3.5 klimaten

3.5 klimaten
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

3.5 klimaten

Slide 1 - Tekstslide

Weet jij de reden van de droogte in het gebied bij het vraagteken?

Slide 2 - Tekstslide

Planning
Instructie en opdrachten
Werkblad
Speel het kwartet
Afsluiting

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen:
Je kent de zes klimaatfactoren.
Je kent de klimaatclassificatie van Köppen.
Je kunt de spreiding van klimaten op verschillende schaalniveaus verklaren met behulp van de klimaatfactoren.

Slide 4 - Tekstslide

Klimaten verklaren
Klimaatfactoren?

Slide 5 - Tekstslide

6 Klimaatfactoren
– de geografische breedte (verschillen in stralingsbalans);
– het atmosferische circulatiesysteem (luchtdruk en windrichting);
– de afstand tot de zee;
– de invloed van zeestromen (warm, koud);
– de hoogteligging en het reliëf (loef- en lijzijde van een gebergte);
– de grootte, ligging en vorm van de continenten.

Slide 6 - Tekstslide

Geografische breedte

Slide 7 - Tekstslide

Invloed van de zon speelt bij de breedteligging een grote rol. 

Ook de  windrichting in een gebied is van belang.
De invalshoek van de zon en de breedteligging op aarde zijn van invloed op de temperatuur.
Ligt een gebied dicht bij de evenaar, dan ligt het op lage breedte.
De zon schijnt hier loodrecht op aarde => het is warm
Ligt een gebied dichter bij de Noord- of Zuidpool, dan ligt het op hoge breedte. De zon schijnt hier schuin op aarde, moet met dezelfde warmte een groter gebied opwarmen => het is koud.

Slide 8 - Tekstslide

het atmosferische circulatiesysteem

Slide 9 - Tekstslide

De afstand tot zee

Slide 10 - Tekstslide

Invloed warme Golfstroom in Europa: deze warme zeestroom zorgt ervoor dat warme lucht via zee in Europa komt. Zo zie je dat de Golfstroom langs Noorwegen gaat.... en dat heeft gevolgen!
Een koude zeestroom stroomt langs de kust van Canada. Dit zorgt voor koude lucht in dit gebied...
Zeestromen kunnen zorgen voor temperatuurverschil tussen plaatsen die op dezelfde breedteligging liggen!

Slide 11 - Tekstslide

Hoogteligging
Reliëf

Slide 12 - Tekstslide

 de grootte, ligging en vorm van de continenten.

Slide 13 - Tekstslide


Welke klimaatfactoren spelen een rol op de temperatuur van een gebied?

Slide 14 - Open vraag


Welke klimaatfactoren hebben invloed op de neerslag van een gebied?

Slide 15 - Open vraag


Welke klimaatfactor zorgt ervoor dat er in Nederland een gematigd zeeklimaat heerst?

Slide 16 - Open vraag


Welke klimaatfactor zorgt ervoor dat er in de Sahara een woestijnklimaat heerst?

Slide 17 - Open vraag


Welke klimaatfactor zorgt ervoor dat er in de Himalaya een hooggebergteklimaat heerst?

Slide 18 - Open vraag

Zet de klimaatfactoren op de juiste plek!
Breedteligging
Hoogteligging
Land vs. zee
Warme vs. koude zeestroom
Loefzijde vs. lijzijde
Luchtdrukgebieden

Slide 19 - Sleepvraag

Bestudeer Klimaatclassificatie van Köppen

Slide 20 - Tekstslide


Waar staan de kleine letters f, s en w voor in het systeem van Köppen?

Slide 21 - Open vraag


Welk klimaat heeft Nederland volgens Köppen? Leg uit hoe de klimaatfactoren dit klimaat beïnvloeden.

Slide 22 - Open vraag


Bekijk de afbeelding.  Welke plaatsen in de afbeelding  hebben een Af-klimaat? Leg je antwoord uit.

Slide 23 - Open vraag


Geef een verklaring voor de hoogte van de temperatuur en de neerslagverdeling in deze plaatsen.

Slide 24 - Open vraag


Waarin verschilt het BS-klimaat van het BW-klimaat?

Slide 25 - Open vraag

Koppel de grafieken aan de juiste plaats.

Slide 26 - Sleepvraag

Köppensysteem
Zet de juiste letters van het klimaatsysteem van Köppen bij de juiste plek op de wereld.


Af
BW
Cf
Df
ET

Slide 27 - Sleepvraag

Afsluiting

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video