Zelfredzaamheid met mobiliteit verbeteren en valpreventie 4-11


Zelfredzaamheid met mobiliteit verbeteren en valpreventie
1 / 20
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson


Zelfredzaamheid met mobiliteit verbeteren en valpreventie

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen- Je kan uitleggen:
  • wat je wilt bereiken met valpreventie
  • op welke manieren je het beste valincidenten kunt voorkomen
  • waarom het belangrijk is om valincidenten te melden
  • hoe de risico's op het  vallen van een zv kan inventariseren

  • je kent de risicofactoren van valincidenten

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Mobiliteit 
is beweeglijkheid 
Mobiliteitsbeperking:  beperking in beweging. Denk hierbij bijvoorbeeld aan (trap) lopen, tillen of bukken.
Motorische  beperkingen: stoornissen in of aan de ledematen waardoor iemand gehinderd wordt in handelen, houding, bewegen (Reuma, spierdystrofie, dwarslaesie, spasticiteit) 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Zelfredzaamheid bij mobiliteitsbeperking 
Hangt af van
* oorzaak 
* ernst 
* duur van de problemen 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Zelfredzaamheid
Het vermogen van mensen om zichzelf 
te redden op alle levensterreinen
 met zo min mogelijk
 professionele ondersteuning en zorg.


Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Reden zelfredzaamheid
Zorgvrager: behouden en of herwinnen van de onafhankelijkheid en zelfstandigheid. 
Zelf kunnen bepalen wat hij in het leven wil (heeft eigen wensen, behoeften en meningen)

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Reden zelfredzaamheid
De samenleving: betrekking op geld en het aantal zorgvragers in verhouding tot het aantal zorgprofessionals. 

geld: sinds 2015 maken de gemeenten en overheid minder geld beschikbaar voor persoonlijke verzorging en begeleiding als ook hulp bij het huishouden.

Zorgvragers verhouding zorgprofessional: het aantal chronisch zieken en kwetsbare, zelfstandig wonende ouderen neemt toe. Het aantal zorgprofessionals groeit niet mee met de zorgvraag.  

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Reden zelfredzaamheid
De zorgprofessional:
dat de zorgvrager langer thuis kan blijven wonen en minder zorg nodig heeft. 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Manieren van zelfredzaamheid stimuleren
-Bepaal met zv en mantelzorger/naasten wat zij zelf kunnen
-Bespreek de wensen van de hulp
-Leg uit wat de voordelen zijn van zelfredzaamheid
-Benadruk wat hij/zij wel kan en niet wat hij/zij niet kan
-Geef de gelegenheid om zelf eerst te proberen, neem niet direct over
-Begin klein en breid dit steeds uit

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Door welke oorzaken kunnen ouderen vallen?

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Cijfers over vallen
  • 25% van de zelfstandig wonende ouderen van boven de 70 jaar valt één keer per jaar
  • 15% van de ouderen valt twee keer of vaker
  • in een verpleegtehuis komt een valpartij tussen de 30 en 70% voor
  • 20% van de ouderen die valt, overlijdt binnen een jaar na de val
  • 30% moet worden opgenomen in een verzorgings- of verpleeghuis
  • ruim 50% van de valincidenten gebeurt in de slaapkamer
  • in een jaar waren er ten gevolge van een val 84.000 behandelingen op een eerstehulpafdeling, 44.000 ziekenhuisopnames en 2.503 sterfgevallen (cijfers uit 2011)
  • bij elkaar kostte dat 820 miljoen euro aan zorgkosten
  • een op de drie valincidenten gaat gepaard met letsel (ruim 60% lichte letsels).
  • de belangrijkste oorzaken van vallen zijn lichamelijke gezondheidsproblemen (ruim 30%)

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Oorzaken van vallen
Persoonsgebonden factoren:​

  • verminderd reactievermogen​
  • verminderd evenwicht​
  • verminderde spierkracht​
  • verminderd zicht en gehoor​
  • beperkte lichamelijke mogelijkheden, verminderde lenigheid​
  • specifieke ziekten (artrose, CVA, Parkinson, orthostatische hypotensie)​
  • problemen met lopen​
  • cognitieve en psychische achteruitgang​
  • geneesmiddelengebruik (met name slaap- en kalmeringsmiddelen)​​













Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Vallen door:
Omgevingsfactoren:​
  • Omgeving: onvoldoende (straat) verlichting, hoge drempels, losse kleedjes en voorwerpen.​
  • Hulpmiddelen: slecht onderhouden rollator, boodschappentas zonder wielen, slechte huishoudtrap, ongelijke bestrating buiten, schoenen met gladde zolen.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Welke mogelijke lichamelijke en sociale gevolgen heeft een val bij ouderen?

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Welke risico’s kunnen optreden bij verminderde mobiliteit?

Slide 15 - Mind map

  • Trombose​
  • Obstipatie​
  • Longontsteking​ (pneumonie)
  • Contracturen (bijv. spitsvoeten) ​
  • Spieratrofie​
  • Osteoporose​
  • Smetplekken ​
  • Decubitus
Transferprotocol
  • Onderdeel van het zorgdossier
  • Geeft precies aan hoe de transfers moeten verlopen
  • Regelmatige herziening noodzakelijk

Zijn deze ook in de zorgdossiers van je stageplek?

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Fysieke overbelasting
Verschilt per situatie en hangt af van:
  • de mate van zelfstandigheid van zv
  • de werkhouding bij die handeling
  • fysieke inspanning
  • werkomgeving
  • beschikbare hulpmiddelen

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Link

This item has no instructions

Slide 19 - Link

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions