Formuleren 1: verwijzen, samentrekking

Welkom
Ga zitten volgens plattegrond.
Pak je (gesloten) laptop alvast 
en zorg dat je startklaar bent.  

                                                    Nederlands havo 4
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Ga zitten volgens plattegrond.
Pak je (gesloten) laptop alvast 
en zorg dat je startklaar bent.  

                                                    Nederlands havo 4

Slide 1 - Tekstslide

timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Formuleren
  •  Ik ken de regels van verwijswoorden en kan de juiste verwijswoorden gebruiken. 
  • Ik kan een (foutieve) samentrekking herkennen (en verbeteren). 
 

Slide 3 - Tekstslide

Verwijswoorden
De-woorden: die/deze 
mannelijk (concreet): hij/hem/zijn
vrouwelijk (abstract): -heid-, -teit-, -nis, -schap, -de, -te, -ei, -ing, -ie, -iek, -ica, -theek, -tuur, -ine, -age, -is, -uur, -st) 
ze (dingen)/zij/haar

Het-woorden: onzijdig dat/dit/het/hem/zijn

Slide 4 - Tekstslide

Dus:
Mannen: vastpakken
Vrouwen: ongrijpbaar

Het: onzijdig

Slide 5 - Tekstslide

Verwijswoorden
hen: lv of na vz
Ik stuur hen door naar de volgende ronde. (wie/wat stuur ik?)
Ik geef het aan hen door. (kast- en vakantiewoorden)

hun: bez. vnw of mv
Ik geef hun door dat je wat later bent. (aan wie/voor wie geef ik door?) 
Dat zijn hun spullen. (direct voor zn, is van die personen)
Deze spullen zijn van hen. (na voorzetsel en niet direct voor zn)

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Verwijswoorden
wat (i.p.v. dat)
1. na overtreffende trap - dit is het mooiste wat ik ooit las.
2. hele zin: ik ga vanmiddag zwemmen, wat ik heel leuk vind.
3. bij onbepaald vnw: er is niets wat ik niet kan leren.

wie of waar
wie + voorzetsel: personen  Hij is degene op wie ik het meest vertrouw.
waar + voorzetsel: dingen/dieren   Dat een plus een twee is, is iets waarop je kan vertrouwen.

Slide 8 - Tekstslide

Verwijswoorden
Let op! Antecedent

Bepaald waarnaar het woord verwijst en kies dan het juiste verwijswoord.


De commissie van gekke mensen verkoopt haar clubhuis.

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht
  • H5 P1: maak opdracht 4/5/6/8
  • Klaar? Herhaal H7 P2 en P3 Werkwoordspelling
timer
15:00

Slide 10 - Tekstslide

Samentrekking
Wat is hier uit de zin weggelaten? (samengetrokken)
  • Ik eet regelmatig een portie bitterballen, maar nooit kroketten.
  • Ik hoop dat Willem zijn rijbewijs haalt en dan naar Parijs kan rijden.
  • Kees is geslaagd en Piet gezakt voor het eindexamen.

Slide 11 - Tekstslide

Samentrekking

  • Ik eet regelmatig een portie bitterballen, maar ik eet nooit kroketten.
  • Ik hoop dat Willem zijn rijbewijs haalt en ik hoop dat Willem dan naar Parijs kan rijden.
  • Kees is geslaagd voor het eindexamen en Piet gezakt voor het eindexamen.

Slide 12 - Tekstslide

Samentrekken mag:
Weglating van gelijke delen
In een samengestelde zin mag je een zinsdeel of een werkwoord dat verschillende keren voorkomt, samentrekken zodat het nog maar één keer voorkomt als het om dezelfde soort zinnen gaat (hoofdzinnen / bijzinnen).

Slide 13 - Tekstslide

Regels voor samentrekken

Het weggelaten deel moet aan vier eisen voldoen:
(1) dezelfde grammaticale functie (onderwerp, lijdend voorwerp, koppelwerkwoord enz.);
(2) dezelfde betekenis;
(3) hetzelfde getal (enkelvoud of meervoud);
(4) dezelfde plaats ten opzichte van de persoonsvorm.



Slide 14 - Tekstslide

Hoe vind je de fout?
De nieuwe brug is af en daarom vandaag door de minister geopend.

  • Zoek weggelaten deel: de nieuwe brug is 
  • Betekenis: Het gaat om dezelfde brug
  • Getal: beide ev (zowel de nieuwe brug als is)
  • Gramm. functie: 'de nieuwe brug' is in beide delen ow
  • is = kww en is = hww => mag niet samengetrokken worden

Slide 15 - Tekstslide

Verbeteren
Fout:
De nieuwe brug is af en daarom vandaag door de minister geopend.
Goed:
De nieuwe brug is af en is daarom vandaag door de minister geopend.  
                                           

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Opdracht
  • H5 P1: maak opdracht 15 en via de geplande taak
  • Klaar? Oefen extra of maak je leesautobiografie af
timer
10:00

Slide 18 - Tekstslide

vragen bespreken

Slide 19 - Tekstslide

Huiswerk
  • H5: de online taak
  • 12 september leesautobiografie inleveren via Magister opdrachten en op papier (mag in de les, niet in de les nog printen)

Slide 20 - Tekstslide