schrijven casus

Wat is het doel van een casus?
1 / 10
volgende
Slide 1: Woordweb
VerzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wat is het doel van een casus?

Slide 1 - Woordweb

Welke onderwerpen komen in de casus?

Slide 2 - Woordweb

Hoe kom je aan je informatie?

Slide 3 - Woordweb

Hoe noem je de zorgvrager
A
Vrouwtje
B
Weduwe
C
Mevr. J
D
J.

Slide 4 - Quizvraag

Wat betekent Intramuraal
A
Zorgvrager woont thuis
B
Zorgvrager heeft een mantelzorger
C
Zorgvrager krijgt thuiszorg
D
Zorgvrager woont in een zorginstelling

Slide 5 - Quizvraag

Wat is extramuraal
A
Thuiszorg
B
wonen in een instelling

Slide 6 - Quizvraag

Hoelang is een casus?
A
5 regels
B
1,5 A4
C
1A4
D
1/2 - 1 A4

Slide 7 - Quizvraag

Wat komt er in je casus
1. De leeftijd en woonsituatie van de cliënt. Denk aan zorginstelling intramuraal/extramuraal, somatiek, PG, VGZ van de cliënt. Kinderen, kleinkinderen, mantelzorg, sociale contacten/netwerk. Reden van opname.  
(de naam houd je afgekort of verander je in verband met privacy) 
 
2. De aandoeningen van de cliënt.  
(deze werk je vervolgens uit in de Rode Loper) 
Gebruikt de cliënt medicijnen, welke en waarom? 
 


Slide 8 - Tekstslide

vervolg casus
3. Hoe de cliënt omgaat met deze aandoeningen.  
4. Waarom de cliënt zorg ontvangt. Welke wensen heeft de cliënt, waar houd je als verzorgende rekening mee in de begeleiding en waarom? Denk aan zelfredzaamheid.  
5. Een stukje levensgeschiedenis van de cliënt. Gezinsleven, werk, hobby’s, verenigingsleven.  
 6. De naastbetrokkenen van de cliënt/sociale netwerk en de betekenis van hen in het leven van de cliënt . 
 

Slide 9 - Tekstslide

Opbouw verslag
Voorblad
Inhoudsopgave
Inleiding
Casus
Rode loper

Slide 10 - Tekstslide