Proeftoets H2 Mens en Aarde

Proeftoets H2 Mens & Aarde
Mens & Maatschappij vmbo 
1 / 49
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Proeftoets H2 Mens & Aarde
Mens & Maatschappij vmbo 

Slide 1 - Tekstslide

Hoe noemen we het tijdvak van de oudheid?

Slide 2 - Open vraag

De oudheid duurde van...
A
1000 n.C. - 1500 n.C.
B
2000 v.C. - 50 n.C.
C
3000 v.C. - 500 n.C

Slide 3 - Quizvraag

Tot 3000 v.C.
3000 v.C. tot 500 n.C.
500 - 1000 n.C.
1000 - 1500 n.C..
Tijd van jagers en boeren
Tijd van Grieken en Romeinen
Tijd van Monniken en ridders
Tijd van Steden en Staten
Middeleeuwen
Prehistorie
Oudheid

Slide 4 - Sleepvraag

Nederland
Spanje
Italië
Griekenland
Frankrijk
Egypte

Slide 5 - Sleepvraag

De leider van de Romeinen was een...
A
Koning
B
Soldaat
C
Dictator
D
Keizer

Slide 6 - Quizvraag

Germanen
Friezen
De limes
Romeinen
Bataven

Slide 7 - Sleepvraag

De rivier de Maas was de grens van het Romeinse rijk.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quizvraag

De Romeinen offerden in tempels.
Wat was de reden dat de Romeinen offerden?
A
Het was een manier van slachten.
B
Het was normaal cadeaus aan anderen te geven.
C
Ze hoopten dat de goden de mensen zouden helpen.
D
Zo lieten ze zien dat ze tolerant waren.

Slide 9 - Quizvraag

De Romeinen hadden ....god(en)
A
Meerdere
B
één

Slide 10 - Quizvraag

Waarom brachten de Romeinen offers aan hun goden?

Slide 11 - Open vraag

Het gebedshuis voor de joden noemen we een

Slide 12 - Open vraag

De joden zagen de Romeinse keizer als hun god.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Omcirkel het juiste antwoord.
In 395 wordt het Romeinse rijk door de keizer opgesplitst in een West-Romeins rijk en een Oost-Romeins rijk. Waarom splitste de keizer het rijk?

A
De keizer had twee zonen die alle twee zijn opvolger wilde zijn.
B
Het Westen en het Oosten hadden vaak ruzie met elkaar.
C
Kleinere rijken zijn beter te verdedigen.
D
Veel Romeinen hadden honger doordat de oogst was mislukt.

Slide 14 - Quizvraag

In het Romeinse rijk woonden veel volken met ieder hun eigen godsdiensten. Welke kenmerk hoort bij het christendom?
A
Geloven in meerdere goden
B
oppergod Jupiter
C
paus
D
tempel

Slide 15 - Quizvraag

Geloven in één God
Geloven in meerdere Goden
Islam
Jodendom
Christendom
Romeinse Goden
Hindoeïsme
Boeddhisme

Slide 16 - Sleepvraag

Hoe wordt het heilige boek van christenen genoemd?

Slide 17 - Open vraag

De tijd van de Grieken en Romeinen stopte...
A
500 v. Chr.
B
50 n. Chr
C
500 n. Chr.
D
1000 n. Chr.

Slide 18 - Quizvraag

Aardkorst
Mantel
Buitenkern
Binnenkern

Slide 19 - Sleepvraag

1
2
3
4

Slide 20 - Sleepvraag

Aardbevingen ontstaan...
A
in de aardkern.
B
in het hypocentrum
C
langs breuken.
D
midden op de aardplaten.

Slide 21 - Quizvraag

In Nederland zijn er ook aardbevingen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quizvraag

Een aardbeving wordt gemeten volgens de schaal van ...
A
Richter
B
Beaumont
C
Seismologie

Slide 23 - Quizvraag

Bergen ontstaan waar aardkorstplaten

Slide 24 - Open vraag

Bron 1

Slide 25 - Tekstslide

Bekijk bron 1. Omcirkel in elke zin het juiste antwoord.

De Noord-Amerikaanse plaat en de Euraziatische plaat...

A
bewegen langs elkaar
B
naar elkaar toe
C
van elkaar af

Slide 26 - Quizvraag

Bekijk bron 1. Omcirkel in elke zin het juiste antwoord.

Op de grens van de Nazcaplaat en de Zuid-Amerikaanse plaat zijn .............aardbevingen

A
veel
B
weinig

Slide 27 - Quizvraag

Bekijk bron 1 nogmaals.
Omcirkel je antwoord en maak daarna de zin af.

Op het midden van een aardkorstplaat zijn veel / weinig aardbevingen, omdat

Slide 28 - Open vraag

Een aardbeving is een trilling in de

Slide 29 - Open vraag

Op 13 april 1992 werd Roermond getroffen door een aardbeving. Er waren gelukkig geen slachtoffers. Wel raakten veel huizen zwaar beschadigd. Hoe groot was de kracht van de aardbeving? Leg je antwoord uit.

De aardbeving had een kracht 2 / 6 / 8, omdat

Slide 30 - Open vraag

Waar staat de combinatie Tsunami voor?

Slide 31 - Open vraag

1. 
2. 
3.
4. 
Zeebodem
een
zeebeving.


Bodem
gaat
omhoog
Door de zeebodem beweegt het water omhoog.
Er ontstaan grote golven
Deze golven komen uiteindelijk op het land

Slide 32 - Sleepvraag

Midden Rusland
Geen kans 
Midden-Europa Geen kans
India. Grote kans. 
Japan. Grote kans
Chili. Grote kans

Slide 33 - Sleepvraag

Noem minimaal twee gevolgen van een tsunami.

Slide 34 - Open vraag

Een vulkaan is een plek in de aardkorst waar _________________ aan het aardoppervlak komt.

Slide 35 - Open vraag

Aardbevingen en vulkanen komen _____________ bij elkaar in de buurt voor.

Slide 36 - Open vraag

Omcirkel het juiste antwoord.
A
Aardkorstplaten drijven op het gesmolten gesteente in de aardkorst.
B
De aardmantel bestaat uit vloeibaar gesteente.
C
Het bewegen van de aardkorstplaten zorgt ervoor dat het gesmolten gesteente moeilijk naar boven komt.
D
Op het midden van aardkorstplaten komen veel vulkaanuitbarstingen voor.

Slide 37 - Quizvraag

Magma
Lava
Krater
Kraterpijp

Slide 38 - Sleepvraag

Dode vulkaan
Slapende vulkaan
Actieve vulkaan

Slide 39 - Sleepvraag

El Teide op Tenerife is een vulkaan die in 1909 voor het laatst is
uitgebarsten. Dit is een _____________________ vulkaan.

A
Slapende
B
Dode
C
Actieve

Slide 40 - Quizvraag

De Zuidwalvulkaan in de Waddenzee is bedekt met meer dan 2000m zand.
Dit is een ________________ vulkaan.

A
Slapende
B
Dode
C
Actieve

Slide 41 - Quizvraag

Naast vloeibaar gesteente komen er ook ________________ gassen, as en stenen uit de vulkaan bij een uitbarsting.

Slide 42 - Open vraag

Wat is het verschil tussen een slapende en een dode vulkaan?

Slide 43 - Open vraag

Noem twee ongunstige gevolgen van een vulkaanuitbarsting.

Slide 44 - Open vraag

Een gunstig gevolg van een vulkaanuitbarsting is:

Slide 45 - Open vraag

Rond een vulkaan is de grond heel vruchtbaar. Wat betekent vruchtbaar?

Slide 46 - Open vraag

Bekijk bron 3. Jennifer zegt dat bij A de kans het grootst is dat de vulkaan heel rustig uitbarst. Jisse zegt dat bij B de kans het grootst is dat de vulkaan heel rustig uitbarst.
Wie heeft gelijk? Geef een argument voor je keuze.




Slide 47 - Open vraag

Slide 48 - Tekstslide

Einde proeftoets 

Slide 49 - Tekstslide