3.2 Naoorlogse zekerheid

3.1 Verzuiling, crisis en bezetting
1919-1945

Wat weet je nog?
Het interbellum
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

3.1 Verzuiling, crisis en bezetting
1919-1945

Wat weet je nog?
Het interbellum

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een gevolg van de grondwetswijziging van 1917?
A
De liberalen verliezen hun meerderheid in het parlement aan de confessionelen
B
De SDAP wordt de grootste partij in het parlement
C
De confessionelen verliezen hun een meerderheid in het parlement aan de liberalen
D
De ministeriële verantwoordelijkheid wordt ingevoerd

Slide 2 - Quizvraag

Welke twee antidemocratische partijen ontstaan in Nederland tijdens het interbellum?

Slide 3 - Open vraag

Ondanks de vele bedreigingen blijft de Nederlandse democratie in de jaren '30 bestaan. Wat is hiervoor geen verklaring
A
Nederland heeft geen ontevreden oorlogsveteranen uit de Eerste Wereldoorlog
B
minster-president Colijn wordt gezien als een krachtige leider
C
Door de verzuiling blijven Nederlanders trouw aan de bestaande politieke partijen
D
Tegenstanders van de democratie worden streng aangepakt en belanden in de gevangenis

Slide 4 - Quizvraag

Welke gebeurtenis maakt (tijdelijk) een einde aan de Nederlandse rechtsstaat en democratie?

Slide 5 - Open vraag

3.2 Naoorlogse zekerheid
1945-1965
- Wederopbouw
- Terugkeer rechtsstaat en democratie
- Partijen van voor de oorlog keren terug,  
   alleen NSB niet
- CPN populair omdat ze grote rol in verzet 
   hadden gehad en de Sovjet Unie een 
   belangrijke bondgenoot was geweest in de 
   strijd tegen Hitler-Duitsland
mei 1945 Bevrijding Nederland van Duitse bezetting

Slide 6 - Tekstslide

Begin Koude Oorlog
- Steeds meer landen in Oost- Europa worden 
   communistisch onder invloed van Sovjet Unie
- groei angst voor communisme -> aanhang 
  CPN neemt af

Slide 7 - Tekstslide


Een nieuwe start
- einde maken aan politieke verdeelheid,  
   nieuwe brede volkspartij oprichten ->
   SDAP vormt samen met liberale Vrijzinnig 
   Democratische Bond in 1946  nieuwe partij: 
   Partij van de Arbeid (PvdA)
- Liberalen vinden dat socialisten te veel 
   invloed hebben binnen PvdA en richten in    
   1948 een nieuwe partij op: Volkspartij voor 
   Vrijheid en Democratie (VVD)

Slide 8 - Tekstslide

Naoorlogse verkiezingen
- vooroorlogse verhoudingen keren 
   terug:confessionelen houden meerderheid
- PvdA en KVP vormen regering; rooms-rode 
   coalitie
- Willem Drees (PvdA) wordt minister- 
   president
- begin gemaakt met 
   opbouw verzorgingsstaat


Aanhang antidemocratische partijen neemt af

Slide 9 - Tekstslide


Geleerd van crisis jaren '30
Overheid grijpt niet in; economie zal vanzelf    herstellen, bezuinigingen op overheidsuitgaven.

Gevolg:
- grote armoede en werkloosheid
- crisis wordt alleen maar erger

Slide 10 - Tekstslide


Opbouw verzorgingsstaat
- overheid moet ingrijpen om armoede en 
   werkloosheid te voorkomen
- invoering sociale wetten: AOW, WW, WIA, 
   Bijstand
   

1 januari 1957
Eerste uitbetaling AOW

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Vergelijk het periode 1919-1940 met 1945-1965
Nederland tussen 1919-1945
Nederland tussen 1945-1965
Verzorgingsstaat
Wederopbouw
Economische crisis
Minister- president Colijn
Invoering sociale wetten
Minister- president Drees
Interbellum
Opkomst anti-democratische partijen
Rooms-rode coalitie

Slide 13 - Sleepvraag

Vergelijk het interbellum met de tijd van de wederopbouw. Wat is een voorbeeld van continuïteit?
A
Na de Tweede Wereldoorlog keerden de politieke partijen van voor de oorlog weer terug
B
Na de Tweede Wereldoorlog ontstonden nieuwe partijen
C
Na de Tweede Wereldoorlog werkten de confessionelen samen met de socialisten
D
Na de Tweede Wereldoorlog hadden antidemocratische partijen nauwelijks meer aanhang

Slide 14 - Quizvraag

In de jaren '50 werd een begin gemaakt met de opbouw van de verzorgingsstaat. Wat was hiervan de oorzaak?
A
De socialisten hadden een meerderheid in het parlement
B
De ervaringen van de economische crisis in de jaren '30
C
Er waren grote demonstraties van arbeiders die de invoering van sociale wetten eisten
D
In ruil voor steun aan de wederopbouw eisten de VS dat er een verzorgingsstaat werd ingevoerd

Slide 15 - Quizvraag

De verzorgingsstaat werd in gevoerd onder leiding van de rooms-rode coalitie. Welke partijen vormden samen deze coalitie?
A
PvdA en ARP
B
VVD en KVP
C
KVP, ARP en CHU
D
PvdA en KVP

Slide 16 - Quizvraag

Oefenen voor PO;
een voorbeeld
Hoe belangrijk is Willem Drees geweest voor de ontwikkeling van de rechtsstaat en de democratie in Nederland?

Dit is allemaal terug te vinden in Magister (ELO;opdrachten) bijlage 2 open opdracht (bijlage 2) of gestructureerde opdracht (bijlage 3)

Slide 17 - Tekstslide

Hoe belangrijk is Willem Drees geweest voor de ontwikkeling van de rechtsstaat en de democratie in Nederland?

Stap 1
Wie was Willem Drees en wat heeft hij gedaan?
(zie blz 42)

Stap 2
Welke historische begrippen passen bij Willem Drees? (zie begrippen lijst blz 58-59) en welke ontwikkelingen (kenmerkende aspecten) horen hier bij? (zie blz 39 en 41 Hoofdzaken in deze paragraaf)



Stap 3 

Bepaal hoe belangrijk Willem Drees is geweest. Gebruik de volgende argumenten:
  • Belangrijk voor tijdgenoten. Het leven van mensen veranderde op één of enkele terreinen.
  • Belangrijk als aanstichter of oorzaak van grote veranderingen
  • Belangrijk als voorbeeld of symbool van     ontwikkeling of denkwijze.
  • Belangrijk voor mensen nu (we hebben er nu nog mee te maken, als voorbeeld, waarschuwing of inspiratiebron).
  • Voor veel mensen verandert er wat.
  • Het gaat om een grote verandering (politiek, economisch, cultureel).

Slide 18 - Tekstslide

Personen
Gebeurtenissen
Johan Thorbecke
Oprichting Bataafse Republiek
Abraham Kuyper
Oprichting SDAP
Aletta Jacobs
Invoering algemeen kiesrecht
Anton Mussert
Verzet Provo tegen huwelijk Beatrix
Willem Drees
Moord op Pim Fortuyn
Pieter Cort van der Linden
Moord op Theo van Gogh
Dit is allemaal terug te vinden in Magister (ELO;opdrachten) bijlage 2 open opdracht (bijlage 2) of gestructureerde opdracht (bijlage 3)

Slide 19 - Tekstslide