Verlichte Denkers

De Verlichting
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

De Verlichting

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verlichting

'Periode (18e eeuw) waarin een kritische houding ontstond tegenover geloof en traditie en een groot vertrouwen in de mogelijkheid de wereld rationeel te doorgronden.'

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Europa 18e eeuw
verschillende bestuursvormen:
- absoluut vorst(Frankrijk)
- regenten en stadhouder (Republiek)
- koning en parlement (Engeland)

traditie en geloof (nog) erg belangrijk (dogmatisch).

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wetenschappelijke Revolutie
systematisch kennis verwerven:
- rationalisme (verstand)
- empirisme (waarneming)

gevolgen:
- ontdekking van natuurwetten
- vooruitgangsgedachte

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verlichting
Rationalisme leidt tot een ideale samenleving:
- sociale verhoudingen
- rechtspraak
- politiek
- godsdienst
- economie

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociale verhoudingen
Uitgangssituatie:
- veel ongelijkheid
- standensamenleving

Verlichte denkers:
- alle mensen hebben natuurrechten
- gelijkheid voor alle achtergestelde groepen
- vrijheid voor individuele burger

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rechtspraak
Uitgangssituatie:
- lijfstraffen
- bewijzen in rechtspraak vaak onbetrouwbaar

Verlichte denkers:
- straffen moeten doel dienen
- mensen moeten hun leven kunnen verbeteren
- geen lijfstraffen/doodstraf

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Politiek
Uitgangssituatie:
- absolutisme
- koning en parlement
- regenten

Verlichte denkers:
- sociaal contract (John Locke
- volkssoevereiniteit (Jean-Jacques Rousseau)
- Trias Politica (Charles Montesquieu)

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociaal contract
Uitgangssituatie:
vorst heeft absolute macht door droit divin

Locke
contract tussen burgers en vorst:
* burgers dragen taken over aan vorst
* vorst beschermt burgers door wetgeving
* als een vorst dit niet goed doet, mag hij afgezet worden
John Locke (1632-1704)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volkssoevereiniteit
Uitgangssituatie:
vorst heeft absolute macht door droit divin

Rousseau
* alle mensen zijn gelijk
* soevereiniteit ligt bij het volk
Jean-Jacques Rousseau (1712-1778)

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Locke en Rousseau
Locke
volk = adel + rijke burgers
(Engeland)

Rousseau
volk = alle burgers
(Frankrijk)
uitgangspunt:
alle mensen zijn gelijk
dus: volkssoevereiniteit
uitgangspunt:
beperkte groep burgers vormen het volk

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Trias Politica
Kenmerken:
- uitvoerende macht (regering)
- wetgevende macht (parlement)
- rechterlijke macht (rechtspraak)

DEMOCRATIE

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Godsdienst
Uitgangssituatie:
- (natuur)rampen zijn een straf van God
- De Bijbel is de waarheid/leidend 
- bijgeloof


Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Godsdienst
Verlichte denkers:
- mechanistisch wereldbeeld/deïsme
- religieuze tolerantie (Voltaire
- scheiding kerk en staat
- God is de schepping (Spinoza

Francois-Marie Arouet (Voltaire) (1694-1778)
Baruch Spinoza (1632-1677)

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Economie
Uitgangssituatie:
mercantilisme

Verlichte denkers:
economisch liberalisme
- vrije markteconomie
- laisser faire politiek

> burgers moeten op verstandige wijze eigen belang nastreven
Adam Smith (1723-1790)

Slide 15 - Tekstslide

In 1759 verscheen zijn The Theory of Moral Sentiments, waarin hij zijn ethiek uiteenzet. Het werk kan gezien worden als de voorbereiding op de The Wealth of Nations. Waar in The Wealth of Nations de meest rechtvaardige samenleving het resultaat is van burgers die op verstandige wijze hun eigen belang nastreven, blijkt uit Theory of Moral Sentiments dat dat eigen belang wel gezien moet worden in het kader van de verantwoordelijkheden van die burger. Met andere woorden, het eigenbelang van de kapitalistische samenleving is volgens Smith niet gebaseerd op egoïsme, maar op zorg voor anderen, vanuit een goed begrip van de eigen positie.
Radicale en gematigde Verlichting
Radicale Verlichting: kleine veranderingen nastreven
- balans zoeken tussen oude en nieuwe ideeën

Gematigde Verlichting: grote veranderingen nastreven
- democratie, vrijheid en gelijkheid vormen de basis van de samenleving

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sapere aude! Durf te denken!
Immanuel Kant (1724-1804)
- waarschuwde voor radicalisme:
* kan leiden tot intolerantie
- waarschuwde voor ongeduld:
* Verlichting is traag proces
- waarschuwde voor teveel optimisme:
* beperkingen aan vrijheid van het individu
* we kunnen niet alles weten


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verspreiding van de ideeën
- brieven
- publicaties (tijdschriften, boeken)
- discussies in koffiehuizen en salons

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke ideeën ontstonden tijdens de Verlichting over de ideale samenleving?
De ideale samenleving is gebaseerd op:
- vrijheid
- gelijkheid

* sociale verhoudingen: geen standensamenleving
* rechtspraak: geen lijfstraffen / eerlijk bewijs
* politiek: sociaal contract / volkssoevereiniteit / Trias Politica
* godsdienst: religieuze tolerantie
* economie: liberalisme

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ancien Régime

  1. 1e stand geestelijken: priester, bisschop, paus.
  2. 2e stand adel: graven, hertog, markies.
  3. 3e stand burgers/boeren: rijke burgerij=> advocaten, dokters, kooplieden.       Gewone burgerij=> ambachtslieden, werklieden.                                            Boeren.
  • Ancien Régime= periode voor de Franse revolutie met het absolutisme en een standensamenleving.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

verlicht absolutisme
'eerste dienaar van de 
staat'
'niet regeren door het volk
maar voor het volk'

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies