Ethiek DVZ193P

Ethiek - goed en kwaad
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgendeMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Ethiek - goed en kwaad

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel

Je weet na de les wat er word verstaan onder ethiek

Je kunt na deze les het begrip dilemma beschrijven.

Je weet na deze les wat waarden en normen zijn.

Je kunt aangeven welke waarde jij belangrijk vind.

Je kunt verschillende normen opschrijven die horen bij een waarde.

Slide 2 - Tekstslide

Ethiek waarom?
  • Je werkt met mensen
  • Iedereen heeft eigen waarde en normen
  • Hoort bij je deskundigheid: nadenken en gesprekken voeren over ethische dilemma's

Slide 3 - Tekstslide

Wat is ethiek?

Slide 4 - Woordweb

Ethiek
“Ethiek is de leer van het moraal, het is het inschakelen van het nadenken bij morele beslissingen, oftewel ook wel de bezinning van normen en waarden” (Nursing, 2004)

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Afweging goed en kwaad

Ethiek is het afwegen tussen goed en kwaad en de keuzes daartussenin.


Bij het beroep van verzorgende kun je dit niet wegdenken.


Bij een patiënt hoor je ethisch verantwoord te handelen.

Slide 7 - Tekstslide

Ethiek in de zorg
Als zorgprofessional maak je iedere dag keuzes die te maken hebben met waarden en normen.

Je werkt intensief samen met collega’s, mantelzorgers en cliënten. 
Soms met elkaar botsen over wat goede zorg is.
Balanceren tussen waarden van de cliënt en zijn familie en het beleid van jouw organisatie.
Rekening houden met bv de wet- en regelgeving.

 Dat levert ethische vragen en dilemma’s op die je steeds voor de vraag stellen: wat is goede zorg in deze situatie? 

Slide 8 - Tekstslide

Ethiek, moraal, waarden en normen
 Moraal zijn de waarden en normen die richting geven aan jouw doen en laten, ze sturen de keuzes die je maakt.
 Ethiek is daarover nadenken. 
Het is nadenken over de vraag of jouw handelen leidt tot goede zorg. 
 Waarden zijn idealen, dus kwaliteiten of situaties waar je naar wilt streven.  Normen zijn de spelregels voor hoe je handelt, regels waarmee je de waarden realiseert. 

‘Eerlijkheid’ is bijvoorbeeld een waarde en ‘niet liegen’ of ‘niet stelen’ zijn de normen die daarvan zijn afgeleid.

Slide 9 - Tekstslide

 Moraal: geheel van waarden en normen bij een persoon, bij een groep of in de samenleving.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Hoe ontstaan normen
en waarden

Slide 12 - Woordweb

Hoe ontstaan normen en waarde

Opvoeding

Omgeving

Ervaringen

School Religie

Cultuur

Economische situatie

Vrienden

Media

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Vier ethische waarden
1. Autonomie

2. Niet schaden

3. Weldoen

4. Rechtvaardigheid




Slide 15 - Tekstslide

Basis voor 4 waarden en norm uitleg
Respect voor autonomie: de wens van de patiënt zo veel mogelijk respecteren.
Niet schaden: mensen geen schade toebrengen.
Weldoen: zo veel mogelijk het welzijn van mensen bevorderen, inclusief hun leven beschermen.
Rechtvaardigheid: de ene persoon niet anders (minder of beter) behandelen dan de andere persoon met dezelfde behoefte.

Slide 16 - Tekstslide

Voorbeelden van ethische dilemma's
  • Wat is een goede balans tussen autonomie (vrijheid, eigen regie geven) en bescherming van kwetsbare mensen (veiligheid, voorkomen van risico’s, vrijheidsbeperking)?
  • Hoe moet je omgaan met wensen van naasten die gezien vanuit goede zorg en professioneel inzicht niet in het belang zijn van een dementerende cliënt?
  • Mag je als professional afwijken van protocollen en standaarden in het belang van de cliënt?
  • Hoe ga je om met beroepsgeheim en privacy als je rondom een cliënt samenwerkt met hulpverleners met diverse beroepsachtergronden? 

Slide 17 - Tekstslide

MORELE WAARDEN IN WETTEN VASTGELEGD
Door discussies over een ethisch onderwerp ontstaat uiteindelijk wetgeving. Denk aan de euthanasiewet en de abortuswet. 

Veel morele waarden zijn zo belangrijk dat ze in wetten zijn vastgelegd. 
Zo is het recht op lichamelijke integriteit vastgelegd in de grondwet.

Een ander voorbeeld is het recht op informatie over een behandeling, dit staat in de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO). 

Slide 18 - Tekstslide

Ethisch dilemma in 4 stappen
                                                      Hoe maak je een afgewogen keuze?
  1. Verkennen: wat is er aan de hand? Welke handelingsopties zijn er en wie zijn in deze situatie de betrokkenen?
  2. Onderzoeken: wat is de ethische vraag of het dilemma? Welke argumenten (waarden, belangen en principes) zijn hier in het spel?
  3. Afwegen: weeg zorgvuldig af waarom je een bepaalde keuze maakt en wat mogelijke gevolgen zijn voor wie. Wat is het gevolg voor de cliënt van jouw handeling of het nalaten daarvan?
  4. Besluiten: zoek naar de balans tussen alle (morele) betrokkenen met het oog op goede zorg.

Slide 19 - Tekstslide

Eerste fase: expliciteren
1. Welke feitelijke informatie ontbreekt?
2. Wat is de morele vraag?
3. Welke handelingsopties zijn er?
 

Slide 20 - Tekstslide

Tweede fase: analyseren

4. Wie zijn bij de situatie betrokken en wat is hun perspectief?
5. Welke overwegingen lijken relevant?

Slide 21 - Tekstslide

Derde fase: afwegen
6. Welke prioriteit krijgt elke overweging?
7. Welk alternatief lijkt de voorkeur te verdienen op basis van de afweging?

Slide 22 - Tekstslide

Vierde fase: implementeren

Wat lijkt nu het juiste om te doen? Hoe gaat dit aangepakt worden?

Slide 23 - Tekstslide