Examentekst Puberbrein

Examentekst Puberbrein
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Examentekst Puberbrein

Slide 1 - Tekstslide

Wat is het onderwerp van de tekst 'puberbrein'?
A
De persoonlijkheids-structuur van pubers
B
De verandering van de hersenen bij pubers
C
Het impulsief handelen door pubers
D
Het onderzoek naar afbraak van zenuwcellen

Slide 2 - Quizvraag

Een tekst kan op verschillende manieren ingeleid worden. Bijvoorbeeld door:
1. een actuele gebeurtenis te noemen
2. een anekdote te geven
3. een conclusie te trekken
4. een deskundige te introduceren
5. een probleem te benoemen
Welke twee manieren worden in alinea's 1 en 2 gebruikt om de tekst in te leiden?
A
1 en 2
B
2 en 3
C
3 en 4
D
4 en 5

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Tekstslide

Welke conclusie past het beste bij alinea 3
A
de hersenen groeien na je kleutertijd niet meer, maar ontwikkelen zich nog wel
B
de hersenwetenschap blijkt een onbekende, verrassende wetenschap te zijn
C
de omvang van je hersenen groeit tot je tweeëntwintigste levensjaar
D
de technieken in de hersenwetenschap zijn sinds 1990 verouderd.

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

In alinea 4 wordt gezegd dat in een aantal delen van de hersenen neuronen afsterven. Wat is volgens de tekst het voordeel van het afsterven van deze neuronen?

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Welke twee soorten intelligentie
worden hier volgens de tekst
bedoeld?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Welk ander woord voor 'afbraak en opbouw' kom je tegen in alinea 6?

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Tekstslide

Boven welke alinea past het kopje 'Intelligentie' het best?
A
Alinea 5
B
Alinea 6
C
Alinea 7
D
Alinea 8

Slide 13 - Quizvraag

Wat wil het voorbeeld van Gage ons vooral vertellen? (alinea 9)
A
De frontaalkwabben blijken belangrijk te zijn voor de sociale vaardigheden
B
De moderne neurowetenschap bestaat nog geen tweehonderd jaar
C
een hersenbeschadiging heeft een akelige karakterverandering tot gevolg
D
Gage had na het ongeluk zijn egoïstische driften niet meer onder controle.

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

De laatste alinea heeft twee functies. Welke twee functies zijn dit?
A
een conclusie en een samenvatting geven
B
een nieuw gegeven bespreken en een conclusie geven
C
een samenvatting geven en een toekomstverwachting uiten
D
een toekomstverwachting uiten en een nieuw gegeven bespreken

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Tekstslide

Wat is het belangrijkste doel van deze tekst? De tekst wil de lezer ..
A
ervan overtuigen dat pubers niets aan hun gedrag kunnen doen
B
ervan overtuigen dat het impulsieve handelen van pubers tijdelijk is
C
informeren over de hersenverandering bij pubers
D
informeren over de persoonlijkheidsstructuur van pubers

Slide 18 - Quizvraag