drugsquiz

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
asvBuitengewoon secundair onderwijs

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

In het verkeer geldt een nultolerantie voor druggebruik.
A
juist
B
fout

Slide 2 - Quizvraag

Welk woord is geen synoniem voor Cannabis?
A
marihuana
B
hasj
C
special K
D
wiet

Slide 3 - Quizvraag

Hallucinogene drugs ...
A
geven een verdovend gevoel.
B
geven een oppeppend gevoel.
C
vervormen wat we via onze zintuigen waarnemen.

Slide 4 - Quizvraag

Pijnstillers kunnen als drugs gebruikt worden.
A
juist
B
fout

Slide 5 - Quizvraag

LSD is een tripmiddel.
A
juist
B
fout

Slide 6 - Quizvraag

Cannabis is gelegaliseerd in België.
A
juist
B
fout

Slide 7 - Quizvraag

Welke drug wordt ook wel de 'love drug' genoemd?
A
heroïne
B
XTC
C
marihuana
D
LSD

Slide 8 - Quizvraag

Welk middel is vloeibaar, werkt verdovend, geeft je een roes en is moeilijk te doseren?
A
GHB
B
alcohol
C
ketamine

Slide 9 - Quizvraag

Pijnstillers, kalmeer- en slaapmiddelen zijn legale drugs.
A
juist
B
fout

Slide 10 - Quizvraag