In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
DRUK
Slide 1 - Tekstslide
lesdoel, aan het einde van de les weet je :
Druk is de kracht verdeeld over een oppervlak
weet je het verschil tussen kracht en druk.
kun je werken met de formule P=F/A
Slide 2 - Tekstslide
DRUK
Druk is de kracht die een voorwerp op een bepaald oppervlak uitoefent.
Slide 3 - Tekstslide
Verschil tussen kracht en druk?
Een kracht oefen je uit op een voorwerp. De kracht wordt uitgedrukt in newton.
Druk is de kracht die een voorwerp uitoefent op een oppervlakte.
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Zwaartekracht berekenen:
Om de zwaartekracht op een voorwerp te berekenen gebruik je de formule F = mg
Waar g = 10 N/kg
Slide 7 - Tekstslide
Formule
P=AF
F = Kracht
Eenheid = Newton
P = Druk
Eenheid = Pascal
A = Oppervlakte
Eenheid =
m2
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Druk in de praktijk:
de naaldhakken van Angelina Jolie en een olifantenpoot
Slide 10 - Tekstslide
Een mannetjesolifant weegt ongeveer 5000 kg. De oppervlakte van een poot is 0,025 m². Hoe groot is de zwaartekracht die de olifant uitoefent: ? Hoeveel oppervlakte hebben 4 poten samen: ? Hoe groot is nu de druk: ?
Slide 11 - Open vraag
Angelina weegt ongeveer 60 kg. De oppervlakte van een hak is 0,0005 m². Hoe groot is de zwaartekracht die Angelina uitoefent: ? Hoeveel oppervlakte hebben beide naaldhakken: ? Hoe groot is nu de druk: ?