Semana 39

1 / 30
next
Slide 1: Slide
SpaansWOStudiejaar 1

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Necesitas el portátil (laptop),  om de les te starten via LessonUp, la libreta(schrift) y el libro (boek).

Slide 2 - Slide

De bepaalde lidwoorden
Wat zijn bepaalde lidwoorden in het Nederlands?


Slide 3 - Slide

De bepaalde lidwoorden
het/de: je zet deze woorden altijd voor een zelfstandig naamwoord.
Hoeveel bepaalde lidwoorden kent het Spaans, denk je?
En waarom is dat zo?

Slide 4 - Slide

Masculino / femenino
(mannelijk / vrouwelijk)
Singular / plural

Slide 5 - Slide

De bepaalde lidwoorden
el chico 
los chicos
la chica
las chicas

de betekenis van el/los/la/las is de/het

Slide 6 - Slide

De onbepaalde lidwoorden
een, enkele/enige in het Nederlands
In het Spaans:
un chico (een jongen)
unos chicos (enkele/enige jongens)
una chica (een meisje)
unas chicas (enkele/enige meisjes)

Slide 7 - Slide

Palabras masculinas
(mannelijk woorden)

Er zijn uitzonderingen, dus sommige woorden met -a kunnen mannelijk zijn, zoals: el mapa (de kaart), el problema (het probleem), el planeta (de planeet), el día (de dag)...

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Palabras masculinas
(mannelijk woorden)

Woorden die op een -o zijn vaak mannelijk en hebben een mannelijk lidwoord:el gato (de kat), el libro (het boek), el chico (de jongen), el teléfono (de telefoon), el mundo (de wereld), el tiempo (het tijd), el perro (de hond)...

Slide 10 - Slide

Palabras femeninas
(vrouwelijk woorden)

Er zijn uitzonderingen, dus sommige woorden met -o kunnen vrouwelijk zijn, zoals: la mano (de hand), la moto, la foto...

Slide 11 - Slide

Practicar
In de volgende opdrachten zet je woorden in het meervoud
Je herhaalt de lidwoorden:
el     /     los
      la     /      las     

Slide 12 - Slide

de vriendin

Slide 13 - Mind map

een jongen

Slide 14 - Mind map

Palabras masculinas
(mannelijk woorden)

Medeklinkers: woorden die eindigen op -r, -e en -z zijn meestal mannelijk. Zoals: el profesor (de docent), el lápiz (het potlood), el aire (de lucht), el tomate  (de tomaat)...

Slide 15 - Slide

Palabras femeninas
(vrouwelijk woorden)

Woorden die op een -a zijn vaak vrouwelijk en hebben een vrouwelijk lidwoord: la casa (het huis), la chica (het meisje), la salida (de uitgang), la empresa (het bedrijf), la escuela (de school), la mesa (de tafel), la princesa (de prinses), la persona (de persoon)...

Slide 16 - Slide

Palabras femeninas
(vrouwelijk woorden)

Medeklinkers: woorden die eindigen op -d, -ción en -l zijn meestal vrouwelijk. Zoals: la red (netwerk), la señal (het signaal), la verdad (de waarheid), la miel (de honing), la canción (het lied)...

Slide 17 - Slide

SINGULAR Y PLURAL

Slide 18 - Slide

Woorden die op een KLINKER eindigen:



chicos
tiendas
elefantes


Woorden die op een MEDEKLINKER eindigen:



hospitales
situaciones
militares
-S
-ES

Slide 19 - Slide

El sustantivo 
Wat valt je op aan de genoteerde woorden? 

Welke lidwoorden (bepaald en onbepaald) bestaan er in het Spaans?   

Wanneer is een zelfstandig naamwoord mannelijk, en wanneer vrouwelijk? 

Slide 20 - Slide

El sustantivo 
Bepaald lidwoord                       Onbepaald lidwoord

El niño - los niños                        Un niño - unos niños

La casa - las casas                       Una casa - unas casas 

-> doe dit nu met een mannelijk en vrouwelijk woord uit je woordenlijst en maak hier 2 twee zinnen mee. 

Slide 21 - Slide

Opdracht: lidwoorden
12 minuten

Slide 22 - Slide

het meisje

Slide 23 - Mind map

de vrienden

Slide 24 - Mind map

Slide 25 - Link

Slide 26 - Link

Slide 27 - Link

Slide 28 - Link

Wat ik nog moeilijk vind is...
Wat ik vandaag heb geleerd is...
Wat ik al goed kan is...
Wat ik met de lesstof kan doen is...
Mijn leerdoel van deze les was...




Slide 29 - Mind map

Feliz fin de semana

Slide 30 - Slide