Herhaling H3 (2 lessen)

Herhaling H3
Lesplanning:
  1. Herhaling schakelingen & vermogen
  2. Opgaven §3.4 afronden 
  3. Gemengde schakelingen
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Herhaling H3
Lesplanning:
  1. Herhaling schakelingen & vermogen
  2. Opgaven §3.4 afronden 
  3. Gemengde schakelingen

Slide 1 - Tekstslide

Statische elektriciteit

  • Positief, negatief en neutraal geladen voorwerpen. 
  • Verschillende lading - aantrekken
  • Gelijke lading - afstoten
  • Bij een “groot” ladingsverschil bewegen de elektronen van een negatief geladen plaats naar een positief geladen plaats. 

Slide 2 - Tekstslide

Vermogen
Spanning
Stroomsterkte
Weerstand
Aantal ladingen dat per seconde een punt in de stroomkringpasseert.
Hoeveelheid energie dat een lading afgeeft tussen twee punten.
Hoeveelheid energie dat een apparaat per seconde verbruikt of levert.
Geeft aan hoe slecht een voorwerp/component de stroom geleidt.

Slide 3 - Sleepvraag

Overzicht H3
  • Stroom, spanning, weerstand en geleidbaarheid
  • Wet van Ohm R = U/I
  • Serie- en parallelschakelingen
  • Energie en vermogen

Slide 4 - Tekstslide

Serie & parallelschakelingen

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeeldopgave:
Bereken het totale vermogen van de schakeling.

Slide 7 - Tekstslide

Bereken het vermogen van de schakeling.
Rtot = 20 + 70 = 90 Ohm




P = U * I = 18 * 0,2 = 3,6 W

Itot=RtotUtot=9018=0,2A

Slide 8 - Tekstslide

Welk weerstandje heeft het grootste vermogen?
A
20 Ohm
B
70 Ohm

Slide 9 - Quizvraag

Bereken het vermogen van de schakeling.
Itot = I1 = I2 = 0,20 A

U1 = R1 * I1 = 20 * 0,2 = 4 V
U2 = R2 * I2 = 70 * 0,2 = 14 V

P1 = U * I = 4 * 0,2 = 0,8 W
P2 = U * I = 14 * 0,2 = 2,8 W

Slide 10 - Tekstslide

Bereken het totale vermogen van de schakeling.
Tip
bereken eerst het vermogen van één lampje. 

Slide 11 - Tekstslide

Bereken het vermogen van de schakeling.



P = U * I = 12 * 0,6 = 7,2 W 

Ptot = 14,4 W
Ilamp=RlampUlamp=2012=0,6A

Slide 12 - Tekstslide


Aan de slag

  • Afronden opgaven §3.4
  •  Samenvatten H3
  • Opgaven H3 nogmaals maken
  • Oefentoets p. 108

Huiswerk: oefentoets in classroom maken
timer
15:00
in stilte

Slide 13 - Tekstslide


Gemengde schakeling

phet

Slide 14 - Tekstslide

Wensen voor de laatste les?

Slide 15 - Woordweb

Herhaling H3
Lesplanning
  1. Vragenrondje
  2. Klassikaal herhalen
    maken, bespreken, maken, ...
  3. Zelfstandig voorbereiden toets

Slide 16 - Tekstslide

Vragen?!

Slide 17 - Woordweb

Keuze
Zelfstandig werken - voorbereiden toets
of 
klassikale opgaven - maken, bespreken, maken, ...

Slide 18 - Tekstslide

R=IU
U = ... V
I = ... A
R = ... Ohm
0,67 
3
4,5
7,2

Slide 19 - Sleepvraag

Schakeling 1
Een weerstand van 10 Ω en een weerstand van 73 Ω worden parallel aangesloten op een spanningsbron van 12 V. Met twee meters worden de spanning en stroomsterkte van de
10 Ω weerstand gemeten.
  1. Teken het schakelschema van de beschreven schakeling. 

  2. Leg uit welke weerstand het grootste vermogen heeft. 

  3. Bereken de vervangingsweerstand (totale weerstand) van de schakeling.
timer
6:00

Slide 20 - Tekstslide

 Schakeling 2
Op het lampje staat: '6,0 V; 0,50 A'. 

  1. Bereken de waarde die de onbekende weerstand moet hebben om het lampje met de aangegeven waarde te laten branden.

  2. Leg uit wat gebeurt er met de felheid van het lampje wanneer je de 8,0 Ω weerstand vervangt door een weerstand van 20 Ω. 
timer
6:00

Slide 21 - Tekstslide

Energie en vermogen
Een radio met een interne weerstand van 500 Ohm heeft 
8 kWh verbruikt. De radio is aangesloten op een spanning van 230 V.
Bereken hoeveel uur de radio aan heeft gestaan.
timer
4:00

Slide 22 - Tekstslide


Voorbereiden 
toets

  • Opgaven H3 nogmaals maken
  • Oefentoets p. 108
  • Oefentoets in classroom

Slide 23 - Tekstslide

Voordeurbel met lampje dat altijd brandt.
In welke schakeling zijn de bel en het lampje correct geschakeld?
A
In figuur A
B
In figuur B
C
In figuur C
D
In figuur D

Slide 24 - Quizvraag

Een elektrische kachel is aangesloten op 230 V en heeft twee verwarmingselementen R1 en R2. Het elektrisch vermogen van de kachel is:
0,50 kW als R1 is ingeschakeld, 1,0 kW als R2 is ingeschakeld en 1,5 kW als R1 en R2 zijn ingeschakeld.
Bereken de weerstand van R1.

Slide 25 - Open vraag

U = 230 V 

alleen R1 -> P = 0,5 kW
alleen R2 -> P = 1,0 kW
R1 en R2 -> P = 1,5 kW

RR1 = ?
R=IU=...230
P = U * I
500 = 230 * I
I = 500 / 230 = 2,17 A
R=IU=2,17230=106Ohm

Slide 26 - Tekstslide

alleen R1 -> P = 0,5 kW
alleen R2 -> P = 1,0 kW
R1 en R2 -> P = 1,5 kW
A
R1 en R2 zijn in serie geschakeld
B
R1 en R2 zijn parallel geschakeld.

Slide 27 - Quizvraag

P=UI

Slide 28 - Tekstslide

Een radio met een interne weerstand van 500 Ohm heeft
8 kWh verbruikt. De radio is aangesloten op een spanning van 230 V.
Bereken hoeveel uur de radio aan heeft gestaan.

Slide 29 - Open vraag

Gegevens
R = 500 Ohm
E = 8 kWh
U = 230 V
t = ?
Oplossing
E = P* t 
       

Slide 30 - Tekstslide

Gegevens
R = 500 Ohm
E = 8 kWh
U = 230 V
t = ?
Oplossing
E = P* t 
        P = U * I 
                 

Slide 31 - Tekstslide

Gegevens
R = 500 Ohm
E = 8 kWh
U = 230 V
t = ?
Oplossing
E = P* t 
        P = U * I 
                   I = U / R 
                   I = 230 / 500 = 0,435 A
       

Slide 32 - Tekstslide

Gegevens
R = 500 Ohm
E = 8 kWh
U = 230 V
t = ?
Oplossing
E = P* t 
        P = U * I 
                   I = U / R 
                   I = 230 / 500 = 0,435 A
        P = 230 * 0,435 = 100 W

Slide 33 - Tekstslide

Gegevens
R = 500 Ohm
E = 8 kWh
U = 230 V
t = ?
Oplossing
E = P* t 
        P = U * I 
                   I = U / R 
                   I = 230 / 500 = 0,435 A
        P = 230 * 0,435 = 100 W
E = P * t
8 = 0,1 * t 
t = 8/0,1 = 80 h 

Slide 34 - Tekstslide

Kahoot schakelingen

Slide 35 - Tekstslide