Les Elektrakennis voor een Conciërge

Les Elektrakennis voor een Conciërge
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
TechniekMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Les Elektrakennis voor een Conciërge

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het einde van de les kun je...
De basis veiligheidsregels voor het werken met elektra toepassen. Begrijpen van belangrijke begrippen zoals voltage, stroomsterkte en weerstand. Verschillende soorten bedrading herkennen en benoemen. Weten hoe stopcontacten en schakelaars functioneren. Veel voorkomende elektrische problemen identificeren en eenvoudige reparaties uitvoeren. Weten wanneer je een professionele elektricien moet inschakelen. Een eenvoudige lamp installeren en verwijderen. Een overzicht van de elektrische circuits en zekering kast locaties bijhouden. Een periodieke inspectie van elektrische installaties uitvoeren.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over elektriciteit?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Veiligheid eerst bij het werken met elektriciteit
Veiligheidsregels bij het werken aan elektrische installaties.

1. Veiligheid eerst:
Voordat je aan elektrische apparatuur werkt, zorg ervoor dat de stroom is uitgeschakeld. Identificeer de juiste schakelaar in de zekeringkast.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijke elektrische begrippen
Voltage, stroomsterkte en weerstand.
Voltage (Spanning): Meet de kracht van elektriciteit (uitgedrukt in volts, V).
Stroomsterkte: De hoeveelheid elektriciteit die door een circuit stroomt (uitgedrukt in ampères, A).
Weerstand: Belemmert de stroom in een circuit (uitgedrukt in ohm, Ω).

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De verschillende soorten bedrading
Fasedraad, nuldraad en aardedraad.
Fasedraad (L): Draagt de elektrische stroom vanuit de voedingsbron.
Nuldraad (N): Brengt de stroom terug naar de voedingsbron.
Aardedraad (PE): Biedt bescherming tegen elektrische schokken en leidt de stroom naar de aarde.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De werking van stopcontacten en schakelaars
Functie van stopcontacten en schakelaars.
Een stopcontact heeft meestal drie gaten: fase (L), nul (N), en aarde (PE).
Schakelaars onderbreken de stroom in een circuit en worden gebruikt om apparaten aan/uit te zetten.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veelvoorkomende elektrische problemen en eenvoudige reparaties
Identificeren van veelvoorkomende problemen en uitvoeren van eenvoudige reparaties.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Situaties waarin een professionele elektricien nodig is
Wanneer een professionele elektricien moet worden ingeschakeld.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Praktische oefening met het installeren van een lamp
Stappen voor het installeren en verwijderen van een lamp.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Documentatie en het bijhouden van elektrische circuits
Het bijhouden van een overzicht van elektrische circuits en zekering kast locaties.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het uitvoeren van periodieke inspecties
Hoe een periodieke inspectie van elektrische installaties uit te voeren.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijke begrippen
Fasedraad (L): Draagt de elektrische stroom vanuit de voedingsbron.
Nuldraad (N): Brengt de stroom terug naar de voedingsbron.
Aardedraad (PE): Biedt bescherming tegen elektrische schokken en leidt de stroom naar de aarde.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijke begrippen
Voltage (Spanning): Meet de kracht van elektriciteit (uitgedrukt in volts, V).
Stroomsterkte: De hoeveelheid elektriciteit die door een circuit stroomt (uitgedrukt in ampères, A).
Weerstand: Belemmert de stroom in een circuit (uitgedrukt in ohm, Ω).

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijke begrippen
Een stopcontact heeft meestal drie gaten: fase (L), nul (N), en aarde (PE).
Schakelaars onderbreken de stroom in een circuit en worden gebruikt om apparaten aan/uit te zetten.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijke begrippen
Stoppen doorgeslagen: Als de stroom uitvalt, controleer dan of een zekering is doorgeslagen en vervang deze indien nodig.
Of dat een automaat is uit geslagen.

Overbelasting: Vermijd het overbelasten van stopcontacten met te veel apparaten.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijke begrippen

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijke begrippen
Voltage, stroomsterkte, weerstand, fasedraad, nuldraad, aardedraad, stopcontact, schakelaar, doorgeslagen stop.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 19 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 20 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 21 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.