griep

1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 35 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Oorzaken van allergieën
  • Allergie voor voedingsmiddelen (bijv. melk, noten, eieren,  schaaldieren...)
  • Allergie voor stoffen (bijv. huisstofmijt, muggenbeet, parfum, nikkel...)
  • Allergie voor medicijnen (bijv. antibiotica, cortisone, penicilline,.)
ALLERGENEN ZIJN OVERAL!
Huisstofmijt onder de microscoop --> 

Slide 7 - Tekstslide

Milde allergische reacties
  • een onaangenaam gevoel
  • niezen
  • hoesten
  • jeukende ogen
  • netelroos
  • eczeem


Slide 8 - Tekstslide

Wat doe je bij een milde allergische reactie?

  • vermijd het allergeen!!!
  • verlucht de ruimte
  • hou de symptomen in het oog


Slide 9 - Tekstslide

Wat doe je bij een ernstige allergische reactie?

  • de huisarts raadplegen
  • langs de apotheker gaan
  • een EpiPen opzak hebben
  • 112 bellen


Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Wanneer ben je extra kwetsbaar als je influenza krijgt?
  • > 60 jaar 
  • hart- of vaatziekte 
  • longziekte (zoals astma of COPD)
  • suikerziekte (diabetes) 
  • Nierziekte 
  • weinig weerstand heeft (door een ziekte of medicijnen, zoals chemotherapie of AIDS)
  • Personen die afweeronderdrukkende medicijnen gebruiken (zoals bij reumatoïde artritis)

Slide 12 - Tekstslide

Bestrijding van de ziekteverwekker 
- Antibiotica helpt niet tegen virussen
- Anitvirale medicatie kan mits je er vroeg genoeg bij bent tamiflu >remt (N)
- Beste is vaccinatie (griepprik) dode of verzwakte virusdeeltjes van veelvoorkomende virussen, waardoor je lichaam afweerstoffen gaat maken 


Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Delier

Slide 25 - Tekstslide

  • Plotselinge verwardheid
  • 10-40% >65
  • Hyperactief delier
  • Hypoactief delier
  • Tremens delier (plotseling stoppen alcohol)
Wat is een delier?

Slide 26 - Tekstslide

Soorten delier 
  • Hyperactief delier
  • Hypoactief delier
  • Gemengde vorm
Hyperactief delier
Hypoactief delier 
Agitatie
Apathie
Agressie
Sufheid en traagheid
Motorische onrust
Desoriëntatie
Hallucinaties
Hallucinaties
Wanen
Stoornis in het kortetermijngeheugen
Desoriëntatie
Stoornis in het kortetermijngeheugen

Slide 27 - Tekstslide

soorten delier (vervolg)
Chronisch delier:
probleem is niet te behandelen waardoor het delier steeds terug komt.
Acuut delier:
duurt maar enkele uren of dagen
Persisterend delier:
duurt weken of zelfs maanden
Terminaal delier:
treedt op vlak voordat iemand overlijdt.
kenmerken zijn: schokken, drang om te bewegen, plukken en kreunen schreeuwen

Slide 28 - Tekstslide

Risicofactoren
  • Leeftijd van 70 jaar en ouder 
  • Cognitieve stoornissen 
  • Visus – en gehoorstoornissen 
  • Stoornissen in activiteiten van het dagelijks leven 
  • Gebruik van alcohol en opiaten 
  • Infecties 
  • Koorts 
  • Dehydratie
  • Elektrolyten stoornissen
  • Polyfarmacie

Slide 29 - Tekstslide

Herkennen delier

Het is belangrijk om een delier zo vroegtijdig mogelijk te herkennen. Hieronder een aantal verschijnselen die kunnen wijzen op een beginnende delier ook wel prodromale verschijnselen genoemd:
-> slapeloosheid 
-> levendige dromen of nachtmerries
-> illusies
-> korte, maar nog wel te corrigeren, momenten van desoriëntatie
-> moeite met denken
-> rusteloos gevoel
-> angst en agitatie

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video

Symptomen bij een Delier 
  • Psychiatrische klachten;
  • Bewustzijnsstoornissen;
  • Verstoord dag- en nachtritme;
  • Verstoorde oriëntatie;
  • Onlogisch denken;
  • Problemen met begrijpen en spreken;
  • Hallucinaties;
  •  Sterke stemmingswisseling;
  • Ontregeling van de motorische activiteit;
  • Lichamelijke klachten;
  • Aanwijzingen van een infectie;
  • Verwardheid of slaapstoornissen;
  • Paniekaanvallen en angststoornissen.

Slide 32 - Tekstslide

Handelen bij een delier 
1. Behandeling van de lichamelijke oorzaak van het delier;
2. Creëren van een veilige omgeving voor de zorgvrager;
3. Behandeling met medicatie tegen de symptomen van het delier zelf. 
4. Angst en onrust reduceren.
5. duidelijk en kort communiceren
6. helpen bij basiszorg (gericht
op oriëntatie, mobilisatie, adequate voedings- en vochtintake, goede nachtrust, optimaliseren visus en gehoor, goede dag invulling en evaluatie van medicatie)
(Bron: https://www.venvn.nl/media/51cfmxu3/v-vn-richtlijn-delier-maart-2023.pdf

Niet doen: tegen belevingswereld cliënt ingaan.

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide