Les 11-09-2020, herhaling paragraaf 1.1 t/m 1.3

Planning voor de les:
4 minuten: binnenkomst, welkom en spullen voor.
5 minuten: herhaling paragraaf 1.1 en 1.2
1 minuut: leerdoelen en huiswerk
25 minuten: uitleg paragraaf 1.3
25 minuten: leren voor de toets!

1 / 24
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Planning voor de les:
4 minuten: binnenkomst, welkom en spullen voor.
5 minuten: herhaling paragraaf 1.1 en 1.2
1 minuut: leerdoelen en huiswerk
25 minuten: uitleg paragraaf 1.3
25 minuten: leren voor de toets!

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn voorbeelden van een tegenprestatie
A
Krantenlopen
B
Oppassen
C
Kleedgeld
D
Reisgeld

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Nick krijgt iedere vrijdag € 2 zakgeld van zijn moeder. Wat voor soort inkomen is zakgeld ?
A
Inkomen met tegenprestatie
B
Inkomen zonder tegenprestatie
C
Inkomen in natura
D
Gratis geld

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Piet werkt vijf dagen per week als schoonmaker. Dit is een vorm van inkomen....
A
met tegenprestatie
B
zonder tegenprestatie

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Welke van onderstaande antwoorden vallen onder niet-vrij besteedbaar inkomen ?
A
Reisgeld
B
Kleedgeld
C
Zakgeld

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Het lidmaatschap van de voetbal kost € 4,- per week. Hoeveel kost de voetbal per maand?

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Uitleg
- altijd eerst omrekenen naar jaar.
Dus € 4,- x 52 weken = € 208,-
Dan € 208,- delen door 12 maand = € 17,33 per maand

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen:
1. Ik begrijp wat een tabel is en hoe ik hiermee kan werken.

HUISWERK: Opdrachten paragraaf 1.3 en rekentrainer 1.3

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Daan is nu soldaat 2e klasse en heeft drie jaar bij Defensie gewerkt. Wat is zijn maandsalaris?

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Antwoord: €1.330,25

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Zijn vriend, Dennis, had een betere opleiding en kon beginnen als soldaat 1e klasse. Ook hij werkt drie jaar bij Defensie.
Hoeveel verdient Dennis meer dan Daan?

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Antwoord: €1.647,56 - €1.330,25 = €317,31

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Hieronder zie je een tabel, elk rood vak heeft een benaming.
Sleep het juiste begrip op de juiste plaats 
per week
per maand
per jaar  
Sem
€5,25
€22,75
€273
Indra
€8,40
€36,40
€436,80
Tom
€3,60
€15,60
€187,20
Zakgeldontvangsten per periode *
* Indra is 15 jaar oud en krijgt daardoor meer zakgeld 
Kolom
Rij
Titel
Toelichting

Slide 13 - Drag question

This item has no instructions

Onderdelen tabellen
  • Een tabel is een overzicht van gegevens in kolommen en rijen

  • Bij een rij gaat het om de horizontale hokjes van links naar rechts.
  • Bij een kolom gaat het om de verticale hokjes van boven naar beneden. 

  • Het is erg belangrijk om de tabel goed te lezen, denk aan de titel en eventuele toelichting!

Slide 14 - Slide

This item has no instructions


Welke zin is waar?
A
Deze tabel heeft 4 kolommen en 3 rijen.
B
Deze tabel heeft 3 kolommen en 4 rijen

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions


In de linker kolom staat vaak welke informatie je in de rijen vindt.

In de bovenste rij staat vaak welke informatie je in de kolommen vindt.

Bij het aflezen van informatie uit
een tabel zoek je de cel op waar
de rij en kolom waar je iets over
wilt weten elkaar kruisen.

Bijvoorbeeld






Je wilt weten welk cijfer leerling 4
voor het verslag heeft gehaald.

In de linker kolom zoek je leerling 4.
In de bovenste rij zoek je het verslag.
Waar deze rij en kolom elkaar kruisen
vindt je het goede cijfer.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions


Joop bouwt zijn eigen kasten en heeft in een tabel opgeschreven wat daarvoor nodig is. Hij hoeft alleen nog de boeken-kast te maken. In de gereedschapskist liggen nog 30 schroeven. Is dat genoeg?
A
Ja, hij heeft genoeg schroeven.
B
Nee, hij heeft te weinig schroeven.

Slide 17 - Quiz

Welke informatie heb je nodig? Zoek in de linker kolom de boekenkast. Zoek in de bovenste rij de schroeven. Waar deze rij en kolom elkaar kruisen, vind je het getal dat je nodig hebt.
In de tabel hiernaast staat het minimum jeugdloon van 2018 weergegeven.
Schrijf op hoeveel euro iemand van 17 met een fulltime baan per week verdient.



Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Rekenen met tabellen
Met de informatie uit een tabel kun je berekeningen uitvoeren.
Je moet dan eerst bedenken welke informatie uit de tabel je nodig hebt.



Bijvoorbeeld
Mariëlle past na school vaak even op de dochter van haar buren. Ze krijgt hiervoor 4 euro per uur. Ze houdt in een tabel bij hoeveel uur ze in een week werkt. Hoeveel euro heeft Mariëlle op dinsdag verdiend?

Eerst zoek je op welke informatie je nodig hebt: het aantal
uren op dinsdag. Dan reken je de som uit: 1,5 x 4 = 6 euro.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Joop heeft de kasten in de woonkamer en de slaapkamer gemaakt. Hoeveel planken heeft hij tot nu toe gebruikt?

Slide 20 - Open question

This item has no instructions

Hoeveel euro verdient iemand van 19 jaar meer per uur dan iemand van 17 jaar?

Slide 21 - Open question

This item has no instructions

Welke vragen heb je nog?

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Aan de slag!
Wat? Leer paragraaf 1.1 t/m 1.3
Hoe? In de online leeromgeving
Hulp? De docent (tijdens de les), je laptop en je medestudent.
Tijd? Tot de timer op 0 staat of de opdrachten af zijn
Uitkomst? Je hebt geoefend met de leerstof.
Klaar? Doe de 'test jezelf'  opdrachten van paragraaf 1.1 t/m 1.3
timer
25:00

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

HUISWERK
Leer paragraaf 1.1 t/m 1.3 en neem volgende week je rekenmachine mee!!

Slide 24 - Slide

This item has no instructions