Pancreascarcinoom

Pancreascarcinoom
  • Definitie
  • Risicofactoren
  • Symptomen
  • Diagnose
  • Behandeling:
  1. Chirurgie, 
  2.  Stent of endoprothese, 
  3. Radio-en/of chemotherapie
  • VPK aandachtspunten na chirurgie
  • Voedingstips
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Pancreascarcinoom
  • Definitie
  • Risicofactoren
  • Symptomen
  • Diagnose
  • Behandeling:
  1. Chirurgie, 
  2.  Stent of endoprothese, 
  3. Radio-en/of chemotherapie
  • VPK aandachtspunten na chirurgie
  • Voedingstips

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je de definitie, risicofactoren, symptomen, diagnose, behandeling: chirurgie, stent of endoprothese, radio-en chemotherapie, verpleegkundige aandachtspunten na chirurgie en voedingstips bij zorgvrager met pancreascarcinoom weergeven.

Slide 2 - Tekstslide

Introduceer de leerdoelen van deze les en leg uit wat de studenten aan het einde van de les zullen kunnen.
Wat weet je al over pancreascarcinoom?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Definitie
Pancreascarcinoom is een kwaadaardige tumor die ontstaat in de alvleesklier. Het is een van de meest dodelijke vormen van kanker.

Slide 4 - Tekstslide

Leg uit wat pancreascarcinoom is en wat het betekent voor de patiënt.
Risicofactoren
Risicofactoren voor pancreascarcinoom zijn onder andere roken, alcoholgebruik, een hoog vetgehalte in het dieet en diabetes.

Slide 5 - Tekstslide

Beschrijf de risicofactoren die kunnen leiden tot pancreascarcinoom.
Symptomen
Symptomen van pancreascarcinoom zijn onder andere buikpijn, geelzucht, gewichtsverlies en vermoeidheid.

Slide 6 - Tekstslide

Leg uit wat de symptomen zijn van pancreascarcinoom en wat de patiënt kan ervaren.
Diagnose
De diagnose van pancreascarcinoom wordt gesteld door middel van een combinatie van beeldvormende technieken, zoals een CT-scan en een biopsie.

Slide 7 - Tekstslide

Beschrijf hoe artsen pancreascarcinoom kunnen diagnosticeren en welke tests worden gebruikt.
Behandeling: Chirurgie
Chirurgie is een veelvoorkomende behandeling voor pancreascarcinoom. De tumor wordt verwijderd en het omliggende weefsel wordt ook gecontroleerd op uitzaaiingen.

Slide 8 - Tekstslide

Beschrijf de chirurgische behandeling van pancreascarcinoom en leg uit hoe het werkt.
Behandeling: Stent of Endoprothese
Een stent of endoprothese kan worden gebruikt om de galwegen te openen en de symptomen van geelzucht te verlichten.

Slide 9 - Tekstslide

Leg uit hoe een stent of endoprothese werkt en hoe het de symptomen van pancreascarcinoom kan verlichten.
Behandeling: Radio- en Chemotherapie
Radio- en chemotherapie kunnen worden gebruikt om de tumor te verkleinen en de symptomen te verlichten. Deze behandelingen kunnen echter ook bijwerkingen hebben.

Slide 10 - Tekstslide

Leg uit hoe radio- en chemotherapie werken en wat de mogelijke bijwerkingen zijn.
Verpleegkundige Aandachtspunten Na Chirurgie
Verpleegkundige aandachtspunten na chirurgie omvatten het monitoren van de wondgenezing, het controleren van de vitale functies en het controleren op infecties.

Slide 11 - Tekstslide

Beschrijf de verpleegkundige aandachtspunten die belangrijk zijn na de chirurgische behandeling van pancreascarcinoom.
Voedingstips bij zorgvrager met Pancreascarcinoom
Voedingstips bij een zorgvrager met pancreascarcinoom omvatten het vermijden van vetrijk voedsel en het eten van kleine, frequente maaltijden.

Slide 12 - Tekstslide

Beschrijf de voedingstips die belangrijk zijn voor patiënten met pancreascarcinoom.
Conclusie
Pancreascarcinoom is een ernstige vorm van kanker die een multidisciplinaire aanpak vereist. Door samen te werken met artsen, verpleegkundigen en diëtisten, kunnen patiënten de beste zorg krijgen.

Slide 13 - Tekstslide

Vat de belangrijkste punten van de les samen en leg uit waarom een multidisciplinaire aanpak zo belangrijk is.
Bronnen
1. American Cancer Society. (2021). Pancreatic Cancer. https://www.cancer.org/cancer/pancreatic-cancer.html

Slide 14 - Tekstslide

Geef de bronnen die in deze les zijn gebruikt en kunnen worden gebruikt voor verdere studie.
Quizvraag
Wat zijn enkele risicofactoren voor pancreascarcinoom?

Slide 15 - Tekstslide

Stel een quizvraag om de kennis van de studenten te testen. Bespreek het antwoord na afloop van de vraag.
Quizvraag
Welke behandeling kan worden gebruikt om de symptomen van geelzucht te verlichten?

Slide 16 - Tekstslide

Stel een quizvraag om de kennis van de studenten te testen. Bespreek het antwoord na afloop van de vraag.
Quizvraag
Wat zijn enkele verpleegkundige aandachtspunten na de chirurgische behandeling van pancreascarcinoom?

Slide 17 - Tekstslide

Stel een quizvraag om de kennis van de studenten te testen. Bespreek het antwoord na afloop van de vraag.
Wat zijn belangrijke aandachtspunten voor wondverzorging na chirurgische behandeling van pancreascarcinoom?
A
Drukverband aanleggen en bloeddruk controleren
B
Verband verversen en ademhalingsfrequentie controleren
C
Wondinfectie voorkomen en drainage controleren
D
Pijnmedicatie toedienen en temperatuur controleren

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een belangrijk aandachtspunt bij het monitoren van de pancreasenzymen na chirurgische behandeling van pancreascarcinoom?
A
Letten op tekenen van diabetes
B
Letten op tekenen van hepatitis
C
Letten op tekenen van galblaasaandoeningen
D
Letten op tekenen van pancreatitis

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een aanbevolen voedingsadvies voor een patiënt na chirurgische behandeling van pancreascarcinoom?
A
Een koolhydraatarm dieet volgen
B
Een zoutarm dieet volgen
C
Een vetvrij dieet volgen
D
Een eiwitrijk dieet volgen

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een belangrijk aandachtspunt bij de postoperatieve zorg van een patiënt met pancreascarcinoom?
A
Controleren op tekenen van infectie
B
Controleren op tekenen van hartfalen
C
Controleren op tekenen van longembolie
D
Controleren op tekenen van nierfalen

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Interactieve Oefening
Bespreek in groepen van twee of drie wat voor soort voedingsmiddelen patiënten met pancreascarcinoom zouden moeten vermijden en wat voor soort voedingsmiddelen ze zouden moeten eten.

Slide 22 - Tekstslide

Geef de studenten de gelegenheid om de geleerde informatie toe te passen en in groepen te werken om hun kennis verder te verdiepen.
Interactieve Oefening
Bespreek in groepen van twee of drie hoe een multidisciplinaire aanpak kan helpen bij de behandeling van pancreascarcinoom.

Slide 23 - Tekstslide

Geef de studenten de gelegenheid om de geleerde informatie toe te passen en in groepen te werken om hun kennis verder te verdiepen.
Video
Laat de studenten een video bekijken van een patiënt met pancreascarcinoom die wordt behandeld met chirurgie, radio- en chemotherapie en verpleegkundige zorg.

Slide 24 - Tekstslide

Geef de studenten de gelegenheid om hun kennis in actie te zien en om de behandeling van pancreascarcinoom visueel te begrijpen.
Samenvatting
Vat de belangrijkste punten van de les samen en laat de studenten vragen stellen of opmerkingen maken.

Slide 25 - Tekstslide

Geef de studenten de gelegenheid om vragen te stellen of opmerkingen te maken over de les voordat deze wordt afgesloten.
Einde Les
Bedank de studenten voor hun deelname aan de les en moedig hen aan om hun kennis van pancreascarcinoom verder uit te breiden.

Slide 26 - Tekstslide

Sluit de les af en moedig de studenten aan om hun kennis van pancreascarcinoom verder uit te breiden.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 27 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 28 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 29 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.