Discussies voeren - Ethiek

Burgerschap - Ethiek
Discussie voeren - les 2
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Burgerschap - Ethiek
Discussie voeren - les 2

Slide 1 - Tekstslide

Vorige week
Wat is een ethisch dilemma ook alweer?
Iedereen een groepje gemaakt? 
Iedereen een stelling gekozen? 

Slide 2 - Tekstslide

Wat ga je doen?
Deze les ga je je voorbereiden op het voeren van een discussie:
Wat is een discussie en hoe voer je een discussie.?
Wat is het verschil tussen feiten, standpunt en argumenten in een discussie?


Slide 3 - Tekstslide

Hoe houd je een discussie?
Een discussie voer je op de volgende manier:
  • Je spreekt rustig en duidelijk. 
  • Je geeft jouw mening en ondersteunt je mening met argumenten.
  • Je reageert vervolgens op de argumenten van de ander.
  • Je luistert naar elkaar en laat een ander uitpraten. 
  • Je blijft bij het onderwerp. 

Slide 4 - Tekstslide

Discussiëren
In een discussie praat je met anderen over een bepaald onderwerp. Je kunt het eens of oneens zijn met de stelling over dat onderwerp. In een discussie geeft iedereen zijn/haar mening/standpunt en er worden argumenten gegeven. 

Een discussie kan je helpen om een mening te vormen over een onderwerp. Hoe?
- Als je de argumenten van een ander overtuigend vindt, kun je van mening veranderen (meningvormende discussie) . 
-Een andere manier is om  al discussiërend tot een oplossing komen (probleemoplossende discussie). Deze laatste vorm van discussiëren gaan jullie doen.



Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Opdracht: 
Met je groepje (max 4 personen) ga je nadenken over de stelling. Daarna pak je je schrift / word docuemnt erbij. Maak twee rijtjes. In het ene rijtje schrijf je de voordelen op, dus waarom je voor de stelling bent. In het andere rijtje schrijf je alle nadelen, dus waarom je ertegen zou zijn.

De stelling is: De isoleercel is barbaars en moet verboden worden wereldwijd. 
timer
4:00

Slide 7 - Tekstslide

  • De start van de discussie door twee leerlingen= weergeven van de stelling. 
  • Degene die tegen is begint: ik ben tegen...omdat...
  • Daarna reageert degene die voor is: ik ben voor...omdat....
  • Als de discussie vastloopt, mogen anderen meedoen:  krijg je de beurt dan noem je de naam van degene met wie je in discussie wil. 
  • Probeer met nieuwe argumenten te komen, zodat de discussie verder kan gaan. 
  • Hoe is de discussie verlopen? Welke argumenten zijn er gegeven? Hoe ging het luisteren naar elkaar?
Je gaat met elkaar in discussie over de stelling die we hebben uitgekozen. (5 min)

Slide 8 - Tekstslide

Regels voor klassikale discussie, wat vinden jullie belangrijk?

Slide 9 - Open vraag

Aan de slag! 
Eind volgende week leveren jullie het schriftelijke deel in. Daarna gaan we van start met de discussie in de klas, onder leiding van jullie! 

Maak met je groepje afspraken hoe jullie dit gaan doen. 
Werk het schriftelijke deel uit. De volgende eisen zijn van toepassing: 

Slide 10 - Tekstslide

Eisen schriftelijke portfoliotaak
1. Lever in met voorblad, namen groepje, vak, datum etc. Inleveren op vrijdag 30-9 om 23:59 uur in teams
2. Schrijf eerst een inleiding voor jullie onderwerp: waarom gekozen, wat trekt jullie aan?
3. Noem de stelling, zet de twee kanten uiteen met argumenten, tegenargumenten. Deze onderbouw je met feiten.
4. Zet uiteen welke mogelijke oplossingen (incl. gevolgen er mogelijk zijn).
Benoem ook tot welke keuze jullie als groepje gekomen zijn.
5. Zet die rolverdeling voor de groepsdiscussie uiteen: wie doet wat? Op welke regels gaan jullie extra letten? 
6. Bedenk ook op welke manier de groepsleider de discussie in de klas gaat inleiden (max. 5 min). Hoe trekken jullie de aandacht van jullie klasgenoten. Bereid dit voor en schrijf op hoe je dit gaat doen. Benoem daarbij je hulpmiddel (als je die gebruikt); youtube, PP, etc.
Eisen schriftelijke deel portfolio opdracht P1

1. Lever in met voorblad, namen groepje, vak, datum etc. Inleveren op vrijdag 30-9 om 23:59 uur in teams
2. Schrijf eerst een inleiding voor jullie onderwerp: waarom gekozen, wat trekt jullie aan?
3. Noem de stelling, zet de twee kanten uiteen met argumenten, tegenargumenten. Deze onderbouw je met feiten.
4. Zet uiteen welke mogelijke oplossingen (incl. gevolgen er mogelijk zijn).
Benoem ook tot welke keuze jullie als groepje gekomen zijn.
5. Zet die rolverdeling voor de groepsdiscussie uiteen: wie doet wat? Op welke regels gaan jullie extra letten?
6. Bedenk ook op welke manier de groepsleider de discussie in de klas gaat inleiden (max. 5 min). Hoe trekken jullie de aandacht van jullie klasgenoten. Bereid dit voor en schrijf op hoe je dit gaat doen. Benoem daarbij je hulpmiddel (als je die gebruikt); youtube, PP, etc.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Opdracht in je groepje (verdeel de taken): bekijk het filmpje en noteer in je schrift:
  • wie de gespreksleider is en wie met elkaar in discussie gaan;
  • waar de discussie over gaat;
  • of de deelnemers naar elkaar luisteren en elkaar laten uitpraten;
  • of de deelnemers op elkaars argumenten reageren;
  • of de deelnemers bij het onderwerp blijven. 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Belangrijk voor een goed verloop: de gespreksleider
In een discussie heb je vaak een gespreksleider: de voorzitter. Wat doet de voorzitter?
  • leidt de discussie en is neutraal
  • start de discussie
  • zorgt dat iedereen aan het woord komt
  • grijpt in als de discussie niet goed verloopt
  • sluit de discussie door deze samen te vatten
  • presenteert de uitkomst, als het om een probleemoplossende discussie gaat

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video


Welke discussie vonden jullie het beste? 
Geef op basis van de opgeschreven punten aan waarom.

Dit doe je met je groepje. Je gebruikt één laptop per groep.
timer
5:00

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Link

Terugblik op de les
Je hebt kennisgemaakt met een discussie en hoe je een discussie voert. De volgende les gaan we dieper in op het standpunt dat je inneemt tijdens een discussie, maar ook op de argumenten die daarbij horen. 

Let de komende week eens goed op als je discussies tegenkomt op televisie, op straat, bij jouw thuis. Hoe gaat die discussie? Wat is er goed aan de discussie? Ik ben benieuwd wat jou opvalt! 

Slide 19 - Tekstslide