Naamgeving

Naamgeving
Als het beestje 
maar een naampje heeft....
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Naamgeving
Als het beestje 
maar een naampje heeft....

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Link

Namen
In deze les gaan we het dus hebben over namen. 
Op de foto en de website hiervoor vind je zogenaamde Faamnamen, grappige en spraakmakende namen.
Welke vind jij het meest hilarisch?

Slide 4 - Tekstslide

Theorie
Iedereen heeft een voornaam en een achternaam.
Je ouders kunnen jou dezelfde voornaam van een familielid of een beroemdheid hebben gegeven. Dan ben je naar die persoon vernoemd. Veel voornamen hebben een betekenis. Abdul betekent bijvoorbeeld 'dienaar van God' en Máxima betekent 'de grootste'. 

Slide 5 - Tekstslide

Gekke voornamen
We bekijken een kort fimpje over unieke voornamen. Beantwoord de volgende vragen:
  1. Kan een ouder de naam van zijn kind volledig vrij kiezen of zijn er restricties (= beperkingen)? 
  2.  Wat is volgens Rik Torfs hét grote nadeel van een moderne voornaam?
  3. Vind jij dat je als ouder de vrije keuze moet krijgen in de naamgeving van je kind? Waarom wel/niet?
(de vragen kun je in de dia's na het filmpje beantwoorden)

Slide 6 - Tekstslide

10 populairste jongensnamen 
1. Noah  
2. Sem  
3. Liam/Lucas  
4. Daan  
5. Finn  
6. Levi  
7. Luuk  
8. Mees  
9. James  
10. Milan
10 populairste meisjesnamen:  
1. Emma  
2. Julia/Mila  
3. Tess  
4. Sophie  
5. Zoë  
6. Sara  
7. Nora  
8. Yara  
9. Eva 
10. Liv

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Slide 9 - Link

10 De herkomst van je eigen naam
Op de volgende site vind je een link. Zoek op deze site de verklaring van jouw naam en plaats die in de daaropvolgende dia.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Ben jij tevreden met jouw naam?
Hoe zou je ook wel willen heten?

Slide 12 - Open vraag

Achternaam
Zie het filmpje op de volgende dia over het ontstaan van achternamen.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Theorie achternaam
Heel vroeger hadden mensen geen achternaam. Later moest iedereen naar het gemeentehuis om een achternaam te kiezen. Vaak kozen ze voor een naam die te maken had met:
  • hun beroep (Visser, Smit)
  • de naam van hun vader of moeder (Pieters, Jansen)
  • hun uiterlijk (De Lange, De Groot)
  • een dier (Vos, de Haas)
  • hun woonplaats of -omgeving (Van Mierlo, Van Dijk).

Slide 15 - Tekstslide