Media en Informatie

Media en Informatie
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Media en Informatie

Slide 1 - Tekstslide

Orientatie op het onderwerp
Als je iets niet weet, googel je het in een handomdraai en het laatste nieuws bereikt jou direct via de nieuwsapp op je telefoon. Informatie opzoeken of verspreiden was nog nooit zo makkelijk, maar dit brengt nieuwe uitdagingen met zich mee. Hoe weet je bijvoorbeeld of informatie betrouwbaar is en welke invloed hebben media op jouw wereldbeeld?

In deze taak leer je:
- welke rol media spelen bij de verspreiding van informatie;
- waarom persvrijheid belangrijk is;
- hoe beelden en berichten je beeld van de werkelijkheid kunnen beïnvloeden;
- wat nepnieuws is;
- hoe je kunt bepalen of een bericht betrouwbaar is.


Slide 2 - Tekstslide

Media
Je ontvangt de hele dag door informatie, bijvoorbeeld als je een praatje met iemand maakt, een appje ontvangt of een filmpje op YouTube bekijkt. 
Veel van die informatie wordt via media verspreid. Dat zijn middelen om een boodschap over te brengen, zoals websites, kranten, tijdschriften en televisieprogramma’s.



Slide 3 - Tekstslide

Nieuwsmedia
Bij het verspreiden van informatie over wat er in de wereld gebeurt, spelen nieuwsmedia een belangrijke rol. Dit zijn alle media die nieuws publiceren en uitzenden, zoals de NOS, NU.nl en De Telegraaf. Zij houden je op de hoogte van gebeurtenissen via journaaluitzendingen, artikelen en liveblogs.

Slide 4 - Tekstslide

Persvrijheid
Bij het verspreiden van nieuws spelen journalisten een belangrijke rol. Ze doen onderzoek, verzamelen informatie en doen verslag van gebeurtenissen. Het is hun taak om mensen te informeren over gebeurtenissen en ontwikkelingen in de wereld. Ook stellen ze problemen in de samenleving aan de kaak.

Slide 5 - Tekstslide

Persvrijheid
In Nederland hebben journalisten persvrijheid. Dat wil zeggen dat ze mogen zeggen en schrijven wat ze willen, zolang het niet in strijd is met de wet. Niemand – dus ook de overheid niet – mag een journalist verbieden om bepaalde informatie te publiceren. Persvrijheid zorgt ervoor dat journalisten hun werk kunnen doen.
  

Wanneer de overheid de media wel controleert en bepaalde media of de publicatie van bepaalde informatie verbiedt, spreek je van censuur. In dictaturen wordt regelmatig gebruikgemaakt van censuur. Op die manier kan de overheid in zo’n land voorkomen dat de bevolking bepaalde informatie te horen of te zien krijgt.

Slide 6 - Tekstslide

Beeldvorming
Wat je in de media leest, ziet en hoort, heeft invloed op hoe je tegen de wereld aankijkt. Zie je in tijdschriften bijvoorbeeld altijd slanke mensen, dan kun je het idee krijgen dat iedereen er zo uit hoort te zien. 
En worden voor interviews altijd mannelijke politici geïnterviewd, dan denk je misschien dat politiek alleen voor mannen is. Het vormen van een beeld van de werkelijkheid op basis van informatie en beelden uit de media noem je beeldvorming.

Slide 7 - Tekstslide

Nieuwsmedia
Nieuwsmedia spelen een belangrijke rol bij beeldvorming. Zij selecteren gebeurtenissen voor nieuwsuitzendingen en artikelen, en dat heeft invloed op jouw beeld van de werkelijkheid. Als media bijvoorbeeld veel berichten over terreuraanslagen in Frankrijk, kun je het idee krijgen dat Frankrijk een onveilig land is. 
Redacties van nieuwsmedia berichten ook elk vanuit hun eigen overtuiging en richten zich op een bepaalde doelgroep. Zo zal de ‘rechtse’ krant De Telegraaf ander beeldmateriaal gebruiken en voor een andere invalshoek kiezen dan de ‘linkse’ Volkskrant.

Slide 8 - Tekstslide

Online zoekgedrag
Hoe je tegen de wereld aankijkt wordt ook beïnvloed door je eigen online activiteiten. Doordat je bepaalde pagina’s bekijkt, berichten liket en zoektermen gebruikt, krijg je beelden en berichten te zien die zijn afgestemd op jouw opvattingen en interesses.

Slide 9 - Tekstslide

Betrouwbaarheid van informatie
Niet alle informatie in de media is betrouwbaar. Er gaat regelmatig informatie rond die niet klopt of die een eenzijdig beeld van een onderwerp geeft. Denk bijvoorbeeld aan een politicus die in verkiezingstijd vooral informatie deelt die zijn standpunt ondersteunt. Ook reclames, waarin vaak alleen positieve punten van een product worden genoemd, zijn voorbeelden van eenzijdige informatie.

Slide 10 - Tekstslide

Nepnieuws
In de media verschijnen ook weleens berichten die verzonnen zijn. Wanneer iemand onjuiste informatie verspreidt, spreek je van nepnieuws.

Het doel van nepnieuws verspreiden is vaak geld verdienen. Mensen en bedrijven publiceren bijvoorbeeld regelmatig sensationele (nep)berichten om zoveel mogelijk advertentie-inkomsten te generen. Dit noem je ook wel clickbait. Iedere keer dat iemand op zo’n bericht klikt, krijgt de website geld van adverteerders. Clickbait wordt vaak via sociale media verspreid, omdat het daar makkelijk gedeeld kan worden.

Slide 11 - Tekstslide

Nepnieuws
Mensen verspreiden soms ook nepnieuws om de publieke opinie te beïnvloeden, bijvoorbeeld door negatieve informatie over een politicus te delen in aanloop naar de verkiezingen.

Slide 12 - Tekstslide

Onbetrouwbare bronnen herkennen
Om onjuiste informatie of nepnieuws te herkennen, is het handig om de betrouwbaarheid van een bericht of video te beoordelen. Je kunt daarbij op een aantal dingen letten, zoals de bron van de informatie en de afzender. Klik door de afbeelding hieronder om daar meer over te lezen.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide