V1 - 7th lesson

Friday 8 October
- Presentations
- Grammar review: present simple 'to be' & 'to have (got)'
- Homework
- Grammar: Articles
- Let's practise
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 33 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Friday 8 October
- Presentations
- Grammar review: present simple 'to be' & 'to have (got)'
- Homework
- Grammar: Articles
- Let's practise

Slide 1 - Tekstslide

Learning goals
- You are able to name the three articles 

- You are able to name the differences between the three articles

Slide 2 - Tekstslide

Presentations: Wiktoria & Nynke

Slide 3 - Tekstslide

She ____ happy. 
She is happy. 

Slide 4 - Tekstslide

She is happy. 
She is happy. 

Slide 5 - Tekstslide

Rose ____ two brothers. 
She has two brothers. 

Slide 6 - Tekstslide

Rose has / has got two brothers. 
She has two brothers. 

Slide 7 - Tekstslide

I ___ 12 years old. 

Slide 8 - Tekstslide

I am 12 years old. 

Slide 9 - Tekstslide

My parents ____ a blue car. 

Slide 10 - Tekstslide

My parents have / have got a blue car. 

Slide 11 - Tekstslide

Homework
- Exercise 4,5 & 6 (online)
- Slim stampen grammar 3.1 & 3.2 (online)

ONLINE --> ZIE PLANNING

Slide 12 - Tekstslide

Grammar 4: articles

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

___ actress

Slide 18 - Tekstslide

an actress

Slide 19 - Tekstslide

__ injection

Slide 20 - Tekstslide

an injection

Slide 21 - Tekstslide

__ big city

Slide 22 - Tekstslide

a big city

Slide 23 - Tekstslide

__ elephant

Slide 24 - Tekstslide

an elephant

Slide 25 - Tekstslide

__ mistake

Slide 26 - Tekstslide

a mistake

Slide 27 - Tekstslide

__ university

Slide 28 - Tekstslide

a university

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Grammar 4: Articles = lidwoorden (p. 17 TB)
Een:
Je gebruikt a bij woorden die beginnen met een medeklinkerklank (a book, a cat, a university)

Je gebruikt an bij woorden die beginnen met een klinkerklank (an apple, an ear, an hour) 

De/Het: Je gebruikt the. Bij woorden die beginnen met een klinkerklank spreek je the uit met een i-klank op het einde. 

Slide 31 - Tekstslide

Let's practise
- Do ex. 28 (p. 22 WB)
- Do ex. 7 (p. 53 WB)
- Slim stampen grammar 4 (online)

Are you done? 
- Test Yourself - Ex. 1 - 5 (p. 24-26 WB)
- Crossword 

Slide 32 - Tekstslide

Homework
Finish Test Yourself 

& study for the test:

Words Theme 1 (p. 19-21 TB)
Grammar 1, 2, 3 & 4 (p. 13 + 17 TB)

Wednesday: Practice Test 



Slide 33 - Tekstslide