4.2 de bouw van botten

4.2 De bouw van botten
Lezen blz 16 en 17

En blader nog eens door 4.1 het skelet.


timer
7:00
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

4.2 De bouw van botten
Lezen blz 16 en 17

En blader nog eens door 4.1 het skelet.


timer
7:00

Slide 1 - Tekstslide

Programma

  • Lezen bs. 2 
  • herhalen/quizvragen bs. 1
  • uitleg bs. 2 de bouw van botten, met video
  • opdrachten maken 1 t/m 8

Slide 2 - Tekstslide

Met welke functie van het skelet hebben spieren te maken?
A
Bescherming bieden
B
Beweging mogelijk maken
C
Stevigheid geven
D
Vorm geven aan het lichaam

Slide 3 - Quizvraag

Welk bot is nummer 2?
A
Onderkaak
B
Bovenkaak
C
Schedel
D
Ellepijp

Slide 4 - Quizvraag

Welk bot is nummer 7?
A
Borstbeen
B
Ribben
C
Bovenarm
D
Spaakbeen

Slide 5 - Quizvraag

Welk bot is nummer 12?
A
Zitbeen
B
Heupbeen
C
Bovenbeen
D
Staarbeen

Slide 6 - Quizvraag

Welk bot is nummer 17?
A
Spaakbeen
B
Bovenarm
C
Onderarm
D
Ellepijp

Slide 7 - Quizvraag

2 soorten botweefsel
beenweefsel (bot): 

kraakbeenweefsel (kraakbeen)

Slide 8 - Tekstslide

De bouw van botten
Botten bestaan uit kalkzouten en lijmstoffen (collageen)
  • Kalkzouten geven stevigheid/hardheid
  • Lijmstof zorgt voor de buigbaarheid

Hierdoor zijn botten stevig maar 
breken ze niet snel.

Slide 9 - Tekstslide

Kraakbeenweefsel

Tussen de cellen zit tussencelstof

Kraakbeenweefsel: tussencelstof bevat vooral lijmstof daardoor buigzaam.

Slide 10 - Tekstslide

Bot/Beenweefsel
In botweefsel liggen de cellen in kringen om kanaaltjes die bloedvaatjes bevatten.

De botcellen zijn aan elkaar verbonden met uitlopers. 

De tussencelstof van bot bestaat uit veel kalk en collageen. 

Daardoor is botweefsel hard en niet buigzaam.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Baby is soepel door veel lijmstof in de botten.
Bejaarde breekt snel wat doordat lijmstof minder wordt.

Slide 13 - Tekstslide

Ouder worden
  • Steeds minder kraakbeen. 
  • Meer kalk. 
  • Botten worden steviger en harder. 
  • Botten zijn minder buigzaam en breken daarom sneller als je ouder wordt. 

Slide 14 - Tekstslide

Fontanellen: de ruimten tussen de schedelbeenderen 
  • De schedelbeenderen van een baby zitten nog niet aan elkaar vast. 

  • Tussen de botten van de schedel bevinden zich ruimten met zacht bindweefsel.

  • Dit maakt dat het hoofd bij de geboorte makkelijker door het geboortekanaal kan.

  • Na ongeveer anderhalf jaar zijn de fontanellen dicht gegroeid.

Slide 15 - Tekstslide

Een baby kan makkelijk een teen in zijn/haar
mond steken.

Hoe komt dat?
Een baby heeft veel ..... en ........
A
Kalkstof en kraakbeen
B
Kalkstof en botweefsel
C
Lijmstof en botweefsel
D
Lijmstof en kraakbeen

Slide 16 - Quizvraag

Hoe heten de ruimtes tussen
de schedelbeenderen bij
babys?
A
Naden
B
Fontanellen
C
Gaten
D
Lege ruimtes

Slide 17 - Quizvraag

Het weefsel in de afbeelding is:
A
Kraakbeenweefsel
B
Botweefsel

Slide 18 - Quizvraag

Je oorschelp is buigzaam maar toch stevig. Wat voor soort weefsel is dit hoofdzakelijk?
A
Botweefsel
B
Zenuwweefsel
C
Spierweefsel
D
Kraakbeenweefsel

Slide 19 - Quizvraag

Zelfstandig werken
Maken bs. 2 opdracht 1 t/m 8 blz 17 t/m 20 
(ook opdracht 4)

Wanneer je bs. 1 nog niet af had deze ook afmaken.

Leren afbeelding 1 t/m 3 bs. 1 (alle botten)

Slide 20 - Tekstslide