A3c H4 stijlfouten

Woordenschat
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Woordenschat

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Ik kan/weet:

  • onderscheid maken tussen stijlfouten en versierende stijlfiguren.
  • de stijlfouten contaminatie, pleonasme en tautologie herkennen en verbeteren.

Slide 2 - Tekstslide

Contaminatie
Bij contaminatie worden 2 woorden of uitdrukkingen verkeerd gecombineerd.

Bijvoorbeeld:
Hij is de drijvende motor van ons team.
- Drijvende kracht achter...
- Motor van ........

Slide 3 - Tekstslide

voorbeeld
"De zorgmedewerkers lopen op het einde van hun Latijn."

Uitgesproken door: iemand op Radio 1

Slide 4 - Tekstslide

Wat is een contaminatie?
A
ik heb het reeds twee keer gedaan
B
niemand doet het dagelijks vaker
C
zal ik het nog eens opnieuw doen
D
ik doe het nooit meer zo

Slide 5 - Quizvraag

op het eerste oog = contaminatie. Welke verbetering is juist?
A
op dat moment
B
op het eerste gezicht
C
mijn oog viel erop
D
voor het eerst gezien

Slide 6 - Quizvraag

Verbeter de contaminatie:
In Parijs werden wij aan alle kanten voorbijgepasseerd.

Slide 7 - Open vraag

Pleonasme
Als je een eigenschap van een zaak of persoon nog eens uitdrukkelijk omschrijft door een toevoeging van een ander woord van een andere woordsoort (bijvoorbeeld een bijvoeglijk naamwoord bij een zelfstandig naamwoord)

Voorbeeld:
zure citroenen = citroenen zijn altijd zuur.

Slide 8 - Tekstslide

Tautologie
Bij tautologie wordt hetzelfde nog eens gezegd
met andere woorden. 
Deze woorden moeten tot dezelfde woordsoort behoren (bijvoorbeeld twee zelfstandig naamwoorden of twee bijwoorden). 
Een tautologie werkt versterkend. 

Een voorbeeld van tautologie is:
mijn ouders blijven voor eeuwig en altijd bij elkaar.

NB: tautologie wordt niet altijd als fout bestempeld.


Slide 9 - Tekstslide

Tautologie: wat is hier dubbelop?

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Tautologie of pleonasme?
De palen van de brug zijn gemaakt van grijs beton.
A
tautologie
B
pleonasme

Slide 12 - Quizvraag

Welk woord is een pleonasme?
A
witte sneeuw
B
gave muziek
C
spannend boek
D
oranje broek

Slide 13 - Quizvraag

Opdracht
Maken opdracht 1 blz 120



Als je klaar bent, begin je aan het huiswerk van deze week (opdr. 2 t/m 6)
timer
7:00

Slide 14 - Tekstslide

Huiswerk deze week
H4 woordenschat  blz. 120-123
lezen theorie blz. 120
maken opdr. 1 t/m 6

Slide 15 - Tekstslide

Tautologie of pleonasme?

Het aandeel van de Nationale-Nederlanden is naar beneden gekelderd.
timer
0:30
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 16 - Quizvraag

timer
0:30
tautologie
contaminatie
pleonasme

Slide 17 - Sleepvraag

We hebben daar ongeveer 2 à 3 weken
de tijd voor uitgetrokken.
Wat is hier pleonasme en waarom?
timer
0:30

Slide 18 - Open vraag

Welk woord is een contaminatie?
timer
0:30
A
overblijven
B
uitdrukkingen
C
nachecken
D
langzaam treuzelen

Slide 19 - Quizvraag

Tautologie of pleonasme?
Vanzelfsprekend zal ik dat werk natuurlijk wel nakijken.
timer
0:30
A
tautologie
B
pleonasme

Slide 20 - Quizvraag

Tautologie
timer
0:30
A
blij en verheugd
B
heden en verleden
C
groen gras
D
uren op jou te wachten

Slide 21 - Quizvraag

Contaminatie, pleonasme en tautologie
Ik ken en herken ze nu wel.
Ik vind de contaminatie nog lastig.
Ik heb moeite met pleonasme en tautologie.
Ik begrijp het , maar wil nog wel wat extra oefenen
Ik begrijp er niets van.

Slide 22 - Poll

Video
Op de volgende sheet vind je een video met alle stijlfouten.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video