Met deze LessonUp kun je de woorden van Les 22 bij jezelf overhoren. Leer dus eerst de woorden uit je tekstboek of van de woordenlijst en maak dan deze LessonUp uit je hoofd!
1 / 21
next
Slide 1: Slide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3
This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
Woorden Les 22
Met deze LessonUp kun je de woorden van Les 22 bij jezelf overhoren. Leer dus eerst de woorden uit je tekstboek of van de woordenlijst en maak dan deze LessonUp uit je hoofd!
Slide 1 - Slide
Met welke naamval gaat ἁμαρτανω?
A
nominativus
B
genitivus
C
dativus
D
accusativus
Slide 2 - Quiz
Wat is GEEN betekenis van καθαρος?
A
leeg
B
schoon
C
zuiver
Slide 3 - Quiz
Wat betekent ὁ δουλος?
Slide 4 - Open question
Vertaal PRECIES de vorm ἔβλεψα.
Slide 5 - Open question
Wat is GEEN betekenis van ὡς?
A
zo(als)
B
hoe
C
of
D
wat
Slide 6 - Quiz
Wat betekent κενός?
Slide 7 - Open question
Wat betekent ἄρα?
Slide 8 - Open question
Wat is een aanwijzend voornaamwoord?
A
ἕκαστος
B
ἐκεινος
C
κενος
D
αὐτος
Slide 9 - Quiz
Van welk Grieks woord is het woord "cosmetica" afgeleid?
A
κενος
B
καθαρος
C
κοσμος
D
χαλεπος
Slide 10 - Quiz
Wat betekent ἕκαστος?
A
leeg
B
overig
C
krachtig
D
ieder
Slide 11 - Quiz
Wat betekent ἄλλος?
A
leeg
B
overig
C
krachtig
D
elke
Slide 12 - Quiz
Wat betekent κενος?
A
leeg
B
overig
C
sterk
D
ieder
Slide 13 - Quiz
Wat betekent ἁμαρτανω? Geef twee woorden als antwoord.
Slide 14 - Open question
Wat betekent ἰσχυρος?
A
leeg
B
ander
C
krachtig
D
ieder
Slide 15 - Quiz
Wat betekent καθαρος?
A
krachtig
B
leeg
C
schoon
D
moeilijk
Slide 16 - Quiz
Wat betekent χαλεπος?
A
lastig
B
leeg
C
zuiver
D
krachtig
Slide 17 - Quiz
Wat betekent ἁμαρτανω + gen.? Geef één woord als antwoord.