3.1.2 Bijzondere driehoeken

Welkom
Dit leg ik op tafel:
Laptop --> Dicht
Etui 
Map
Gelukt = stil zijn
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Dit leg ik op tafel:
Laptop --> Dicht
Etui 
Map
Gelukt = stil zijn

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Uitleg/ oefenen 20 min
Zelfstandig werken 10 min
Zachtjes werken 10 min

Slide 2 - Tekstslide

Vorige les

Slide 3 - Tekstslide

Welke doelen gaan we halen?
  1. Je herkent het symbool ∆.
  2. Je geeft met tekens aan welke zijdes van een driehoek even lang zijn.
  3. Je herkent gelijkzijdige, gelijkbenige en rechthoekige driehoeken.
  4. Je legt uit waarom een driehoek gelijkzijdig, gelijkbenig of rechthoekig is.
  5. Je gebruikt de begrippen 'basis, tophoek, hoogtelijn en hoekpunt' en wijst deze aan in een driehoek.
  6. Je tekent een hoogtelijn in een driehoek met alleen scherpe of rechte hoeken.












Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

A
B
C
D
Opties:
1. Rechthoekige driehoek
2. Gelijkzijde driehoek
3. Gewone driehoek
4. Gelijkbenige driehoek  

Slide 6 - Tekstslide

hoogtelijn
Een hoogtelijn van een driehoek
is een lijn die door een hoekpunt
gaat en loodrecht op de
overstaande zijde staat.

Slide 7 - Tekstslide

hoogtelijn
Een hoogtelijn van een driehoek
is een lijn die door een hoekpunt
gaat en loodrecht op de
overstaande zijde staat.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

tophoek
basishoek
basis
been
been

Slide 10 - Tekstslide

Welke driehoek is een rechthoekige driehoek?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 11 - Quizvraag

Deze driehoek is een .... driehoek.
A
gelijkzijdige
B
gelijkbenige
C
rechthoekige
D
stomphoekige

Slide 12 - Quizvraag

Deze driehoek is een rechthoekige driehoek.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Welke driehoek is een gelijkbenige driehoek?
A
Driehoek ABC
B
Driehoek DEF
C
Driehoek KLM
D
Driehoek PQR

Slide 14 - Quizvraag

We gaan aan de slag!

Doelen deze week:
Les 1: 3.1.1 Rechthoeken, vierkanten en driehoeken 
Les 2: 3.1.2 Bijzondere driehoeken
Les 3: 3.1.3 Cirkels

Slide 15 - Tekstslide

Doelen behaald?
  1. Je herkent het symbool ∆.
  2. Je geeft met tekens aan welke zijdes van een driehoek even lang zijn.
  3. Je herkent gelijkzijdige, gelijkbenige en rechthoekige driehoeken.
  4. Je legt uit waarom een driehoek gelijkzijdig, gelijkbenig of rechthoekig is.
  5. Je gebruikt de begrippen 'basis, tophoek, hoogtelijn en hoekpunt' en wijst deze aan in een driehoek.
  6. Je tekent een hoogtelijn in een driehoek met alleen scherpe of rechte hoeken.












Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide