Spelling blok 5 week 4 les 3

• Spelling
• Basisschool
• Groep 5

Spelling blok 5 week 4 les 3

Doel: Herhalen van de tot nu toe aangeboden woordsoorten, zinsdelen en leestekens.

Wat is de persoonsvorm in de volgende zin:
De jonkvrouw rent naar het kasteel.

1. De jonkvrouw
2. rent
3. naar
4. het kasteel

Wat is het onderwerp in de volgende zin:
De jonkvrouw rent naar het kasteel.

1. De jonkvrouw
2. rent
3. naar
4. het kasteel

Wat is de persoonsvorm in de volgende zin:
Op de binnenplaats staat een verrassing.

1. Op
2. de binnenplaats
3. staat
4. een verrassing

Wat is het onderwerp in de volgende zin:
Op de binnenplaats staat een verrassing.

1. Op
2. de binnenplaats
3. staat
4. een verrassing

Welke woordsoort is strand in de volgende zin:
Daar rent hij langs het natte strand.

1. bijvoeglijk naamwoord
2. zelfstandig naamwoord
3. lidwoord

Staat strand in het enkelvoud of meervoud?
Daar rent hij langs het natte strand.

1. enkelvoud
2. meervoud

Tijd voor het dictee!!

Schrijf op.....

de indiaan

Schrijf op.....

de kano's

Schrijf op.....

de voortent

Schrijf op....

snikheet

Schrijf op.....

het woonwagenkamp

Schrijf op.....

luchtig

Schrijf op.....

Met hun kleine tentje trokken Klaas en Mina door Nederland.

Wat is de persoonsvorm in de zin
Met hun kleine tentje trokken Klaas en Mina door Nederland.

1. kleine
2. tentje
3. trokken
4. Nederland

Wat is het onderwerp in de zin
Met hun kleine tentje trokken Klaas en Mina door Nederland.

1. kleine
2. tentje
3. trokken
4. Klaas en Mina

Maak blok 5 week 4 les 3 in je werkboek op bladzijde 18.