In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 80 min
Onderdelen in deze les
Week 2
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Slide 3 - Tekstslide
I: iemand die een huis koopt als belegging, is vrager op de markt van financieel vermogen II: De bank die spaargeld aantrekt, is aanbieder op de vermogensmarkt
A
beiden zijn goed
B
I = goed, II = fout
C
I = fout, II = goed
D
beiden zijn fout
Slide 4 - Quizvraag
aanbieders van vermogen zijn...
Slide 5 - Open vraag
Wat is geen onderdeel van het eigen vermogen
A
Geplaatst aandelenkapitaal
B
Winstreserve
C
Maatschappelijke aandelenkapitaal
D
Herwaarderingsreserve
Slide 6 - Quizvraag
Het eigen vermogen van een NV bestaat uit:
A
winst, reserves en aandelen in portefeuille
B
reserves, geplaatst aandelenvermogen en debiteuren
C
winst, reserves en geplaatst aandelen vermogen
D
debiteuren, aandelen in portefeuille en debiteuren
Slide 7 - Quizvraag
Een NV wil € 2.000.000 euro binnen krijgen door een aandelenemissie. De nominale waarde van een aandeel is € 30 en de agio is € 20.
Hoeveel aandelen moet de NV verkopen?
A
66.667
B
200.000
C
40.000
D
100.000
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Video
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Wat bepaald de beurskoers?
1. bedrijfsnieuws (fraude?!)
2. beursklimaat ( gaat het wel goed?)
3. marktrente ( rente lager dan obligaties)
4. economische en politieke ontwikkelingen
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Vandaag
Herhaling
Nieuwe lesstof
Slide 24 - Tekstslide
Schrijf op
- Wat staat er minimaal op de balans?
- Waaruit bestaat het eigen vermogen allemaal?
- Wat is het verschil tussen een emissie,- en een beurskoers?