69 / 77
Slide 8 - Tekstslide
Lesson aims
- I can use pronouns in a sentence
(Ik kan voornaamwoorden gebruiken in een zin)
Slide 9 - Tekstslide
What is the subject pronoun again?
Persoonlijk voornaamwoord als onderwerp
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Possessive pronoun
(Bezittelijk voornaamwoord)
Slide 12 - Tekstslide
Possessive pronouns (bezittelijke vnw)
Slide 13 - Tekstslide
Possessive pronoun
It's
my
dog. (mijn)
It's
your
dog. (jouw)
It's
his
dog. (zijn)
It's
her
dog. (haar)
it's
its
toy. (zijn)
It's
our
dog. (onze)
It's
your
dog. (jullie)
It's
their
dog. (hun)
Slide 14 - Tekstslide
Object pronoun
(persoonlijke voornaamwoord als voorwerp)
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Video
LET OP! HET ENGELSE WOORD 'I' SCHRIJF JE
ALTIJD
MET EEN HOOFDLETTER, OOK AL STAAT HET MIDDEN IN DE ZIN!
Dit zijn persoonlijke voornaam-
woorden die gaan over het ONDERWERP. Ze staan aan het begin van de zin.
Slide 17 - Tekstslide
Dit zijn persoonlijke voornaam-
woorden die gaan over het VOORWERP. Ze staan aan het einde van de zin.
Slide 18 - Tekstslide
object pronouns: vaak achteraan de zin of gelijk achter het ww
Slide 19 - Tekstslide
Underlined
Underlined words are verbs in the Present Simple
Words in bold are objective pronouns
Slide 20 - Tekstslide
Do ex 56d , ex 57
She sent
me
a letter. (aan) mij)
She sent
you
a letter. (jou)
She sent
him
a letter. (hem)
She sent
her
a letter. (haar)
She sent
it
a letter. (het)
She sent
us
a letter. (ons)
She sent
you
a letter. (jullie)
She sent
them
a letter. (hen/hun)
timer
5:00
Slide 21 - Tekstslide
Choose the correct object pronoun.
The teacher likes ______ (mij).
A
I
B
my
C
me
D
i
Slide 22 - Quizvraag
Choose the correct object pronoun.
Can you call _____ (hem)?
A
her
B
him
C
me
D
he
Slide 23 - Quizvraag
Choose the correct object pronoun.
She looks like ______ (haar).
A
him
B
us
C
her
D
me
Slide 24 - Quizvraag
Choose the correct object pronoun.
I can see _____ (ze/hen).
Slide 25 - Open vraag
Choose the correct object pronoun.
Jake doesn't want to eat _____ (het).
Slide 26 - Open vraag
Interrogative pronouns / vragende voornaamwoorden (Grammar 3 p. 69)
Slide 27 - Tekstslide
interrogative pronouns / vragende voornaamwoorden
Slide 28 - Tekstslide
Do ex 58b, 59a, 60a
Who
ate my cheese?
What
is cheese?
Where
is the cheese?
When
did you buy this cheese?
Why
did you eat my cheese?
How
did you find the cheese?
Which
cheese do you prefer?
Slide 29 - Tekstslide
___ did you find that dress?
(in the shop)
A
Who
B
Where
C
When
D
What
Slide 30 - Quizvraag
___ house do you like better?
The green or the blue house?
A
Which
B
What
C
Why
D
Where
Slide 31 - Quizvraag
Choose the correct interrogative pronoun.
____ is that strange girl?
A
When
B
Who
C
Which
D
Why
Slide 32 - Quizvraag
Choose the correct interrogative pronoun.
____ is the nearest supermarket?
A
Why
B
When
C
Where
D
Who
Slide 33 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
Object and interrogative pronouns
Maart 2023
- Les met
23 slides
Engels
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 1
Revision H1 Object & interrogative pronouns
Januari 2021
- Les met
11 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Object and interrogative pronouns
Januari 2021
- Les met
26 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
PERSONAL AND INTERROGATIVE PRONOUNS
Oktober 2022
- Les met
38 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
OBJECT INTERROGATIVE PRONOUNS EXERCISES
Maart 2023
- Les met
28 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k, vwo
Leerjaar 1
OBJECT INTERROGATIVE PRONOUNS EXERCISES
Juli 2023
- Les met
22 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k, vwo
Leerjaar 1
Object pronouns
Oktober 2021
- Les met
14 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k, vwo
Leerjaar 1
b1 Engels grammatica hoofdstuk 1
Oktober 2023
- Les met
48 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1