Bloedsomloop - 3.1 t/m 3.3 oefenquiz
1 / 20
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
1. Bestaat bloedplasma uit water en opgeloste stoffen?
A
ja
B
nee
Slide 2 - Quizvraag
2. Vervoeren rode bloedcellen zuurstof?
A
ja
B
nee
Slide 3 - Quizvraag
3. Is deel P een bloedplaatje?
A
ja
B
nee
Slide 4 - Quizvraag
4. Is deel Q een rode bloedcel?
A
ja
B
nee
Slide 5 - Quizvraag
5. Maken witte bloedcellen ziekteverwekkers onschadelijk?
A
ja
B
nee
Slide 6 - Quizvraag
6. Gaat de grote bloedsomloop van het hart naar de longen en weer terug?
A
ja
B
nee
Slide 7 - Quizvraag
7. Wordt in de longen koolstofdioxide opgenomen in het bloed?
A
ja
B
nee
Slide 8 - Quizvraag
8. Stroomt in bloedvat 3 bloed met veel zuurstof?
A
ja
B
nee
Slide 9 - Quizvraag
9. Stroomt in bloedvat 4 bloed met veel koolstofdioxide?
A
ja
B
nee
Slide 10 - Quizvraag
10. Hoort bloedvat 1 bij de grote bloedsomloop?
A
ja
B
nee
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Tekstslide
In afbeelding hiernaast zie je verschillende soorten bloedvaten. Bij de letters Q, R en S staan dwarsdoorsnedes van de bloedvaten getekend. De stroomrichting van het bloed is met twee pijlen aangegeven.
11. Met welk nummer is een slagader aangegeven?
11. Met welk nummer is een slagader aangegeven?
A
Met nummer Q
B
Met nummer R
C
Met nummer S
Slide 13 - Quizvraag
In afbeelding hiernaast zie je verschillende soorten bloedvaten. Bij de letters Q, R en S staan dwarsdoorsnedes van de bloedvaten getekend. De stroomrichting van het bloed is met twee pijlen aangegeven.
12. Met welk nummer is een ader aangegeven?
12. Met welk nummer is een ader aangegeven?
A
Met nummer Q
B
Met nummer R
C
Met nummer S
Slide 14 - Quizvraag
In de afbeelding zie je een lengtedoorsnede van een bloedvat met kleppen
13. Van welk bloedvat is een lengtedoorsnede getekend?
13. Van welk bloedvat is een lengtedoorsnede getekend?
A
van een ader
B
van een haarvat
C
van een slagader
Slide 15 - Quizvraag
14. Hoe noem je de kleinste bloedvaten in organen?
A
Aders
B
haarvaten
C
slagaders
Slide 16 - Quizvraag
Nordic Walking is een sport die lijkt op langlaufen. Je loopt met stokken, maar zonder ski's. Bij Nordic Walking maak je veel gebruik van je nek-, schouder- en armspieren. Ook de spieren in je rug, buik, heup en benen gebruik je meer dan bij gewoon wandelen.
2 bloedvaten zijn de armslagader en de beenslagader.
15. Welk bloedvat of welke bloedvaten vervoeren bij Nordic Walking meer zuurstof dan normaal?
2 bloedvaten zijn de armslagader en de beenslagader.
15. Welk bloedvat of welke bloedvaten vervoeren bij Nordic Walking meer zuurstof dan normaal?
A
de armslagader
B
de beenslagader
C
zowel de armslagader als de beenslagader
Slide 17 - Quizvraag
Nordic Walking is een sport die lijkt op langlaufen. Je loopt met stokken, maar zonder ski's. Bij Nordic Walking maak je veel gebruik van je nek-, schouder- en armspieren. Ook de spieren in je rug, buik, heup en benen gebruik je meer dan bij gewoon wandelen.
Een ander bloedvat is de longslagader.
16. Wat vervoert de longslagader bij Nordic Walking meer dan normaal?
Een ander bloedvat is de longslagader.
16. Wat vervoert de longslagader bij Nordic Walking meer dan normaal?
A
koolstofdioxide
B
rode bloedcellen
C
zuurstof
Slide 18 - Quizvraag
17. Welke bloedvaten horen de bij de kleine bloedsomloop?
A
bloedvat 2 en 3
B
bloedvat 3 en 4
C
bloedvat 2 en 5
