Voortplanting, ontwikkeling en groei bij dieren

Voortplanting, ontwikkeling en groei bij dieren
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurwetenschappenSecundair onderwijs

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

Voortplanting, ontwikkeling en groei bij dieren

Slide 1 - Tekstslide

Tot welke klasse van de gewervelden behoort de kikker?
A
de vogels
B
de reptielen
C
de amfibiën
D
de vissen

Slide 2 - Quizvraag

Tot welke klasse van de gewervelden behoren de kippen?
A
de vogels
B
de reptielen
C
de amfibiën
D
de vissen

Slide 3 - Quizvraag

Tot welke stam behoren de vlinders?
A
de gewervelden
B
de geleedpotigen
C
de weekdieren
D
de ééncelligen

Slide 4 - Quizvraag

Tot welke stam behoren de sprinkhanen?
A
de gewervelden
B
de geleedpotigen
C
de weekdieren
D
de ééncelligen

Slide 5 - Quizvraag

onderzoek 1
de gedaantewisseling van de kikker

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Tekstslide

Hoe gebeurt de bevruchting bij de kikker?
A
uitwendig
B
inwendig

Slide 9 - Quizvraag

Waar worden de eieren van de kikker gelegd?
A
in het water
B
op het land
C
in een nest

Slide 10 - Quizvraag

Hoe zit het ei van de kikker eruit?
A
ei met kalkschaal
B
ei met leerachtige schaal
C
ei met geleiachtig omhulsel

Slide 11 - Quizvraag

Waar ontwikkelen de kleintjes van een kikker zich?
A
op het land
B
in het water
C
in de lucht

Slide 12 - Quizvraag

Waar leven volwassen kikkers?
A
in het water
B
op het land
C
in de lucht

Slide 13 - Quizvraag

Aan de slag...

Gebruik het macropreparaat van de ontwikkeling van de kikker om de opdracht op je werkblad te maken. 


Plaats de stappen van de ontwikkeling in de juiste volgorde. 

Combineer de letters met een passend cijfer.

Slide 14 - Tekstslide

onderzoek 2
Ontwikkeling van een vogel

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

De bevruchting bij vogels

Slide 17 - Tekstslide

delen van het ei

Slide 18 - Tekstslide

Aan de slag...
Onderzoek rauw ei:
1. Breek voorzichtig het ei in een petrischaal. Zorg dat de dooier heel blijft. 
2. Observeer de schaal, de hagelsnoeren en de kiemvlek. 


Onderzoek gekookt ei: 
1. Pel het ei. Bestudeer de grootte van de luchtkamer. 
2. Maak het schaalvlies los van de schaal. 
3. Merk op dat ook het eiwit een eigen vliesje heeft. 
4. Leg een stukje schaal in een petrischaal en voeg een druppel zoutzuur op de schaal. 

Slide 19 - Tekstslide

ontwikkeling kuiken

Slide 20 - Tekstslide

Aan de slag...

Gebruik het macropreparaat van de ontwikkeling van de kip om de opdracht op je werkblad te maken. 


Noteer bij elke afbeelding het aantal dagen in de ontwikkeling van het kuiken. 

Slide 21 - Tekstslide

Welk deel van het ei houdt de dooier op zijn plaats?
A
de luchtkamer
B
de hagelsnoeren
C
het dooiervliesje
D
het eiwitvliesje

Slide 22 - Quizvraag

Welk deel van het ei groeit uit tot een kuiken bij een bevruchting?
A
de dooier
B
het eiwit
C
de kiemvlek
D
de luchtkamer

Slide 23 - Quizvraag

Hoe heet de opening waarlangs de bevruchting plaatsvindt?
A
de cloaca
B
de vagina
C
de urinebuis
D
de anus

Slide 24 - Quizvraag

onderzoek 3
Vergelijking van voorplanting, groei en ontwikkeling bij gewervelden

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

opzoekwerk
Ga voor jouw organisme de volgende zaken na: 

1. wordt er en nest of kuiltje gemaakt? 

2. Is er broedzorg? 

Slide 27 - Tekstslide

Conclusie / besluit
Het aantal eieren per legsel is meestal groot bij dieren met een UITWENDIGE bevruchting. 
Het aantal eieren per legsel en het aantal jongen per worp is meestal klein bij dieren met een INWENDIGE bevruchting. 
Het aantal eieren per legsel is meestal groot bij dieren met een UITWENDIGE ontwikkeling. 
Het aantal eieren per legsel en het aantal jongen per worp is meestal klein bij dieren met een INWENDIGE ontwikkeling. 

Slide 28 - Tekstslide

Conclusie / besluit
Het aantal eieren bij dieren met broedzorg is KLEIN

Het aantal eieren bij dieren zonder broedzorg is GROOT

Het aantal eieren bij dieren die een nest bouwen of waarvan het embryo zich ontwikkelt in het (moeder)lichaam is KLEIN

Eieren die gelegd worden in het water hebben meestal GEEN schaal. 

Slide 29 - Tekstslide

volkomen gedaantewisseling
onvolkomen gedaantewisseling

Slide 30 - Tekstslide

onderzoek 4
Gedaantewisseling bij insecten

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Hoe heet de paringsdans bij vlinders?
A
walsen
B
baltsen
C
gewoon paringsdans

Slide 33 - Quizvraag

Hoe planten vlinder zich voort?
A
geslachtelijk
B
ongeslachtelijk

Slide 34 - Quizvraag

Waar horen de vlinders thuis in de voedselketen?
A
Het zijn producenten.
B
Het zijn omnivoren.
C
Het zijn carnivoren.
D
Het zijn herbivoren.

Slide 35 - Quizvraag

Wat groet er uit de eitjes van de vlinder?
A
een rups
B
een pop
C
een vlinder

Slide 36 - Quizvraag

Welke gedaantewisseling ondergaat een vlinder?
A
een onvolkomen gedaantewisseling
B
een volkomen gedaantewisseling

Slide 37 - Quizvraag

Slide 38 - Video

Op welke manier planten sprinkhanen zich voort?
A
geslachtelijk
B
ongeslachtelijk

Slide 39 - Quizvraag

Hoe heet het jong dat uit het ei van een sprinkhaan geboren wordt?
A
een pop
B
een rups
C
een larve
D
een made

Slide 40 - Quizvraag

Welke metamorfose ondergaat de sprinkhaan?
A
een volkomen gedaantewisseling
B
een onvolkomen gedaantewisseling

Slide 41 - Quizvraag