QUIZZ na/bij les 5

Nabespreking Les 5 - Circulatie en hartkleppen
BIJ: ziekenhuis jaar 2
MBO 4, verpleegkunde
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Nabespreking Les 5 - Circulatie en hartkleppen
BIJ: ziekenhuis jaar 2
MBO 4, verpleegkunde

Slide 1 - Tekstslide

1
2
3
4

Bloed komt vanuit je lichaam in je hart. in welke volgorde gaat het door je hart heen? 
Linker ventrikel
rechter ventrikel
rechter boezem
linker boezem

Slide 2 - Sleepvraag

Een client met hartproblemen heeft last van dikke benen, bewegingsproblemen en moet van de arts een vochtbeperking aanhouden. Welke vorm van hartziekte is hier waarschijnlijk aan de hand?
A
linker hartfalen (forward failure)
B
rechter hartfalen (backwardsfailure)
C
stabiele angina pectoris
D
endocarditis

Slide 3 - Quizvraag

Pijn op de borst (angina pectoris) die optreedt alleen bij inspanning, emoties e.d, noemen we:
A
stabiele angina pectoris
B
instabiele angina pectoris
C
hartinfarct
D
acuut coronair syndroom

Slide 4 - Quizvraag

Stelling: decompensatio cordis is geen ziekte op zich. Er is ALTIJD een onderliggende oorzaak
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Noem 6 oorzaken van
decompensatio cordis (1 minuut)
timer
1:00

Slide 6 - Open vraag

Noem algemene symptomen bij
een zorgvrager met
decompensatio cordis
timer
1:00

Slide 7 - Open vraag

PCI
CABG
pacemaker
ICD
Welke cardiale probleem, hoort bij welke cardiale interventie? 
pijn op de borst
kransslagader- vernauwingen, zonder effect van PCI
hartritme te snel
ernstige hartritme-stoornis
myocardinfarct
hartritme te traag

Slide 8 - Sleepvraag

Welk van de onderstaande oorzaken kan een plotselinge verergering van hartfalen geven?
A
hartinfarct
B
therapie ontrouw (leefstijl en medicatie)
C
bloed armoede
D
extreme warmte of inspanning

Slide 9 - Quizvraag

Stelling: Een astma cardiale is hetzelfde als acuut longoedeem.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Stelling: Bij een astma cardiale heb je tijd voor diagnostiek. Want het is niet gevaarlijk.
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Welk van de onderstaande symptomen passen NIET bij iemand met klepafwijkingen?
A
kortademig en pijn op de borst
B
opgezette voeten en vermoeidheid
C
onregelmatige hartslag, moe en duizelig
D
pijn bij de ademhaling en hoesten

Slide 12 - Quizvraag

timer
1:00
leefregels voor de patient
met chronisch hartfalen

Slide 13 - Woordweb

Een patient heeft last van:
Lichte verhoging, vermoeidheid, zweten, gewichtsverlies en bloedarmoede.
Deze symptomen passen typisch bij?
A
acute endocarditis
B
chronische endocarditis

Slide 14 - Quizvraag

Een bacteriele endocarditis kan daarna hartklepinsufficientie geven.
En dat kan op zijn beurt weer hartfalen geven.
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quizvraag

timer
1:00
oorzaken van niet
goed functionerende hartkleppen

Slide 16 - Woordweb

endocarditis kan hartritmestoornissen veroorzaken
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quizvraag

endocarditis kan een bloedig CVA veroorzaken bij losschieten van een embolie

A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quizvraag

endocarditis kan trombose en embolieen veroorzaken in het lichaam

A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Waaruit bestaat de behandeling van endocarditis?
A
er is direct een hartklep operatie nodig
B
snelwerkende antibiotica via infuus (4-6 weken minimaal)
C
snelwerkende antibiotica oraal, kan gewoon thuis
D
je hoeft soms niks te doen, alleen bij sepsis door de endocarditis

Slide 20 - Quizvraag

Een endocarditis kan overlijden van de zorgvrager veroorzaken

A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quizvraag

Klepafwijkingen kunnen leiden tot hartfalen

A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quizvraag

mechanische hartklep
biologische hartklep
voordeel: levenslang, bijna geen slijtage
Nadeel: levenslang antistolling nodig
Nadeel: Slijtage en vervangen nodig op termijn
nadeel: je kunt getik horen
voordeel: geen antistolling nodig
voordeel: geluidloos

Slide 23 - Sleepvraag

Slide 24 - Tekstslide