1.3 Onderzoek doen

1.3 Onderzoek doen
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

1.3 Onderzoek doen

Slide 1 - Tekstslide

Doelen van de les
Je leert hoe je met een onderzoek begint
Je leert hoe je een onderzoekje aan moet pakken
Je leert hoe je om moet gaan met je resultaten
Je leer wat een conclusie is

Slide 2 - Tekstslide

Onderzoek doen

Slide 3 - Tekstslide

Onderzoek doen
Onderzoeksvraag
Hypothese*
Werkwijze
Benodigdheden
Resultaten
Conclusie/discussie

Slide 4 - Tekstslide

1. De onderzoeksvraag bedenken
WAAROM..
- Zijn bananen krom
- Heb ik bruin haar
- Is de planeet mars rood
- Eet mijn kat als eerste het nat-voer voor het droog voer?

 Altijd maar 1 vraag!

Slide 5 - Tekstslide

Verwachting en hypothese
Verwachting: Wat jij denkt dat het resultaat zal zijn.
Hypothese: Een verklaring voor het verband tussen twee gebeurtenissen.
Vaak wordt een verwachting gesteld op basis van een onderliggende hypothese.


Slide 6 - Tekstslide

Voorbeeld
Verwachting: Een kiemplantje heeft licht nodig om te kunnen groeien.

Hypothese: Een plantje heeft licht nodig, omdat het plantje zonlicht gebruikt om voedingsstoffen te maken. Voedingsstoffen zijn nodig om te groeien.

Slide 7 - Tekstslide

Onderzoek doen
Onderzoeksvraag - wat wil je weten? Waar ben je naar op zoek

In dit geval: op welke kleur komen bijen af?

Slide 8 - Tekstslide

2. Een werkplan maken
Op welke manier kan ik mijn onderzoeksvraag het BESTE BEANTWOORDEN.



- Door een iets te bekijken of te tellen
- Door een experiment te doen
WAT HEB IK NODIG?

Slide 9 - Tekstslide

Werkwijze
Experiment
Proefopstelling - Wanneer je een proefje gaat doen
Steekproef - Je onderzoekt een deel van een groot geheel
Proefvlak - Je onderzoekt een stuk grond op een groot oppervlakte

Slide 10 - Tekstslide

Je wilt weten wat voor soort voer jouw kat het lekkerst vindt
A
Proefopstelling
B
Steekproef
C
Proefvlak

Slide 11 - Quizvraag

Je wilt weten wat voor soort voer katten het lekkerst vinden
A
Proefopstelling
B
Steekproef
C
Proefvlak

Slide 12 - Quizvraag

Je wilt weten welke bodemdieren leven in een weiland. Hoe doe je je onderzoek?
A
Proefopstelling
B
Steekproef
C
Proefvlak

Slide 13 - Quizvraag

Onderzoek doen
Werkwijze - hoe ga je je experiment aanpakken?

  • Je pakt 6 schaaltjes met verschillende kleuren
  • Je plaatst ze een stukje bij elkaar vandaan
  • Je houdt bij hoeveel bijen er in twee uur bij alle schaaltjes komen

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht:
Als onderzoeker heb je tot je beschikking: 150 tomatenzaadjes, water, maatbeker, 15 bakjes, aarde, kunstmest, paprikazaadjes, liniaal, thermometer.
1. Maak een onderzoeksvraag voor jouw onderzoek
2. Maak een verwachting (hypothese) voor jouw onderzoek
3. Maak een werkplan voor jouw onderzoek
4. Maak een lijst met benodigdheden voor jouw onderzoek

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Resultaten en aantallen
De gegevens uit je onderzoek moet je verwerken en ordenen, maar hoe?

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Onderzoek doen
Resultaten - Wat heb je vervolgens opgeschreven? Wat is er gebeurd?

Resultaten zet je in een tabel of turflijst en daarna in een diagram

Slide 20 - Tekstslide

1.3 Gegevens verwerken


Turflijst

Tabel

Staafdiagram

Cirkeldiagram

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

1. Lijndiagram> Hoe neemt iets toe af?

Slide 24 - Tekstslide

2. Staafdiagram > Aantallen

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Hoe maak je een cirkeldiagram?

Slide 27 - Tekstslide

Onderzoek doen
Conclusie - Wat betekenen je resultaten? Wat heb je geleerd?
Wat is het antwoord op je onderzoeksvraag?

Onderzoeksvraag: op welke kleur komen bijen af?
Antwoord: op de kleur blauw

Dit is duidelijk zichtbaar in je resultaten.

Slide 28 - Tekstslide

Nu zelf proberen met vraag 16 (werkboek)
1. Tel het aantal pissebedden
2. Tel het aantal duizendpoten etc.
3. Bepaal het totaal aantal diertjes
4. Voor het percentage gebruik je de volgende formule:
deel : totaal x 100

Slide 29 - Tekstslide

Onderzoek doen
Conclusie - Wat betekenen je resultaten? Wat heb je geleerd?
Wat is het antwoord op je onderzoeksvraag?

Misschien heb je iets ontdekt wat je niet had verwacht. Dat komt in je discussie te staan.

Slide 30 - Tekstslide

Onderzoek doen
Verslag maken:
  • Voorkant (naam, klas, datum)
  • Inhoudsopgave
  • Inleiding (met je onderzoeksvraag en hypothese)
  • Werkwijze (met je benodigdheden)
  • Resultaten
  • Conclusie/discussie
  • Bronnen

Slide 31 - Tekstslide

Huiswerk

Lees en maak par. 1.3  -> 11, 12, 13, 14, 15, 17, 19, 22
Klaar? -> Leren voor je SO!


Slide 32 - Tekstslide