LE1 Toezichthouden

LE1 Toezichthouden

observeren - beroepshouding - communicatie
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
Lichamelijke opvoedingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

LE1 Toezichthouden

observeren - beroepshouding - communicatie

Slide 1 - Tekstslide

WAT BETEKEND OBSERVEREN?
A
kijken naar een doelgroep
B
signaleren van gedrag en handelingen
C
toezicht houden of iedereen zich aan de regels houdt
D
een activiteit in goede banen leiden

Slide 2 - Quizvraag

NOEM EEN VOORBEELD VAN NON-VERBALE COMMUNICATIE

Slide 3 - Open vraag

NON- VERBALE COMMUNICATIE VERDUIDELIJKT VERBALE COMMUNCATIE
A
juist
B
onjuist

Slide 4 - Quizvraag

VERBALE COMMUNICATIE:

Slide 5 - Tekstslide

ZET IN DE JUISTE VOLGORDE
COMMUNICATIE GAAT VIA:
..............
..............
..............
BOODSCHAP
ZENDER
ONTVANGER

Slide 6 - Sleepvraag

WANNEER COMMUNICATIE NIET GOED OVERKOMT DOOR STORENDE FACTOREN DAN SPREKEN WE VAN:

Slide 7 - Open vraag

VOORBEELDEN VAN RUIS:
- lawaai
- onduidelijke informatie
- afgeleid zijn door anderen
- weersomstandigheden

Slide 8 - Tekstslide


wat is een juiste positie om toezicht/overzicht te houden?
A
postitie geel
B
postie rood
C
positie rood en oranje
D
positie oranje en geel

Slide 9 - Quizvraag

EEN JUISTE POSITIE KIES JE DOOR:
- Op een plek te staan waarbij je alles kan overzien
- Op een plek te staan waarbij niemand in je rug staat
X

Slide 10 - Tekstslide

WAT BETEKEND BEROEPSHOUDING?
A
de manier waarop je je hoort te gedragen in je beroep
B
met welke houding je voor een groep staat
C
zelfverzekerd voor een doelgroep staan

Slide 11 - Quizvraag

BEROEPSHOUDING SPORT EN RECREATIE
enkele voorbeelden:
Tekst
- Duidelijk praten
- gastvrij zijn
- respect tonen
- luisteren naar een ander
- betrokkenheid
- op tijd komen
- betrouwbaarheid
- assertief zijn

Slide 12 - Tekstslide

OBJECTIEF OBSEREVEREN IS:
A
letten op de feiten
B
je persoonlijke mening over een situatie

Slide 13 - Quizvraag

NORMEN EN WAARDEN
zoek de juiste betekenis
Normen 
Waarden
ongeschreven regels

de idealen die we zelf hebben

Slide 14 - Sleepvraag

JE WELKOM EN GERESPECTEERD VOELEN NOEMEN WE OOK WEL:
A
een veilig sportklimaat
B
omgangsregels
C
een veilige omgeving

Slide 15 - Quizvraag

EEN VEILIG SPORTKLIMAAT
- naleven van gestelde regels
- een veilige omgeving (materialen en middelen worden op juiste manier gebruikt)
- respect tonen en op een fatsoenlijke manier met elkaar omgaan

veilig sportklimaat = aanspreken op gedrag

Slide 16 - Tekstslide

Wat betekend het? of noem een voorbeeld
ONGEWENST GEDRAG

Slide 17 - Woordweb

WAT MOET JE DOEN BIJ ONGEWENST GEDRAG?
Benoem wat je ziet
Geef de regel(s) aan
Geef ruimte voor een reactie
Bied een alternatief
Toon begrip
Geef argumenten
Vraag om medewerking

Slide 18 - Tekstslide

ONGEWENST GEDRAG BENOEMEN WE. WAT DOEN WE BIJ GEWENST GEDRAG?
A
benoemen
B
niet benoemen

Slide 19 - Quizvraag

WAAROM BENOEMEN WE GEWENST GEDRAG?

Slide 20 - Open vraag

Dankjewel voor het opruimen
Fijn dat je optijd bent!
Wat kun jij ver springen zeg!
Mooie pass!
Goed samengewerkt jongens!

Stimuleer gewenst gedrag en draag bij aan een positieve groepssfeer!

Slide 21 - Tekstslide