ch6_E_grammar

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Stepping Stones - Chapter 6

Grammar 11:
Present Simple - Past Simple

Present Continuous - Past Continuous

Je gebruik de Present Simple voor

1. Gewoontes
2. Routines
3. Wensen
4. Feiten in de tegenwoordige tijd

Zo maak je de Present Simple...

1. met IS en ARE
2. voor he/she/it = werkwoord + "S"
3. met een werkwoord die eindigt in ING

Je gebruikt de Present Continuous voor...

1. Acties die NU gebeuren
2. Gewoontes
3. Langere acties in de verleden tijd

What are you doing now?

What do we do every Monday at 8.45?

Je gebruikt de Past Simple voor

1. Routines in de verleden tijd
2. Feiten in de verleden tijd
3. Een langere actie in de verleden tijd

Wat is het juiste werkwoord/tijd in de zin?

Last week, they ......... a great time.

1. have
2. had
3. are having
4. were having

Wat is het juiste werkwoord/tijd in de zin?

At the moment, we ............. a computer game.

1. play
2. played
3. are playing
4. were playing

Wat is het juiste werkwoord/tijd in de zin?

Loo! They ... the news.

1. read
2. were reading
3. have read
4. are reading

Wat is het juiste werkwoord/tijd in de zin?

I always ......... a film before I go to bed.

1. watch
2. am watching
3. was watching

Wat is het juiste werkwoord/tijd in de zin?

Sophie ......... out of the house, when her friend called.

1. was going
2. went
3. is going

Wat is het juiste werkwoord/tijd in de zin?

John ......... his birthday last Saturday.

1. was celebrating
2. celebrates
3. celebrated

Wat is het juiste werkwoord/tijd in de zin?

The teacher ......... the lesson when the fight started.

1. was explaining
2. explains
3. explained
4. were explaining

Wat is het juiste werkwoord/tijd in de zin?

My mother always ......... pizza on Friday night.

1. orders
2. was ordering
3. is ordering

That was it for today!

Thank you for participating in the lesson!