5.3 De kerkhervorming

1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat denk je dat er bedoeld wordt met 'de reformatie van de christelijke kerk'?

Slide 2 - Open vraag

Leerdoelen
5.3 De kerkhervorming
1 Je kunt de kritiek op de Kerk beschrijven en verklaren.
2 Je kunt de oorzaak, de inhoud en de gevolgen van de contrareformatie beschrijven.
3 Je kunt uitleggen welke gevolgen de hervorming had voor de maatschappelijke en politieke situatie in Europa.


Slide 3 - Tekstslide

Kerk rond 1500
  • Kerk zorgde voor liefdadigheid (zieken, armen, ouden).
  • Kerk bepaalde de normen (kerkelijke/geloofsregels).
  • Ketter als je, je niet hield aan de kerkelijke regels.

  • Paus werd gezien als plaatsvervanger van Christus. 
  • Paus had geestelijke (en deels wereldlijke) macht. (denk bijvoorbeeld aan oproep paus kruistocht)

Slide 4 - Tekstslide

De kerk rond 1500
Paus leefde als koning.
Nieuwe dure Sint Pieter.
Gaat het in de kerk om rijkdom? Scherpe kritiek.
Soberheid christendom, ging het daar niet om?

Slide 5 - Tekstslide

De kerk rond 1500
Om de bouw van de Sint Pieter (architectuur renaissancestijl, vol van renaissancekunst) moest de paus veel geld binnenhalen.
Oplossing? Aflatenhandel!

Slide 6 - Tekstslide

Wat is een aflaat?

Slide 7 - Woordweb

Slide 8 - Video

95 stellingen van Luther; 
kritiek op:
  • aflaathandel ("bedrog")
  • heiligenverering ("afgoderij")
  • relikwieën (heilige voorwerpen)
  • Aflaten van de paus ("slechts God kan vergiffenis schenken")

Slide 9 - Tekstslide

Luther:


  • Iedereen moest zelf de Bijbel kunnen onderzoeken (persoonlijke relatie met God).
  • Bijbel in de volkstaal (daarom vertaalde hij de Bijbel in Duits).
  •  Geestelijke en priesters niet nodig.
  • Kerkdiensten in het Duits.

Slide 10 - Tekstslide

Verspreiding reformatie
De boekdrukkunst zorgde voor massale en snelle verspreiding van de ideeën van Luther

Slide 11 - Tekstslide

Zowel de paus als Karel V hadden problemen met Luthers kritiek, maar wie is Karel V eigenlijk?

Slide 12 - Open vraag

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Reactie op Luthers' kritiek door van de paus
 en Karel V:
  • Paus deed hem in de ban (Luther uit de kerk gezet).
  • Karel V wilde eenheid van geloof.
  • Luther moest in Worms verschijnen.
  • Luther nam zijn woorden niet terug.
  • Karel V --> Luther in de rijksban (Vogelvrij: Luther kon straffeloos gedood worden).
  • Luther werd beschermd door Duitse keurvorsten 

Slide 15 - Tekstslide

Luther kerksplitsing
Gevolgen kerkban:
  • Volgelingen Luther stichten eigen kerken (protestantse kerken).
  • Duitse keurvorsten kiezen katholieke of protestantse kant.
  • Godsdienstoorlogen

Slide 16 - Tekstslide

Resultaat: Vrede van Augsburg - 1555
Cuius regio eius religio; wiens gebied, diens gebed




Karel V persoonlijke nederlaag. Hij trad af.
Gevolg:
Is de vorst Luthers, dan zijn onderdanen ook.
Is de vorst katholiek, dan zijn onderdanen ook.
Grote verhuizingen naar het gebied van je geloof (katholiek of Luthers).

Slide 17 - Tekstslide

Waarom was de Vrede van Augsburg een nederlaag voor Karel V?

Slide 18 - Woordweb

Test jezelf...

Slide 19 - Tekstslide

Protestantse kerk of Katholieke kerk?

Verering van heiligen
A
Protestantse kerk
B
Katholieke kerk

Slide 20 - Quizvraag

Protestantse kerk of Katholieke kerk?

Sobere handelingen
A
Protestantse kerk
B
Katholieke kerk

Slide 21 - Quizvraag

Protestantse kerk of Katholieke kerk?

Verering van relieken
A
Protestantse kerk
B
Katholieke kerk

Slide 22 - Quizvraag

Protestantse kerk of Katholieke kerk?

De Paus is de leider
A
Protestantse kerk
B
Katholieke kerk

Slide 23 - Quizvraag

Welke van de stellingen is juist?

1 Toen Luther zijn stellingen bedacht wilde hij een
nieuwe kerk beginnen.

2 De Paus wilde wel met Luther praten over zijn
ideeën.
A
Alleen 1 is juist
B
Alleen 2 is juist
C
Beide zijn juist
D
Beide zijn onjuist

Slide 24 - Quizvraag

Maarten Luther was het niet eens met de grote rijkdommen van de Kerk en de geestelijken.

Op welke manier kwam de Kerk aan haar rijkdommen?
A
Mensen kochten hun zonden af met een aflaat.
B
Mensen handelden met de Kerk.
C
De Kerk veroverde rijke gebieden.
D
Mensen hadden medelijden met Kerk en gaven geld.

Slide 25 - Quizvraag

interieur Dom van Freising
Interieur protestantse kerk

Slide 26 - Tekstslide

reactie katholieke kerk op Hervorming
Contrareformatie:
Concilie van Trente (1545-1563):
1.  aflaatbrieven bleven bestaan
2. celibaat herbevestigd
3. heiligenverering bleef
4. priesteropleiding verbeterd
5. Vulgaat bleef officiële bijbel
6. bisdommen verkleind > controle
7. inquisitie pakt ketters aan

Slide 27 - Tekstslide

Inquisitie: kerkelijke rechtbank

Slide 28 - Tekstslide

Gevolgen Hervorming/Reformatie:
I. RK kerk viel uiteen, protestantse kerken scheidden zich af, 
II. Veel gebieden in 'Heilige Roomse Rijk' (Duitsland) werden lutheraans >
bezittingen RK Kerk door portestantse edelen afgenomen >
oorlogen:
- De Nederlanden (1568 - 1648): 'De Opstand'
- Frankrijk: Hugenoten <> Franse koning > Edict van Nantes (1598): gewetensvrijheid
- Duitsland: Lutherse vorsten <> Karel V (RK) >
- Vrede van Augsburg (1555)
  • Opdracht: zoek uit waarom Karel V de vrede van Augsburg als een nederlang zag

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Calvinisme:
1. God heeft bepaald wie in de hemel komt (predestinatieleer)
2. bijbel is basis geloof
3. taak geestelijkheid: bijbel uitleggen
(gevolg van predestinatieleer)
4. geestelijken mogen trouwen
5. heiligenverering is afgoderij
6. verzet tegen een vorst is mogelijk:
de vorst houdt zich niet aan regels God

 
Verschil met Luther - Luther vindt:
- 'Vorsten zijn door God gekozen' >
geen verzet toegestaan (cuius regio eius religio
- Door Bijbel lezen en oprecht geloven wel invloed om in de hemel te komen
 

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Welke vragen heb je over 5.3 de kerkhervorming?

Slide 33 - Woordweb

Leerdoelen
5.3 De kerkhervorming
1 Je kunt de kritiek op de Kerk beschrijven en verklaren.
2 Je kunt de oorzaak, de inhoud en de gevolgen van de contrareformatie beschrijven.
3 Je kunt uitleggen welke gevolgen de hervorming had voor de maatschappelijke en politieke situatie in Europa.


Of maak de vragen 1 t/m 5

Slide 34 - Tekstslide