3K - Grammar - The Future

Today:
1.  Introduction to lesson 

2. Grammar - The Future

3. Homework time -->





TO DO:

LessonUp 
+
Page 148-149
Ex. 34 + 35



CHECK:
X
Goal:  I can use the future tense
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Today:
1.  Introduction to lesson 

2. Grammar - The Future

3. Homework time -->





TO DO:

LessonUp 
+
Page 148-149
Ex. 34 + 35



CHECK:
X
Goal:  I can use the future tense

Slide 1 - Tekstslide

The future!

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

4 manieren om over de toekomst te praten

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

We have to go soon. The bus __________________ (leave) at 14.15.
A
leaves
B
is leaving
C
is going to leave
D
will leave

Slide 6 - Quizvraag

Uitleg
leaves 

want het gaat hier om een vaste vertrektijd (in dit geval van een bus).

Slide 7 - Tekstslide

Are you looking for my dad? He’s not here. He always _________(walk) the dog around this time.
A
walks
B
is walking
C
is going to walk
D
will walk

Slide 8 - Quizvraag

Uitleg
walks

want het gaat hier om een gewoonte, iets wat iemand altijd (always) doet.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

I almost forgot. I need to leave earlier. I ___________________ (see) my doctor this afternoon.
A
see
B
am seeing
C
am going to see
D
will see

Slide 11 - Quizvraag

Uitleg
am seeing

want het gaat hier om een afspraak, waarvan je de tijd en/of plaats weet.

Slide 12 - Tekstslide

I ________ (stay) at my house at the moment.
A
stay
B
am staying
C
am going to stay
D
will stay

Slide 13 - Quizvraag

Uitleg
am staying

want het is op dit moment aan de gang (at the moment)

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

To be going to + verb
I am going to go
You are going to walk
He is going to sleep
She is going to work
It is going to rain
We are going to play
They are going to eat

Slide 16 - Tekstslide

Do you see those clouds? It _______________________ (rain) a lot today!
A
rains
B
is raining
C
is going to rain
D
will rain

Slide 17 - Quizvraag

Uitleg
is going to rain

want je maakt een voorspelling met bewijs, je ziet de wolken (clouds)

Slide 18 - Tekstslide

I found out that P!NK is coming to The Netherlands next year. I ________________________ (see) her!
A
see
B
am seeing
C
am going to see
D
will see

Slide 19 - Quizvraag

Uitleg
am going to see

want het gaat over een plan dat je voor de toekomst hebt. 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Oof! That bag looks really heavy. I ________________ (help) you with that!
A
help
B
am helping
C
am going to help
D
will help

Slide 22 - Quizvraag

Uitleg
will help

want je biedt aan om te helpen.

Slide 23 - Tekstslide

When I grow up, I ___________________ (live) in a huge house.
A
live
B
am living
C
am going to live
D
will live

Slide 24 - Quizvraag

Uitleg
will live

want je maakt een voorspelling voor de toekomst, maar je hebt er geen bewijs voor, je denkt/hoopt het.

Slide 25 - Tekstslide

Oefenen

Slide 26 - Tekstslide

Oof! That bag looks really heavy. I ________________ (help) you with that!
A
will help
B
am going to help

Slide 27 - Quizvraag

Uitleg
will help

want je biedt aan om te helpen.

Slide 28 - Tekstslide

When I grow up, I ___________________ (live) in a huge house.
A
will live
B
am going to live

Slide 29 - Quizvraag

Uitleg
will live

want je maakt een voorspelling voor de toekomst, maar je hebt er geen bewijs voor, je denkt/hoopt het.

Slide 30 - Tekstslide

Do you see those clouds?
It _______________________ (rain) today!
A
will rain
B
is going to rain

Slide 31 - Quizvraag

I found out that Ed Sheeran is coming to the Netherlands next year!
I ________________________ (see) him!
A
will see
B
am going to see

Slide 32 - Quizvraag

Uitleg
am going to see

want het gaat over een plan dat je voor de toekomst hebt. 

Slide 33 - Tekstslide

I ______ (work) now, can you come back later?
A
work
B
am working
C
am going to work
D
will work

Slide 34 - Quizvraag

Uitleg
am working

want het is nu aan de gang. 
Dat herken je aan het woordje now

Slide 35 - Tekstslide

She _______ (be) always late.
A
is
B
is being
C
is going to be
D
will be

Slide 36 - Quizvraag

Uitleg
is

want het gaat om een gewoonte, dat herken je aan het woord always.

To be = I am - you are - she is

Slide 37 - Tekstslide

I can hear the phone ringing in the other room. I _____ (get) it!
A
get
B
am getting
C
am going to get
D
will get

Slide 38 - Quizvraag

Uitleg
will get

want je hoort de telefoon in de andere kamer, en je besluit spontaan om op te nemen.
 bij besluiten gebruik je will + werkwoord

Slide 39 - Tekstslide

We ______ (meet) Jackie and Robin at the swimmingpool at 3pm.
A
meet
B
are meeting
C
are going to meet
D
will meet

Slide 40 - Quizvraag

Uitleg
am meeting

want het gaat om een afspraak, en je weet de plaats (swimming pool) en/of de tijd (at 3pm).

Slide 41 - Tekstslide

It's a fact that a newborn panda _____ (weigh) as much as a cup of tea.
A
weighs
B
is weighing
C
is going to weigh
D
will weigh

Slide 42 - Quizvraag

Uitleg
weighs

want het gaat hier om een feit (fact) en dan gebruik je het gewone werkwoord. 
Er komt hier een s achter, want dat moet na een he/she/it. 
Een panda is een it.

Slide 43 - Tekstslide

Shirley and Tristan ______ (watch) a film right now.
A
watch
B
are watching
C
are going to watch
D
will watch

Slide 44 - Quizvraag

Uitleg
are watching

want het is nu aan de gang (right now) en als iets aan de gang is, dan zet je -ing achter het werkwoord, en am/is/are ervoor.

Slide 45 - Tekstslide

He always ______ (take) the bus to school.
A
takes
B
is taking
C
is going to take
D
will take

Slide 46 - Quizvraag

Uitleg
takes

want het gaat om een gewoonte, iets wat altijd zo is (always).

Je zet een s achter het werkwoord omdat het om een he gaat

Slide 47 - Tekstslide

Tomorrow ...

Slide 48 - Open vraag

Next week ...

Slide 49 - Open vraag

Next year ...

Slide 50 - Open vraag

Je bent nu klaar met deze LessonUp!

Slide 51 - Tekstslide