Conditionals

Conditionals
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Conditionals

Slide 1 - Tekstslide

  • 0 conditional
  • 1st conditional
  • 2nd conditional
  • 3rd conditional

Slide 2 - Tekstslide

  • 0 conditional
  • 1st conditional
  • 2nd conditional
  • 3rd conditional

Slide 3 - Tekstslide

  • 0 conditional
  • 1st conditional
  • 2nd conditional
  • 3rd conditional

Slide 4 - Tekstslide

  • 0 conditional
  • 1st conditional
  • 2nd conditional
  • 3rd conditional

Slide 5 - Tekstslide

Type 0
  • Zero conditional
 
if sentence
result
present simple
present simple
If you add two and two,
you get four. 
General truths and habits 

Slide 6 - Tekstslide

Conditionals:
zero conditionals refer to
A
general/true situations
B
possible (future) situations

Slide 7 - Quizvraag

Which of these sentences is a 'zero conditional'?
A
Ice melts if you heat it.
B
If water reaches a 100 degrees, it boils.
C
If it rains, the grass gets wet.
D
All the answers are correct.

Slide 8 - Quizvraag

Type 1 
  • First conditional
 
if sentence
result
present simple
will + infinitive
If I get sick,
I will go to the doctor.
Possible or likely things in the future 

Slide 9 - Tekstslide

first conditional gebruik je bij...
A
Feiten, algemene informatie en waarheden
B
Mogelijke en waarschijnlijke situaties
C
Onmogelijke situatiesin het nu en onwaarschijnlijk in de toekomst
D
Situaties vonden niet plaats, zijn hypothetisch

Slide 10 - Quizvraag


Je maakt de first conditional met:
A
'if' + past simple + present simple
B
'if' + past simple , would/wouldn't + werkwoord
C
'if' + present simple + will + werkwoord
D
'if' + present simple , will/won't + werkwoord

Slide 11 - Quizvraag

Choose the First Conditional
A
She will miss the bus if she doesn't leave soon.
B
When water reaches 100 degrees, it boils.
C
If I met the Queen of England, I would say hello.
D
She would travel all over the world if she were rich.

Slide 12 - Quizvraag

Type 2
  • Second conditional
 
if sentence
result
past simple
would + infinitive
If I won the lottery,
I would buy a car.
impossible things in the present, unlikely things in the future 

Slide 13 - Tekstslide

Second conditional gebruik je bij...
A
Feiten, algemene informatie en waarheden
B
Mogelijke en waarschijnlijke situaties
C
Onmogelijke situaties in het nu en onwaarschijnlijk in de toekomst
D
Situaties vonden niet plaats, zijn hypothetisch

Slide 14 - Quizvraag


Je maakt de second conditional met:
A
'if' + present simple / will/won't + hele werkwoord
B
'if' + past simple / would/wouldn't + hele werkwoord
C
'if' + present simple / past simple
D
'if' + past simple / present simple

Slide 15 - Quizvraag

Welke zin heeft de second conditional?
A
If I had more time, I would travel around the world.
B
If I see him tomorrow, I will ask him.
C
If it snows, I will build a snowman.
D
If she studies hard, she will pass the exam.

Slide 16 - Quizvraag

Type 3 
  • Third conditional
 
if sentence
result
past perfect
would + have + past participle
If I had studied harder,
I would have passed the exam.
Things that didn't happen in the past and their imaginary results 

Slide 17 - Tekstslide

Third conditional gebruik je bij...
A
Zeer onwaarschijnlijke situaties in de toekomst / fantasie
B
Mogelijke en waarschijnlijke situaties / voorspelling
C
Feiten en waarheden
D
Situaties vonden niet plaats, zijn hypothetisch

Slide 18 - Quizvraag

Voor de third conditional (niet gebeurd), gebruik je de volgende formule:
A
If + would + Present Perfect
B
If + Past Simple + would
C
If + Past Perfect + would + Present Perfect
D
If + would + Past Perfect

Slide 19 - Quizvraag

Which is a third conditional sentence?
A
If she calls, I answer.
B
If I win, I will celebrate.
C
If I had known, I would have come.
D
If it rains, I will stay home.

Slide 20 - Quizvraag

Zero conditional:

First conditional:

Second conditional:
If/when + present simple
If + present simple 
If + past simple 
present simple
will + infinitive
would + infinitive

Slide 21 - Sleepvraag

Zero conditional 
First conditional 
Second conditional 
Third conditional 
Highly UNlikely to happen
Highly likely to happen
It's a fact.
Thing cannot happen anymore.

Slide 22 - Sleepvraag

Conditionals (if- clause statement)
Drag the example to the appropriate conditional. 
zero conditional 
first
conditional 
second
conditional 
third
conditional 

Slide 23 - Sleepvraag

If I were invisible, ...
(second conditional)

Slide 24 - Open vraag

third conditional

If I had ........................ , ...................................

Slide 25 - Open vraag

I know how conditionals work!
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Poll