Zo vind je de bijvoeglijke bepaling
1) Zet streepjes tussen de zinsdelen.
2) Zoek van elk zinsdeel dat uit meerdere woorden bestaat, het belangrijkste woord (de kern) en bepaal de woordsoort.
3) Als de kern een zelfstandig naamwoord of een voornaamwoord is, noteer dan de woorden die extra informatie geven over de kern:
bijv. bep = stoer -> jongens
bijv bep = in deze klas -> jongens
bijv bep = oud -> trainingspak